Samenvatting van Inhoud voor Ricoh Aficio MP C3002
Pagina 1
Gebruikershand- Wat kunt u doen met dit apparaat? leiding Snel aan de slag Kopiëren Afdrukken Scannen Document Server Web Image Monitor Papier en toner bijvullen Problemen oplossen Bijlage Informatie die niet in deze handleiding staat, kunt u terugvinden in de HTML- bestanden op de meegeleverde cd-rom.
INHOUDSOPGAVE Hoe werkt deze handleiding?...........................6 Symbolen in de handleiding..........................6 Specifieke modelinformatie..........................7 Namen van belangrijke functies........................8 1. Wat kunt u doen met dit apparaat? Ik wil papier besparen............................9 Ik wil documenten zonder veel moeite digitaliseren..................10 Ik wil bestemmingen registreren........................11 Ik wil het apparaat efficiënter gebruiken......................12 Het [Home]-scherm op uw wensen afstemmen.....................13 De verschillende kopieerfuncties........................14 De verschillende afdrukfuncties........................15...
Pagina 4
De hoofdstroomschakelaar uitzetten......................59 Wanneer het verificatiescherm wordt weergegeven..................61 Gebruikerscodeverificatie Het bedieningspaneel gebruiken..............61 Inloggen via het bedieningspaneel......................61 Uitloggen via het bedieningspaneel......................62 Originelen plaatsen............................63 Originelen op de glasplaat plaatsen......................63 Originelen in de ADF plaatsen........................63 3. Kopiëren Basisprocedure..............................67 Automatisch verkleinen/vergroten.........................69 Dubbelzijdig kopiëren.............................71 Gecombineerd kopiëren..........................74 Enkelzijdig combineren..........................75 2-zijdig Combineren............................76 Kopiëren op papier van aangepast formaat vanuit de handinvoer............79...
Pagina 5
Documenten opslaan............................99 Opgeslagen documenten verzenden......................100 Het logboek handmatig afdrukken......................102 5. Afdrukken Snelinstallatie..............................103 De eigenschappen van het printerstuurprogramma weergeven...............105 Standaard afdrukken.............................106 Wanneer u gebruikmaakt van het PCL 6-printerstuurprogramma............106 Beveiligde afdruk............................107 Een beveiligd afdrukbestand verzenden....................107 Een beveiligd afdrukbestand verzenden via het bedieningspaneel.............107 Uitgestelde afdruk............................109 Een uitgesteld afdrukbestand verzenden....................109 Een uitgesteld afdrukbestand verzenden via het bedieningspaneel.............109...
Pagina 6
7. Document Server Gegevens opslaan............................135 Opgeslagen documenten afdrukken......................137 8. Web Image Monitor Beginpagina weergeven..........................139 Ontvangen faxdocumenten bekijken met Web Image Monitor..............141 9. Papier en toner bijvullen Papier plaatsen in papierlades........................143 Papier in de handinvoer plaatsen........................145 Instellingen voor het gebruik van de handinvoer onder de printerfunctie..........146 Papier in de kleine papierlade plaatsen......................150 Papier in lade 3 (LCT) plaatsen........................152 Papier in de bulklade (LCT) plaatsen......................154...
Pagina 7
INDEX ................................257...
Hoe werkt deze handleiding? Symbolen in de handleiding De handleiding gebruikt de volgende symbolen: Geeft punten aan waar u rekening mee moet houden wanneer u het apparaat gebruikt en een uitleg van mogelijke oorzaken voor het vastlopen van papier, schade aan originelen of gegevensverlies. Lees deze uitleg zorgvuldig door.
Specifieke modelinformatie In dit gedeelte wordt uitgelegd tot welke regio uw apparaat behoort. Op de achterkant van het apparaat bevindt zich een sticker op de plaats die hieronder wordt weergegeven. De sticker bevat gegevens waarmee de regio van uw apparaat wordt geïdentificeerd. Lees wat er op de sticker staat.
Namen van belangrijke functies In deze handleiding wordt er als volgt verwezen naar de belangrijkste onderdelen van het apparaat: • Auto Reverse Document Feeder ARDF • Auto Document Feeder ADF / automatische documentinvoer (in deze handleiding verwijst "ADF" naar de ARDF en ADF waarmee u dubbelzijdig in één handbeweging kunt scannen) •...
1. Wat kunt u doen met dit apparaat? U kunt naar een procedure zoeken op trefwoord of op wat u wilt doen. Ik wil papier besparen BRL059S Dubbelzijdig afdrukken van documenten met meerdere pagina's (Duplex kopie) Zie de handleiding Kopiëren / Document Server Het afdrukken van documenten met meerdere pagina's en ontvangen faxen op één vel (Combineren(kopieerapparaat/fax)) Zie de handleiding Kopiëren / Document Server...
1. Wat kunt u doen met dit apparaat? Ik wil documenten zonder veel moeite digitaliseren BQX138S Scanbestanden verzenden Zie de handleiding Scannen De URL verzenden van de map waarin scanbestanden moeten worden opgeslagen Zie de handleiding Scannen Scanbestanden opslaan in een gedeelde map Zie de handleiding Scannen Scanbestanden opslaan op media Zie de handleiding Scannen...
Ik wil bestemmingen registreren Ik wil bestemmingen registreren BRL060S Het bedieningspaneel gebruiken om bestemmingen in het Adresboek te registreren Zie de handleiding Faxen Zie de handleiding Scannen Het gebruik van Web Image Monitor om bestemmingen vanaf een computer te registreren Zie de handleiding Faxen Downloaden van bestemmingen geregistreerd in het apparaat in de bestemmingslijst van het LAN-fax-stuurprogramma...
1. Wat kunt u doen met dit apparaat? Ik wil het apparaat efficiënter gebruiken BQX139S Vaak gebruikte instellingen registreren en gebruiken (Programmeren) Zie de handleiding Handige functies Vaak gebruikte instellingen als begininstellingen registreren (Als stnd progr. (kopieerapparaat/fax/scanner)) Zie de handleiding Handige functies Vaak gebruikte printerinstellingen registreren in het printerstuurprogramma Zie de handleiding Afdrukken De begininstellingen van het printerstuurprogramma wijzigen in vaak gebruikte...
Het [Home]-scherm op uw wensen afstemmen Het [Home]-scherm op uw wensen afstemmen De pictogrammen voor alle functies worden weergegeven op het [Home]-scherm. NL CJQ611 • U kunt snelkoppelingen naar vaak gebruikte programma's of webpagina's toevoegen aan het [Home]-scherm. U kunt de programma's of internetpagina's eenvoudig oproepen door op het pictogram van de snelkoppeling te drukken.
1. Wat kunt u doen met dit apparaat? De verschillende kopieerfuncties CJQ601 • U kunt in kleur kopiëren. U kunt de kleurenkopieermodus wisselen, afhankelijk van het type origineel en de gewenste afwerking. • U kunt stempels op kopieën afdrukken. Stempels bevatten mogelijk een nummer, een gescande afbeelding, een datum en een paginanummer op de achtergrond.
De verschillende afdrukfuncties De verschillende afdrukfuncties CJQ602 • Dit apparaat ondersteunt netwerkverbindingen en lokale verbindingen. • U kunt pdf-bestanden rechtstreeks naar het apparaat verzenden om af te drukken, zonder een pdf- toepassing te hoeven openen. • U kunt afdruktaken die zijn opgeslagen op de harde schijf van het apparaat en die eerder werden verzonden vanaf computers via het printerstuurprogramma, afdrukken of wissen.
1. Wat kunt u doen met dit apparaat? Opgeslagen documenten gebruiken U kunt bestanden die zijn gescand in de kopieer-, fax-, afdruk- of scannermodus opslaan op de harde schijf van het apparaat. Met Web Image Monitor kunt u uw computer gebruiken om opgeslagen bestanden op te zoeken, te bekijken, te verwijderen en te versturen via het netwerk.
Digitaal faxen verzenden en ontvangen Digitaal faxen verzenden en ontvangen Ontvangst U kunt ontvangen faxberichten opslaan in elektronische formaten op de harde schijf van het apparaat, zonder ze te hoeven afdrukken. CJQ604 Met Web Image Monitor kunt u documenten controleren, afdrukken, verwijderen, ophalen of downloaden met behulp van uw computer (ontvangen documenten opslaan).
Pagina 20
1. Wat kunt u doen met dit apparaat? CJQ605 • Om een fax te verzenden, selecteer dan afdrukken vanuit de Windows-toepassing waarin u werkt, selecteer vervolgens LAN-fax als printer en geef de bestemming op. • U kunt ook de verzonden afbeeldingsgegevens controleren. •...
Faxberichten via internet verzenden en ontvangen Faxberichten via internet verzenden en ontvangen xxx@xxx.com xxx@xxx.com xxx.xxx.xxx.xxx xxx.xxx.xxx.xxx xxx@xxx.com xxx@xxx.com xxx.xxx.xxx.xxx xxx.xxx.xxx.xxx CJQ606 Verzenden en ontvangen via e-mail Dit apparaat converteert gescande documentafbeeldingen naar e-mailindeling en verzendt en ontvangt de gegevens via het internet. •...
Pagina 22
1. Wat kunt u doen met dit apparaat? • Voor meer informatie over het versturen en ontvangen van documenten via het internet, zie de handleiding Faxen...
Faxberichten via het apparaat verzenden en ontvangen zonder faxeenheid Faxberichten via het apparaat verzenden en ontvangen zonder faxeenheid U kunt faxen verzenden en ontvangen via de faxfuncties van een ander apparaat via een netwerk (Fax op afstand). CJQ612 • Om de faxfunctie op afstand te gebruiken, installeert u de faxverbindingseenheid op het apparaat van de client en het externe apparaat.
1. Wat kunt u doen met dit apparaat? De fax en scanner in een netwerk gebruiken CJQ607 • U kunt scanbestanden naar een bepaalde bestemming verzenden via e-mail (scanbestanden verzenden via e-mail). • U kunt scanbestanden direct naar mappen verzenden (scanbestanden verzenden met Scan to Folder).
Voorkomen dat informatie uitlekt (beveiligingsfuncties) Voorkomen dat informatie uitlekt (beveiligingsfuncties) CJQ608 • U kunt documenten beschermen tegen onbevoegde toegang en onbevoegd kopiëren tegengaan. • Het is mogelijk om het gebruik van het apparaat te beheren en te voorkomen dat de apparaatinstellingen zonder toestemming worden gewijzigd.
1. Wat kunt u doen met dit apparaat? Het apparaat via een computer controleren en instellen Met behulp van Web Image Monitor kunt u de status van het apparaat nakijken en instellingen wijzigen. CJQ609 U kunt controleren in welke lade het papier bijna op is, informatie registreren in het Adresboek, de netwerkinstellingen opgeven, de systeeminstellingen configureren en wijzigen, taken beheren, de taakgeschiedenis afdrukken en de verificatie-instellingen configureren.
Onbevoegd kopiëren voorkomen Onbevoegd kopiëren voorkomen U kunt een vast patroon op het papier afdrukken om te voorkomen dat het wordt gekopieerd. NL CJQ613 • Met behulp van het printerstuurprogramma kunt u een patroon in het document inbouwen. Als het document wordt gekopieerd op een apparaat met de Copy Data Security Unit, worden beschermde pagina's grijs in de kopie weergegeven.
2. Snel aan de slag In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u met dit apparaat aan de slag gaat. Namen en functies van onderdelen Onderdelen van type 1 en 2 • Blokkeer de ventilatiegaten niet door hier objecten voor of tegenaan te plaatsen. Indien het apparaat overhit raakt, kan er zich een storing voordoen.
Pagina 30
2. Snel aan de slag 2. Glasplaat Plaats originelen hier met de bedrukte zijde naar beneden. 3. Ventilatiegaten De ventilatiegaten zorgen ervoor dat het apparaat niet overhit raakt. 4. Hoofdstroomschakelaar Om het apparaat te kunnen gebruiken, moet de hoofdstroomschakelaar ingeschakeld zijn. Als dit niet het geval is, opent u het paneel en schakelt u deze in.
Pagina 31
Namen en functies van onderdelen 1. Ventilatiegaten De ventilatiegaten zorgen ervoor dat het apparaat niet overhit raakt. 2. Handinvoer Hiermee kunt u OHP-transparanten en etiketten (klevende etiketten) kopiëren of erop afdrukken. 3. Papiergeleiders Als u papier in de handinvoer plaatst, zorg er dan voor dat de papiergeleiders tegen het papier aan staan. 4.
2. Snel aan de slag Onderdelen van type 3 en 4 • Blokkeer de ventilatiegaten niet door hier objecten voor of tegenaan te plaatsen. Indien het apparaat overhit raakt, kan er zich een storing voordoen. Aanzicht vanaf de voor- en linkerkant CJS004 1.
Pagina 33
Namen en functies van onderdelen 4. Hoofdstroomschakelaar Om het apparaat te kunnen gebruiken, moet de hoofdstroomschakelaar ingeschakeld zijn. Als dit niet het geval is, opent u het paneel en schakelt u deze in. 5. Bedieningspaneel Zie Pag.45 "De knoppen en functies van het bedieningspaneel". 6.
Pagina 34
2. Snel aan de slag 3. Papiergeleiders Als u papier in de handinvoer plaatst, zorg er dan voor dat de papiergeleiders tegen het papier aan staan. 4. Verlengstuk Trek dit verlengstuk uit als u vellen die groter zijn dan A4 , 8 ×...
De apparaatopties De apparaatopties De externe apparaatopties Externe opties voor type 1 en 2 (voornamelijk in Europa en Azië) CJS007 1. Klein papierformaatlade Voor kleine vellen papier of enveloppen. Installeer de klein papierformaatlade in lade 2 t/m 4. Zie voor meer informatie de handleiding Snel aan de slag 2.
Pagina 36
2. Snel aan de slag 5. Bulklade (LCT) U kunt maximaal 1200 vellen papier plaatsen. 6. Onderste papierlades Bestaat uit twee papierlades. U kunt maximaal 1100 vellen papier plaatsen. Elke lade kan 550 vellen bevatten. 7. Interne lade 2 Als u deze lade als uitvoerlade selecteert, worden kopieën/afdrukken hier met de bedrukte zijde omlaag afgeleverd.
De apparaatopties Externe opties voor type 1 en 2 (voornamelijk in Noord-Amerika) CJS008 1. Telefoonhoorn Deze telefoonhoorn hoort bij de geïnstalleerde faxeenheid. Hiermee kunt u de functies Direct kiezen en Handmatig kiezen gebruiken. Met de hoorn is het ook mogelijk om het apparaat als telefoon te gebruiken.
Pagina 38
2. Snel aan de slag 7. Onderste papierlades Bestaat uit twee papierlades. U kunt maximaal 1100 vellen papier plaatsen. Elke lade kan 550 vellen bevatten. 8. Interne lade 2 Als u deze lade als uitvoerlade selecteert, worden kopieën/afdrukken hier met de bedrukte zijde omlaag afgeleverd.
Pagina 39
De apparaatopties Externe opties voor type 3 en 4 (modellen die zijn uitgerust met de ARDF) (voornamelijk in Europa en in Azië) CJS009 1. Scannertoegangseenheid Met deze eenheid kunt u het apparaat bedienen of documenten scannen vanaf de zijkant in plaats van het bedieningspaneel op het apparaat te gebruiken.
Pagina 40
2. Snel aan de slag 5. Onderste papierlades Bestaat uit twee papierlades. U kunt maximaal 1100 vellen papier plaatsen. Elke lade kan 550 vellen bevatten. 6. Interne lade 2 Als u deze lade als uitvoerlade selecteert, worden kopieën/afdrukken hier met de bedrukte zijde omlaag afgeleverd.
Pagina 41
De apparaatopties Externe opties voor type 3 en 4 (modellen die zijn uitgerust met de ARDF) (voornamelijk in Noord-Amerika) CJS010 1. Scannertoegangseenheid Met deze eenheid kunt u het apparaat bedienen of documenten scannen vanaf de zijkant in plaats van het bedieningspaneel op het apparaat te gebruiken.
Pagina 42
2. Snel aan de slag 5. Bulklade (LCT) U kunt maximaal 1200 vellen papier plaatsen. 6. Onderste papierlades Bestaat uit twee papierlades. U kunt maximaal 1100 vellen papier plaatsen. Elke lade kan 550 vellen bevatten. 7. Interne lade 2 Als u deze lade als uitvoerlade selecteert, worden kopieën/afdrukken hier met de bedrukte zijde omlaag afgeleverd.
Pagina 43
De apparaatopties Externe opties voor type 3 en 4 (modellen die zijn uitgerust met de ADF voor dubbelzijdig scannen) (voornamelijk in Europa en in Azië) CJS011 1. Klein papierformaatlade Voor kleine vellen papier of enveloppen. Installeer de klein papierformaatlade in lade 2 t/m 4. Zie voor meer informatie de handleiding Snel aan de slag 2.
Pagina 44
2. Snel aan de slag 5. Interne lade 2 Als u deze lade als uitvoerlade selecteert, worden kopieën/afdrukken hier met de bedrukte zijde omlaag afgeleverd. 6. Brugeenheid Hiermee worden kopieën naar de finisher overgebracht. 7. Interne staffeluitvoer Hier worden meerdere vellen papier gesorteerd en gestapeld. 8.
Pagina 45
De apparaatopties Externe opties voor type 3 and 4 (modellen die zijn uitgerust met de ADF voor dubbelzijdig scannen) (voornamelijk Noord-Amerika) CJS012 1. Telefoonhoorn Deze telefoonhoorn hoort bij de geïnstalleerde faxeenheid. Hiermee kunt u de functies Direct kiezen en Handmatig kiezen gebruiken. Met de hoorn is het ook mogelijk om het apparaat als telefoon te gebruiken.
Pagina 46
2. Snel aan de slag 5. Onderste papierlades Bestaat uit twee papierlades. U kunt maximaal 1100 vellen papier plaatsen. Elke lade kan 550 vellen bevatten. 6. Interne lade 2 Als u deze lade als uitvoerlade selecteert, worden kopieën/afdrukken hier met de bedrukte zijde omlaag afgeleverd.
De knoppen en functies van het bedieningspaneel De knoppen en functies van het bedieningspaneel Deze illustratie toont het bedieningspaneel van een apparaat waarop alle opties zijn geïnstalleerd. NL CJS060 1. [Home]-knop Druk hierop om het [Home]-scherm weer te geven. Raadpleeg voor meer informatie Pag.48 "Het [Home]- scherm gebruiken".
Pagina 48
2. Snel aan de slag 5. [Programmeren]-knop (kopieer-, Document Server-, fax- en scannermodus) • Druk op deze knop om veelgebruikte instellingen vast te leggen of vastgelegde instellingen op te roepen. Zie voor meer informatie de handleiding Handige functies • Druk op deze knop om standaarden in te stellen voor het basisdisplay wanneer instellingen zijn verwijderd of gereset, of onmiddellijk nadat de aan-/uitschakelaar is aangezet.
Pagina 49
De knoppen en functies van het bedieningspaneel 15. [Stop]-knop Druk op deze knop om een taak die wordt uitgevoerd (zoals kopiëren, scannen, faxen of afdrukken) te stoppen. 16. [Wissen]-knop Druk op deze knop om een ingevoerd cijfer te wissen. 17. Cijfertoetsen Gebruik deze toetsen om het aantal kopieën, faxnummers en gegevens voor de geselecteerde functie in te voeren.
2. Snel aan de slag Het [Home]-scherm gebruiken De pictogrammen voor alle functies worden weergegeven op het [Home]-scherm. U kunt snelkoppelingen naar vaak gebruikte programma's of internetpagina's toevoegen aan het [Home]-scherm. De pictogrammen van toegevoegde snelkoppelingen worden weergegeven op het [Home]-scherm.
Het [Home]-scherm gebruiken Druk op deze toetsen om naar een andere pagina te gaan wanneer de pictogrammen niet op één pagina kunnen worden weergegeven. 7. Snelkoppelingen U kunt snelkoppelingen naar programma's of internetpagina's toevoegen aan het [Home]-scherm. Voor meer informatie over het registreren van snelkoppelingen, zie Pag.49 "Pictogrammen toevoegen aan het [Home]- scherm".
2. Snel aan de slag • Voor informatie over hoe u een snelkoppeling registreert via het scherm [Programmeren], zie de handleiding Handige functies • U kunt tot 72 pictogrammen voor functies en snelkoppelingen registreren. Verwijder pictogrammen die u niet meer nodig heeft wanneer de limiet is bereikt. Zie voor meer informatie de handleiding Handige functies •...
Pagina 53
Het [Home]-scherm gebruiken Druk op [Home bewerken]. Druk op [Pictogram toevoegen]. Druk op het tabblad [Programma].
Pagina 54
2. Snel aan de slag Controleer of [Programma kopieermachine] is geselecteerd. Selecteer het programma dat u wilt toevoegen. Bepaal de positie waar [Blanco] wordt weergegeven. Druk op [OK]. Druk op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop. • Druk op [ ] in de rechterbovenhoek van het scherm om de positie in de eenvoudige weergave te controleren.
Functies in een programma registreren Functies in een programma registreren Het aantal programma's dat kan worden geregistreerd, is afhankelijk per functie. • Kopieermachine: 25 programma's • Documentserver: 25 programma's • Fax: 100 programma's • Scanner: 25 programma's De volgende instellingen kunnen in programma's worden geregistreerd: Kopieerapparaat: Kleurmodus, Type Origineel, Belichting, Spec.
Pagina 56
2. Snel aan de slag Druk op de toets [Home] linksboven op het bedieningspaneel en druk op het pictogram [Kopieermachine] in het [Home]-scherm. NL CJS113 Bewerk de kopieerinstellingen zodat alle functies die u in het geheugen wilt opslaan, zijn geselecteerd. Druk op de knop [Programmeren].
Functies in een programma registreren • Het aantal tekens dat u voor een programmanaam kunt invoeren, is per functie verschillend: • Kopieermachine: 34 tekens • Documentserver: 34 tekens • Fax: 20 tekens • Scanner: 34 tekens • Wanneer een bepaald programma als standaard wordt geregistreerd, worden de waarden ervan de standaardinstellingen.
Pagina 58
2. Snel aan de slag Programmanaam Beschrijving van programma Effect Conferentiemateria Specificeer [Comb. 2-zijd.] in Hiermee kunnen al kopiëren [Duplex/combi./reeks] en [Nieten] conferentiematerialen efficiënt in [Afwerken]. worden gekopieerd. Tijdschrift kopiëren Specificeer [Tijdschrift] in [Duplex/ Hiermee kunt u papier besparen. U combi./reeks] en [Nieten: Midden] kunt ook afdruktaken zoals het in [Afwerken].
Pagina 59
Functies in een programma registreren Programmanaam Beschrijving van programma Effect Hoge Selecteer [Kleur: Tekst / Foto] in U kunt het gegevensformaat van compressiebestand [Scaninstellingen] en [Hoge gescande documenten en PDF scannen compressie PDF] in [Verzend comprimeren, zodat u ze kunt Bestandstype/naam].
Pagina 60
2. Snel aan de slag Faxmodus Programmanaam Beschrijving van programma Effect Het resultaat van Selecteer [Voorvertoning] op het U kunt de verzendinstellingen voor de faxverzending beginscherm en specificeer [Result. en na verzending controleren. bekijken e-mailverz.] in [TX modus]. Opgegeven tijd Specificeer [Uitgest.
Het apparaat aan-/uitzetten Het apparaat aan-/uitzetten De hoofdstroomschakelaar bevindt zich aan de linkerkant van het apparaat. Het uitschakelen van de schakelaar zorgt ervoor dat het indicatielampje Stroom aan de rechterkant van het bedieningspaneel uit gaat. Wanneer dit gedaan is, gaat het apparaat uit. Is er een faxeenheid geïnstalleerd en schakelt u deze schakelaar uit, dan raakt u de faxbestanden in het geheugen kwijt.
Pagina 62
2. Snel aan de slag Aan/uit is uitgeschakeld, wacht u 10 seconden of langer en schakelt u het apparaat vervolgens weer in. Zet het apparaat nooit onmiddellijk weer aan nadat u het apparaat hebt uitgeschakeld. • Schakel de hoofdschakelaar uit en zorg ervoor dat de indicator van de hoofdschakelaar naar de uit-stand gaat voordat u de stekker uit het stopcontact haalt.
Wanneer het verificatiescherm wordt weergegeven Wanneer het verificatiescherm wordt weergegeven Als Basisverificatie, Windows verificatie, LDAP verificatie of Integratieserver verificatie actief is, verschijnt het verificatiescherm op het display. Het apparaat kan pas worden gebruikt nadat u uw eigen Log-in gebruikersnaam en Log-in wachtwoord hebt ingevoerd. Als Gebruikerscode verificatie actief is, kunt u het apparaat pas gebruiken wanneer u de gebruikerscode hebt ingevoerd.
2. Snel aan de slag Druk op [Log-in]. Voer een Log-in gebruikersnaam in en druk dan op [OK]. Voer een Log-in wachtwoord in en druk dan op [OK]. Wanneer de gebruiker is geverifieerd, wordt het scherm weergegeven voor de functie die u gebruikt.
Originelen plaatsen Originelen plaatsen Originelen op de glasplaat plaatsen • Til de ADF nooit met te veel kracht op. Doet u dit toch, dan kan de afdekklep van de ADF open gaan of beschadigd raken. Open de ADF. De ADF moet met meer dan 30 graden worden geopend. Doet u dit niet, dan kan het formaat van het origineel niet juist waargenomen worden.
Pagina 66
2. Snel aan de slag ARDF (type 1 en 2) CJW003 ARDF (type 3 en 4) CJW004 ADF waarmee u in één handbeweging dubbelzijdig kunt scannen (type 3 en 4) CJW005 1. Sensoren Stel de origineelgeleider in op het originele formaat. Plaats de originelen met de bedrukte zijde naar boven recht in de ADF.
Pagina 67
Originelen plaatsen CJW006 • ARDF (type 3 en 4) CJW007 • ADF waarmee u in één handbeweging dubbelzijdig kunt scannen (type 3 en 4) CJW008 1. Limietmarkering 2. Origineelgeleider...
3. Kopiëren In dit hoofdstuk komen veelgebruikte kopieerfuncties en -handelingen aan bod. Voor informatie die niet in dit hoofdstuk is opgenomen, zie de handleiding Kopiëren / Document Server op de meegeleverde cd-rom. Basisprocedure Als u kopieën van originelen wilt maken, plaatst u ze op de glasplaat of in de ADF. Wanneer u een origineel op de glasplaat plaatst, moet u beginnen met de eerste pagina die u wilt kopiëren.
Pagina 70
3. Kopiëren Wanneer de kopieeropdracht is voltooid, drukt u op de [Reset]-knop om de instellingen te wissen.
Automatisch verkleinen/vergroten Automatisch verkleinen/vergroten Het apparaat herkent automatisch het originele formaat en selecteert vervolgens een geschikte reproductieratio gebaseerd op het papierformaat dat u heeft geselecteerd. CKN008 • Als u een reproductieverhouding kiest nadat u op [Autom. verkl./vergr.] heeft gedrukt, wordt [Autom.
Dubbelzijdig kopiëren Dubbelzijdig kopiëren Hiermee worden twee enkelzijdige pagina's of één dubbelzijdige pagina op één dubbelzijdige pagina gekopieerd. Tijdens het kopiëren wordt de afbeelding verschoven om ruimte te maken voor de bindmarge. CKN009 Er zijn twee soorten Duplex. 1-zijdig 2-zijdig Hiermee worden twee 1-zijdige pagina's op één 2-zijdige pagina gekopieerd.
Pagina 74
3. Kopiëren Originelen Original Origineel Afdrukrichting Kopiëren plaatsen Orientation Boven/boven Boven/onder Druk op [Duplex/combi./reeks]. Let erop dat [Duplex] is geselecteerd. Als [Duplex] niet geselecteerd is, druk dan op [Duplex]. Selecteer [1-zijdig 2-zijdig] of [2-zijdig 2-zijdig] afhankelijk van de manier waarop u het document uitgevoerd wilt hebben.
Pagina 75
Dubbelzijdig kopiëren Selecteer de richting van het origineel en druk vervolgens op [OK]. Druk op de [Start]-knop.
3. Kopiëren Gecombineerd kopiëren In deze modus kunt u automatisch een reproductieverhouding selecteren en de originelen op één vel papier kopiëren. Het apparaat selecteert een reproductieverhouding tussen 25% en 400%. Als de richting van het origineel afwijkt van die van het kopieerpapier, wordt de afbeelding automatisch 90 graden gedraaid om een goede kopie te kunnen maken.
Gecombineerd kopiëren CKN010 • Originelen worden van rechts naar links gelezen CKN017 Enkelzijdig combineren Combineer meerdere pagina's op één zijde van een vel. CKN014 Er zijn zes soorten 1-zijdige samenvoegingen. 1-zijdig 2 originelen Comb. 1-zijd. Hiermee worden twee 1-zijdige originelen op één zijde van een vel papier gekopieerd. 1-zijdig 4 originelen Comb.
3. Kopiëren 2-zijdig 4 pagina's Comb.1-zijd. Hiermee worden twee 2-zijdige originelen op één zijde van een vel papier gekopieerd. 2-zijdig 8 pagina's Comb.1-zijd. Hiermee worden vier 2-zijdige originelen op één zijde van een vel papier gekopieerd. Druk op [Duplex/combi./reeks]. Druk op [Combineren]. Selecteer [1-zijdig] of [2-zijdig] bij [Origineel:].
Pagina 79
Gecombineerd kopiëren CKN074 Er zijn zes soorten 2-zijdige samenvoegingen. 1-zijdig 4 originelen Comb. 2-zijd. Hiermee worden vier 1-zijdige originelen op één vel met twee pagina's per zijde gekopieerd. 1-zijdig 8 originelen Comb. 2-zijd. Hiermee worden acht 1-zijdige originelen op één vel met vier pagina's per zijde gekopieerd. 1-zijdig 16 originelen Comb.
Pagina 80
3. Kopiëren Selecteer [1-zijdig] of [2-zijdig] bij [Origineel:]. Druk op [Comb. 2-zijd.]. Druk op [Richting]. Selecteer [Boven/boven] of [Boven/onder] bij [Origineel:] en/of [Kopie:] en druk vervolgens op [OK]. Selecteer het aantal originelen dat u wilt combineren. Druk op [OK]. Selecteer het papierformaat. Plaats de originelen en druk vervolgens op de [Start]-knop.
Kopiëren op papier van aangepast formaat vanuit de handinvoer Kopiëren op papier van aangepast formaat vanuit de handinvoer Papier met een horizontale lengte van 148,0 - 457,2 mm (5,83 - 18,00 inch) en een verticale lengte van 90,0 - 305,0 mm (3,55 - 12,00 inch) kan worden ingevoerd vanuit de handinvoer. Let echter op dat de beperking van het bereik van de horizontale en verticale lengte varieert afhankelijk van de geïstalleerde opties.
3. Kopiëren Op enveloppen kopiëren In deze paragraaf wordt beschreven hoe u op enveloppen met een standaardformaat of aangepast formaat kopieert. Enveloppen moeten worden ingevoerd vanuit de handinvoer of de papierlade. Stel de papierdikte in door het gewicht op te geven van de enveloppen waarop u afdrukt. Voor informatie over de relatie tussen papiergewicht en -dikte en over de envelopformaten die gebruikt kunnen worden, zie Pag.156 "Aanbevolen papierformaten en -typen".
Op enveloppen kopiëren Leg het origineel met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. Het vel moet in de linkerbovenhoek worden uitgelijnd. CJW001 1. Positiemarkering Plaats de enveloppen met de voorzijde naar beneden in de handinvoer. [Handinvoer] wordt automatisch geselecteerd. Druk op [ ].
3. Kopiëren Afwerking Nieten Elke kopieerset kan aan elkaar geniet worden. CKN021 • Deze functie kunt u niet in combinatie met de handinvoer gebruiken. Origineelrichting en nietpositie Plaats alle originelen in de ADF in de richting waarin ze normaal kunnen worden gelezen. Houd voor de glasplaat dezelfde richting aan, maar plaats het origineel dan met de bedrukte zijde naar beneden.
Pagina 85
Afwerking Origineel op de Origineel in ADF geplaatst Nietpositie glasplaat geplaatst Onder scheef Links 2 Boven 2 *2 *3 Midden *1 In bovenstaande tabellen wordt de nietpositie getoond. De richting van het papier geeft niet de uitvoerrichting aan. *2 U kunt niet nieten in deze positie wanneer u op B4 JIS, 8 × 13 of groter kopieert. *3 Als u op deze positie wilt nieten, selecteert u eerst de onleesbare richting in [Orig.
3. Kopiëren Selecteer een van de nietposities. Wanneer u een nietpositie selecteert, wordt Sorteren automatisch geselecteerd. Druk op [OK]. Voer het aantal kopiesets in met de cijfertoetsen. Plaats de originelen en druk vervolgens op de [Start]-knop. Perforeren U kunt perforatiegaten in kopieën maken. CKN022 Het beschikbare aantal perforatiegaten wordt hieronder weergegeven: (voornamelijk Europa en Azië): 2 gaten, 4 gaten...
Pagina 87
Afwerking Wanneer het ingevoerde papier hetzelfde formaat en dezelfde richting heeft als het origineel, is de verhouding tussen de richting van het origineel en de plaats van de perforaties als volgt. U kunt de gewenste positie van de perforaties selecteren in het scherm dat wordt weergegeven wanneer u op [Afwerken] drukt.
Pagina 88
3. Kopiëren Druk op [Afwerken]. Selecteer één van de perforeerposities. Druk op [OK]. Voer het aantal kopiesets in met de cijfertoetsen. Plaats de originelen en druk vervolgens op de [Start]-knop.
Gegevens opslaan in de Document Server Gegevens opslaan in de Document Server Met de Documentserver kunt u documenten op de harde schijf van het apparaat opslaan die met de kopieerfunctie ingelezen zijn. U kunt ze dus later afdrukken, na het toepassen van de gewenste configuraties.
4. Fax In dit hoofdstuk komen veelgebruikte faxfuncties en -handelingen aan bod. Voor informatie die niet in dit hoofdstuk is opgenomen, zie de handleiding Faxen op de meegeleverde cd-rom. Basisprocedure voor het verzenden van documenten (Geheugenverzending) In dit gedeelte wordt de basisprocedure beschreven voor het verzenden van documenten met de optie Geheugenverzending.
Pagina 92
4. Fax Zorg ervoor dat [Dir. TX] niet is gemarkeerd. Plaats het origineel in de ADF. Geef scaninstellingen op, zoals de scangrootte en scanresolutie. Configureer de gewenste verzendinstellingen, zoals "TX modus". Geef een bestemming op. U kunt het nummer of adres van de bestemming direct invoeren of in het adresboek selecteren door op de bestemmingstoets te drukken.
Basisprocedure voor het verzenden van documenten (Geheugenverzending) Als u documenten verzendt naar internetfax- of e-mailbestemmingen of de functie "Result. e-mailverz." inschakelt, moet u een afzender opgeven. Druk op de [Start]-knop. Een faxbestemming registreren Druk op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop. Druk op [Adresboekmanagement]. Controleer of [Programmeren/Wijzigen] geselecteerd is.
4. Fax Voer het faxnummer in met de cijfertoetsen en druk vervolgens op [OK]. Geef optionele instellingen op zoals "SUB Code", "SEP Code" en "Internationale TX Modus". Druk op [OK]. Druk op [Afsluiten]. Druk op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop. Een faxbestemming verwijderen •...
Pagina 95
Basisprocedure voor het verzenden van documenten (Geheugenverzending) Druk op [Verw.] en vervolgens op [OK]. Druk op [OK]. Druk op [Afsluiten]. Druk op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop.
4. Fax Verzenden terwijl de verbinding met de bestemming wordt gecontroleerd (Direct verzenden) Met Direct verzenden kunt u documenten verzenden terwijl de verbinding met de bestemming wordt gecontroleerd. U kunt fax- of IP-faxbestemmingen opgeven. Als u internetfax-, e-mail-, mapbestemmingen en groeps- of meerdere bestemmingen opgeeft, wordt automatisch de verzendmodus Geheugenverzending gekozen.
Pagina 97
Verzenden terwijl de verbinding met de bestemming wordt gecontroleerd (Direct verzenden) Selecteer de noodzakelijke scaninstellingen. Geef een bestemming op. Wanneer u zich vergist, drukt u op de [Wissen]-knop en probeert u het opnieuw. Druk op de [Start]-knop.
4. Fax Een verzending annuleren In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u een faxverzending annuleert. Een verzending annuleren voordat het origineel is gescand Gebruik deze procedure om een verzending te annuleren voordat op de [Start]-knop is gedrukt. Druk op de knop [Reset]. CJN023 Een verzending annuleren terwijl het origineel wordt gescand Volg deze procedure om het scannen of verzenden van het origineel te annuleren terwijl het wordt...
Een verzending annuleren Druk op [Scannen annul.] of [TX annuleren]. Afhankelijk van de verzendmodus en de gebruikte functie wordt of [Scannen annul.] of [TX annuleren] weergegeven. Een verzending annuleren nadat het origineel is gescand Gebruik deze procedure om een verzending te annuleren nadat het origineel is gescand. U kunt de verzending van een bestand annuleren terwijl het bestand wordt verzonden, als het is opgeslagen in het geheugen of als de verzending niet is gelukt.
4. Fax Op een specifiek tijdstip verzenden (Uitgesteld verzenden) Door middel van deze functie kunt u het apparaat zodanig instellen dat de verzending van uw faxdocument wordt uitgesteld tot een aan te geven later tijdstip. Hierdoor kunt u gebruik maken van daltarieven zonder dat u op dat moment bij het apparaat aanwezig hoeft te zijn.
Documenten opslaan Documenten opslaan U kunt een document tegelijkertijd opslaan en verzenden. U kunt een document ook gewoon opslaan. Indien nodig kunt u voor de opgeslagen documenten de volgende gegevens instellen: Gebruikersnaam U kunt deze functie instellen als u wilt weten wie en welke afdelingen documenten in het apparaat hebben opgeslagen.
4. Fax Stel zo nodig de gebruikersnaam, bestandsnaam en wachtwoord in. • Gebruikersnaam Druk op [Gebruikersnaam] en selecteer een gebruikersnaam. Als u een niet-geregistreerde gebruikersnaam wilt opgeven, drukt u op [Handm. invoer] en voert u vervolgens de naam in. Druk nadat u een gebruikersnaam hebt opgegeven op [OK]. •...
Pagina 103
Documenten opslaan Druk op [Sel. opgesl. best.]. Selecteer de te verzenden documenten. Wanneer meerdere documenten worden geselecteerd, worden die in volgorde van selectie verzonden. • Druk op [Gebruikersnaam] om de documenten op volgorde van de geprogrammeerde gebruikersnaam te plaatsen. • Druk op [Bestandsnaam] om de documenten in alfabetische volgorde te plaatsen. •...
4. Fax Het logboek handmatig afdrukken Om het journaal handmatig af te drukken, selecteert u de afdrukmethode "Alles", "Afdrukken per bestandsnr." of "Afdruk per gebruiker". Alles Hiermee worden de resultaten van communicaties afgedrukt in de volgorde waarin ze worden gemaakt. Afdrukken per bestandsnr.
5. Afdrukken In dit hoofdstuk komen veelgebruikte printerfuncties en -handelingen aan bod. Voor informatie die niet in de hoofdstuk is opgenomen, zie de handleiding Afdrukken op de meegeleverde cd-rom. Snelinstallatie U kunt de printerstuurprogramma's eenvoudig installeren vanaf de cd-rom die met dit apparaat is meegeleverd.
Pagina 106
5. Afdrukken Klik op [Voltooien]. Wanneer u gevraagd wordt uw computer opnieuw op te starten, doe dit dan door het volgen van de instructies die verschijnen. Klik op [Afsluiten] in het eerste dialoogvenster van het installatieprogramma en verwijder de cd-rom uit het station.
De eigenschappen van het printerstuurprogramma weergeven De eigenschappen van het printerstuurprogramma weergeven In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de eigenschappen van het printerstuurprogramma opent in [Apparaten en printers]. • U dient over rechten voor printerbeheer te beschikken om de printerinstellingen te wijzigen. Log in als beheerder.
5. Afdrukken Standaard afdrukken • De standaardinstelling is dubbelzijdig afdrukken. Als u op slechts één kant wilt afdrukken, selecteert u [Uit] voor de duplexinstelling. • Indien u een afdruktaak via USB 2.0 stuurt terwijl het apparaat zich in de energiespaarstand of de slaapmodus bevindt, kan er mogelijk een foutmelding verschijnen na voltooiing van de afdruktaak.
Beveiligde afdruk Beveiligde afdruk Een beveiligd afdrukbestand verzenden Klik op de menuknop van Kladblok in de linkerbovenhoek van het venster en klik op [Afdrukken]. Selecteer de printer die u wilt gebruiken in de lijst "Printer selecteren". Klik op [Voorkeursinstellingen]. Klik in de lijst "Taaksoort:" op [Beveiligde afdruk]. Klik op [Details...].
Pagina 110
5. Afdrukken Druk op het [Afdruktaken]-tabblad. Druk op [Beveil. afdr.taak]. Selecteer de bestanden die u wilt afdrukken. U kunt alle beveiligde afdrukbestanden in één keer selecteren door na selectie van één bestand op [Select. alle tk. ] te drukken. Druk op [Afdrukken]. Voer het wachtwoord in met de cijfertoetsen en druk op [OK].
Uitgestelde afdruk Uitgestelde afdruk Een uitgesteld afdrukbestand verzenden Klik op de menuknop van Kladblok in de linkerbovenhoek van het venster en klik op [Afdrukken]. Selecteer de printer die u wilt gebruiken in de lijst "Printer selecteren". Klik op [Voorkeursinstellingen]. Klik in de lijst "Taaksoort:" op [Uitgestelde afdruk]. Klik op [Details...].
Pagina 112
5. Afdrukken Druk op het [Afdruktaken]-tabblad. Druk op [Uitgest. afdr.tk]. Selecteer de bestanden die u wilt afdrukken. U kunt alle uitgestelde afdrukbestanden in één keer selecteren door na selectie van één bestand op [Select. alle tk. ] te drukken. Druk op [Afdrukken]. Om afdrukinstellingen van het document te wijzigen, drukt u op [Gedetaill.
Opgeslagen afdruk Opgeslagen afdruk Een opgeslagen afdrukbestand verzenden Klik op de menuknop van Kladblok in de linkerbovenhoek van het venster en klik op [Afdrukken]. Selecteer de printer die u wilt gebruiken in de lijst "Printer selecteren". Klik op [Voorkeursinstellingen]. In de lijst "Taaksoort:" selecteert u de gewenste afdrukmethode voor bestanden van het type Opgeslagen afdruk.
5. Afdrukken Een opgeslagen afdrukbestand verzenden via het bedieningspaneel • De opgeslagen documenten worden niet verwijderd, zelfs niet als het afdrukken voltooid is. Raadpleeg voor de verwijderingsprocedure van documenten de handleiding Afdrukken Druk op de [Home]-knop aan de linkerbovenkant van het bedieningspaneel en druk op het pictogram [Printer] op het [Home]-scherm.
Pagina 115
Opgeslagen afdruk Voer het aantal kopieën in met de cijfertoetsen en druk daarna op [Afdrukken].
6. Scannen In dit hoofdstuk komen veelgebruikte scannerfuncties en -handelingen aan bod. Voor informatie die niet in dit hoofdstuk is opgenomen, zie de handleiding Scannen op de meegeleverde cd-rom. Basisprocedure bij gebruik van Scannen naar • Raadpleeg vóórdat u deze procedure gaat uitvoeren de handleiding Scannen en bevestig de gegevens van de bestemmingscomputer.
6. Scannen Indien nodig, specificeer de scaninstellingen aan de hand van het origineel dat gescand moet worden. Voorbeeld: het document scannen in kleur/dubbelzijdig en opslaan als PDF-bestand. • Druk op [Scaninstellingen] en druk vervolgens op [Kleur: Tekst / Foto] op het tabblad [Origineeltype].
Pagina 119
Basisprocedure bij gebruik van Scannen naar map Hier kunt u ook het IPv4-adres opgeven. Het adres weergegeven onder [IP-adres] is het IPv4-adres van de computer. Voer daarna de opdracht "set user" (gebruiker instellen) en druk dan op [Enter]. Let erop dat u een spatie zet tussen "set"...
6. Scannen Klik in het venster [Groepen of gebruikers selecteren] op [OK]. Selecteer in de lijst [Groeps- of gebruikernamen:] een groep of gebruiker. Vink vervolgens in de kolom [Toestaan] in de toestemmingenlijst het selectievakje [Volledige controle] of [Wijzigen] aan. Configureer de toegangsrechten voor elke groep en gebruiker. Klik op [OK].
Pagina 121
Basisprocedure bij gebruik van Scannen naar map Druk onder "Selecteer een titel" op de toets voor de classificatie die u wilt gebruiken. U kunt de volgende toetsen selecteren: • [Frequent]: wordt toegevoegd aan de pagina die het eerst wordt weergegeven. •...
6. Scannen Controleer of [SMB] werd geselecteerd. Druk op [Wijzigen] of [Blad. door netwerk] en specificeer vervolgens de map. Om een map op te geven, kunt u handmatig het pad invoeren of de map vinden door door het netwerk te bladeren. Druk op [Verbindingstest] om te controleren of het pad goed is ingesteld.
Basisprocedure bij gebruik van Scannen naar map bestemmingscomputer "192.168.0.191" is en de naam van de map is "Share", dan is het pad \ \192.168.0.191\Share. Druk op [OK]. Als de notatie van het ingevoerde pad niet juist is, verschijnt er een melding. Druk op [Afsluiten] en voer het pad opnieuw in.
6. Scannen Druk op [Map]. Druk op het protocol dat op dit moment niet is geselecteerd. Er wordt een bevestigingsbericht weergegeven. Druk op [Ja]. Druk op [OK]. Druk op [Afsluiten]. Druk op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop. Het pad naar de bestemming handmatig invoeren Druk op [Handm.
Pagina 125
Basisprocedure bij gebruik van Scannen naar map Druk op [Verbindingstest]. Er wordt een verbindingstest uitgevoerd om te controleren of de opgegeven gedeelde map bestaat. Controleer het resultaat van de verbindingstest en druk op [Afsluiten]. Druk op [OK].
6. Scannen Basisprocedure voor het verzenden van scanbestanden via e-mail Druk op de [Home]-knop aan de linkerbovenkant van het bedieningspaneel en druk op het pictogram [Scanner] op het [Home]-scherm. NL CJS113 Zorg ervoor dat alle oude instellingen verwijderd zijn. Druk op de [Reset]-knop als de instelling van de vorige gebruiker nog actief is. Druk op het tabblad [E-mail].
Basisprocedure voor het verzenden van scanbestanden via e-mail Indien nodig, specificeer de scaninstellingen aan de hand van het origineel dat gescand moet worden. Voorbeeld: het document scannen in kleur/dubbelzijdig en opslaan als PDF-bestand. • Druk op [Scaninstellingen] en druk vervolgens op [Kleur: Tekst / Foto] op het tabblad [Origineeltype].
Pagina 128
6. Scannen Druk onder "Selecteer een titel" op de toets voor de classificatie die u wilt gebruiken. U kunt de volgende toetsen selecteren: • [Frequent]: wordt toegevoegd aan de pagina die het eerst wordt weergegeven. • [AB], [CD], [EF], [GH], [IJK], [LMN], [OPQ], [RST], [UVW], [XYZ], [1] tot [10]: wordt toegevoegd aan de lijst met items in de geselecteerde titel.
Basisprocedure voor het verzenden van scanbestanden via e-mail Selecteer [E-mail / Internet faxbestemming] of [Alleen Internet faxbestemming]. Als [E-mail / Internet faxbestemming] is opgegeven, worden geregistreerde e-mailadressen weergegeven in de weergave van internetfaxadressen en in de weergave van e-mailadressen in het scherm met faxfuncties en in de adresweergave in het scherm met scannerfuncties.
Basisprocedure voor het opslaan van scanbestanden Basisprocedure voor het opslaan van scanbestanden • U kunt elk opgeslagen bestand beveiligen met een wachtwoord. Bestanden die niet met een wachtwoord zijn beveiligd, zijn voor andere gebruikers op hetzelfde lokale netwerk toegankelijk met behulp van DeskTopBinder. Het wordt aanbevolen om opgeslagen bestanden te beveiligen tegen onbevoegde toegang met behulp van een wachtwoord.
6. Scannen Druk op [Bestand opslaan]. Druk op [Opslaan op HDD]. Geef indien nodig de bestandsgegevens op zoals [Gebruikersnaam], [Bestandsnaam] en [Wachtwoord]. • Gebruikersnaam Druk op [Gebruikersnaam] en selecteer een gebruikersnaam. Als u een niet-geregistreerde gebruikersnaam wilt opgeven, drukt u op [Handm. invoer] en voert u vervolgens de naam in. Druk nadat u een gebruikersnaam hebt opgegeven op [OK].
Pagina 133
Basisprocedure voor het opslaan van scanbestanden Druk op [Sel. opgesl. best.]. In de lijst met opgeslagen bestanden selecteert u het bestand dat u wilt controleren. U kunt meerdere bestanden selecteren. Druk op [Voorvertoning].
6. Scannen Het bestandstype opgeven In deze paragraaf wordt de procedure uitgelegd voor het opgeven van het bestandstype van een bestand dat u wilt verzenden. Bestandstypen kunnen worden opgegeven bij het verzenden van bestanden per e-mail of via scannen- naar-map, bij het verzenden van opgeslagen bestanden per e-mail of via scannen-naar-map en bij het opslaan van bestanden op een verwijderbaar geheugenapparaat.
De scaninstellingen opgeven De scaninstellingen opgeven Druk op [Scaninstellingen]. Geef de resolutie, het scanformaat en de andere noodzakelijke instellingen op. Druk op [OK].
7. Document Server In dit hoofdstuk komen veelgebruikte documentserver-functies en -handelingen aan bod. Voor informatie die niet in dit hoofdstuk is opgenomen, zie de handleiding Kopiëren / Document Server op de meegeleverde cd-rom. Gegevens opslaan In deze paragraaf wordt beschreven hoe u documenten op de Document Server opslaat. •...
Pagina 138
7. Document Server Druk op de knop [Home] in de linkerbovenhoek van het bedieningspaneel en druk vervolgens op het pictogram [Document Server] in het [Home]-scherm. NL CJS113 Druk op [Naar scanscherm]. Druk op [Gebruikersnaam]. Selecteer een gebruikersnaam en druk vervolgens op [OK]. De gebruikersnamen die getoond worden, zijn namen die in het Adresboek geregistreerd staan.
Opgeslagen documenten afdrukken Opgeslagen documenten afdrukken U kunt documenten afdrukken die zijn opgeslagen op de Document Server. U kunt de volgende instellingen opgeven in het afdrukscherm: • Papierlade • Het aantal afdrukken • [Afwerken] ([Sorteren] / [Gerot.sort.] / [Stapelen] / [Nieten] / [Perforeren]) •...
8. Web Image Monitor In dit hoofdstuk komen veelgebruikte Web Image Monitor-functies en -handelingen aan bod. Voor informatie die niet in dit hoofdstuk is opgenomen, zie de handleiding Het apparaat aansluiten / Systeeminstellingen op de meegeleverde cd-rom of raadpleeg de Help van Web Image Monitor. Beginpagina weergeven In dit gedeelte wordt de beginpagina besproken en wordt uitgelegd hoe u Web Image Monitor kunt weergeven.
Pagina 142
8. Web Image Monitor 2. Koptekstgebied Hier kunt u overschakelen van de gebruikersmodus naar de beheerdersmodus en andersom. Het menu van de betreffende modus wordt hier weergegeven. Hier vindt u de koppeling naar de Help-functie en kunt u het dialoogvenster voor zoeken aan de hand van trefwoorden openen.
Ontvangen faxdocumenten bekijken met Web Image Monitor Ontvangen faxdocumenten bekijken met Web Image Monitor Start Web Image Monitor op. Klik op [Ontvangen faxbestand] in het menu [Afdruktaak/Opgeslagen bestand] in het linkerdeelvenster. Wanneer u een gebruikerscode heeft geprogrammeerd voor het opgeslagen ontvangstbestand, voert u deze code in en drukt u vervolgens op [OK].
9. Papier en toner bijvullen Dit hoofdstuk beschrijft de aanbevolen papierformaten en -typen en hoe u papier in de papierlade plaatst. Papier plaatsen in papierlades Elke papierlade wordt op dezelfde wijze gevuld. In het volgende voorbeeld wordt papier in lade 2 geplaatst. •...
Pagina 146
9. Papier en toner bijvullen CJW012 Schuif de papierlade langzaam volledig naar binnen. • Er kunnen verschillende papierformaten geplaatst worden in papierlade 2-4 door de posities van de zij- en eindgeleiders aan te passen. Zie voor meer informatie de handleiding Papierspecificaties en papier bijvullen •...
Papier in de handinvoer plaatsen Papier in de handinvoer plaatsen Gebruik de handinvoer om OHP-transparanten, etiketten, kalkpapier en papier dat niet in de papierlades kan worden geplaatst te gebruiken. • Het maximale aantal vellen dat u tegelijkertijd in kunt voeren, is afhankelijk van het type papier. Plaats niet meer papier dan tussen de papiergeleiders van de handinvoer past.
9. Papier en toner bijvullen • Wilt u vanuit de handinvoer kopiëren, raadpleeg dan de handleiding Kopiëren / Document Server . Voor afdrukken via een computer, zie Pag.146 "Instellingen voor het gebruik van de handinvoer onder de printerfunctie". • Sommige soorten papier kunnen mogelijk niet juist herkend worden wanneer deze geplaatst worden in de handinvoer.
Papier in de handinvoer plaatsen Het papierformaat instellen via het bedieningspaneel Druk op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop. CJS039 Druk op [Instell. papierlade]. Druk op [Printer handinvoer papierformaat]. Selecteer het papierformaat. Druk op [OK]. Druk op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop. • Wanneer u dik papier, dun papier of OHP-transparanten plaatst, dient u het papierformaat en - type in te stellen.
9. Papier en toner bijvullen Aangepast papierformaat instellen via bedieningspaneel Druk op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop. CJS039 Druk op [Instell. papierlade]. Druk op [Printer handinvoer papierformaat]. Druk op [Aangepast form.]. Indien er al een aangepast formaat is ingesteld, drukt u op [Formaat wijzigen]. Druk op [Verticaal], voer het verticale formaat van het papier in met de cijfertoetsen en druk vervolgens op de toets [ ].
Pagina 151
Papier in de handinvoer plaatsen Druk op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop. CJS039 Druk op [Instell. papierlade]. Druk op [ Volgende]. Druk op [Papiertype: Handinvoerlade]. Selecteer de juiste items aan de hand van het papiertype dat u in wilt stellen. • Druk op [OHP (Transparant)] in het gebied [Papiertype] bij het invoeren van OHP- transparanten.
9. Papier en toner bijvullen Papier in de kleine papierlade plaatsen • Controleer of de rand van het papier aan de rechterzijde is uitgelijnd. • Als een papierlade te hard dicht geduwd wordt, kunnen de zijwanden van de lade van hun plaats raken.
Pagina 153
Papier in de kleine papierlade plaatsen • U kunt verschillende papierformaten in de klein papierformaatlade plaatsen door de positie van de zijwanden en eindwand te wijzigen. Zie voor meer informatie de handleiding Papierspecificaties en papier bijvullen • U kunt enveloppen in de klein papierformaatlade plaatsen. Als u enveloppen plaatst, moet u ze in de juiste richting plaatsen.
9. Papier en toner bijvullen Papier in lade 3 (LCT) plaatsen • Wanneer het papier dat aan de rechterkant van lade 3 (LCT) is geplaatst, opraakt, wordt het papier aan de linkerkant automatisch naar rechts geschoven. Trek lade 3 (LCT) er niet uit terwijl de lade het papier aan het verplaatsen is.
Pagina 155
Papier in lade 3 (LCT) plaatsen • Linkerzijde van de lade uitgetrokken CJW017 Schuif de papierlade langzaam volledig naar binnen. • U kunt papier zelfs plaatsen als lade 3 (LCT) in gebruik is. U kunt de linkerhelft van de lade uittrekken terwijl lade 3 (LCT) in gebruik is.
9. Papier en toner bijvullen Papier in de bulklade (LCT) plaatsen • (voornamelijk Europa en Azië) De bulklade (LCT) kan alleen papier van A4 -formaat bevatten. Als u wilt afdrukken op 8 × 11 of B5 JIS vanuit de bulklade (LCT), neemt u contact op met uw servicevertegenwoordiger. •...
Pagina 157
Papier in de bulklade (LCT) plaatsen CJW020 Plaats het papier door de stappen 2 en 3 te herhalen. Sluit het rechterpaneel van de bulklade (LCT).
9. Papier en toner bijvullen Aanbevolen papierformaten en -typen Dit gedeelte geeft de aanbevolen papierformaten en -typen. • Als vochtig of opgekruld papier wordt geplaatst, kan er een papierstoring optreden. • Gebruik geen papier dat bedoeld is voor een inkjetprinter, omdat het aan de fuseereenheid kan blijven plakken en een papierstoring kan veroorzaken.
Pagina 159
Aanbevolen papierformaten en -typen Lade 2-4 Papiertype en -gewicht Papierformaat Papiercapaciteit 52 – 256 g/m (14 lb. bankpost – Papierformaten die 550 vellen 140 lb. Index) automatisch kunnen worden bepaald: Dun papier – Dik papier 3 A3 , A4 , A5 , B4 JIS , B5 JIS ×...
Pagina 160
9. Papier en toner bijvullen Papiertype en -gewicht Papierformaat Papiercapaciteit 52 – 256 g/m (14 lb. bankpost – Aangepast formaat: 550 vellen 140 lb. Index) Dun papier – Dik papier 3 Verticaal: 182,0 – 297,0 Horizontaal: 148,0 – 432,0 Verticaal: 7,17 – 11,69 inch Horizontaal: 5,83 –...
Pagina 161
Aanbevolen papierformaten en -typen Papiertype en -gewicht Papierformaat Papiercapaciteit 52 – 256 g/m (14 lb. bankpost – Aangepast formaat: 550 vellen 140 lb. Index) Dun papier – Dik papier 3 Verticaal: 100,0 - 220,0 Horizontaal: 148,0 – 432,0 Verticaal: 3,94 - 8,66 inch Horizontaal: 5,83 –...
Pagina 162
9. Papier en toner bijvullen Papiertype en -gewicht Papierformaat Papiercapaciteit 52 – 300 g/m • Dun papier– lb. bankpost – 110 lb. Medium Dik: 100 voorblad) vellen B4 JIS , B5 JIS , B6 JIS , Dun papier–Dik papier • Dik papier 1: 40 11 ×...
Pagina 163
Aanbevolen papierformaten en -typen *2 Voer het papierformaat in. Raadpleeg voor de kopieermodus de handleiding Kopiëren / Document Server . Raadpleeg voor de printermodus Pag.148 "Aangepast papierformaat instellen via bedieningspaneel". *3 In de printer- of faxmodus is de maximale horizontale lengte van het aangepaste formaat 600,0 mm (23,62 inch).
Pagina 164
9. Papier en toner bijvullen *1 Om papier van een van de bovengenoemde formaten te plaatsen, neemt u contact op met uw servicevertegenwoordiger. Papierdikte Papierdikte Papiergewicht Dun papier 52 - 59 g/m (14 - 15 lb. bankpost) Normaal papier 1 60 - 74 g/m (16 - 20 lb.
Pagina 165
Aanbevolen papierformaten en -typen • Wanneer u op briefpapier kopieert of afdrukt, is de richting waarin u het papier plaatst afhankelijk van de functie die u gebruikt. Zie de handleiding Papierspecificaties en papier bijvullen • De kopieer/afdruksnelheid is langzamer dan normaal bij kopiëren of afdrukken op dik papier van 106–300 g/m (28 lb.
9. Papier en toner bijvullen Zorg bij [Papiertype] voor elke lade dat het [Papiertype] is ingesteld op [Gecoat papier] en [Papierdikte] op [Dik papier 1]. • Als u op glanzend gecoat papier wilt afdrukken vanuit de handinvoer, papierlades, lade 3 (LCT) of de bulklade (LCT): druk op [Gebruikersinstellingen/Teller] en vervolgens op [Instell.
Aanbevolen papierformaten en -typen Lade 2 - 4 of de Richting van de Lade 1 of lade 3 papierlade voor Bulklade (LCT) Handinvoer papierkorrel (LCT) klein papier Niet aanbevolen Niet aanbevolen • Bij het kopiëren of afdrukken op dik papier is de snelheid van kopiëren/afdrukken langzamer dan normaal.
Pagina 168
9. Papier en toner bijvullen In kopieermodus De manier om enveloppen te plaatsen hangt af van de richting van de enveloppen. Bij het kopiëren op enveloppen plaatst u deze volgens de toepasselijke richting die hieronder wordt weergegeven: Enveloppen plaatsen Papierlade 2-4 Richting van Glasplaat Handinvoer...
Pagina 169
Aanbevolen papierformaten en -typen In printermodus De manier om enveloppen te plaatsen hangt af van de richting van de enveloppen. Bij het afdrukken op enveloppen plaatst u deze volgens de geschikte richting die hieronder wordt weergegeven: Enveloppen plaatsen Papierlade 2-4 Soorten enveloppen Handinvoer Klein papierformaatlade...
9. Papier en toner bijvullen Aanbevolen enveloppen Neem contact op met uw lokale dealer voor informatie over aanbevolen enveloppen. Het formaat van enveloppen dat u kunt plaatsen hangt af van de lade waarin u ze plaatst. Raadpleeg voor meer informatie Pag.156 "Aanbevolen papierformaten en -typen". •...
Toner bijvullen Toner bijvullen Deze paragraaf beschijft de voorzorgsmaatregelen bij het vervangen van tonercartridges, hoe u faxen of gescande documenten kunt verzenden als de toner op is en wat u moet doen met gebruikte tonercartridges. • Verbrand toner (nieuw of gebruikt) of tonercartridges niet. Doet u dit wel, dan riskeert u brandwonden.
Pagina 172
9. Papier en toner bijvullen • Als toner of gebruikte toner wordt doorgeslikt, verdun deze dan door grote hoeveelheden water te drinken. Raadpleeg indien nodig een dokter. • Let er tijdens het verwijderen van vastgelopen papier of het vervangen van tonercartridges goed op dat er geen toner (nieuw of gebruikt) op uw kleding komt.
(voornamelijk in Europa en Azië) Als u uw gebruikte tonercartridge wilt weggooien, neem dan contact op met het dichtstbijzijnde verkooppunt van Ricoh. Als u de toner zelf weggooit, dient u het te beschouwen als plastic afvalmateriaal. (voornamelijk in Noord-Amerika) Raadpleeg de lokale Ricoh website voor meer informatie over het recyclen van verbruiksartikelen.
10. Problemen oplossen Dit hoofdstuk geeft uitleg over basisprocedures voor probleemoplossing. Indicatielampjes Dit gedeelte verklaart de indicatielampjes die worden weergegeven of gaan branden als het apparaat de gebruiker vraagt om vastgelopen papier te verwijderen, papier bij te vullen, of andere procedures uit te voeren.
Pagina 176
10. Problemen oplossen Indicatielampje Status : Klep open Verschijnt wanneer één of meer kleppen van het apparaat open staan.
Wanneer een indicatielampje brandt bij de knop [Status controleren] Wanneer een indicatielampje brandt bij de knop [Status controleren] Als een lampje bij de knop [Status controleren] gaat branden, drukt u op [Status controleren] om het scherm [Controleer status] weer te geven. Controleer de status van elke functie op het scherm [Controleer status].
Pagina 178
10. Problemen oplossen • Pag.230 "Meldingen bij gebruik van de scanner" De volgende tabel licht problemen toe, waardoor het lampje mogelijk is aangegaan. Probleem Oorzaken Oplossing Documenten en rapporten De papieruitvoerlade is vol. Verwijder de afdrukken uit de worden niet afgedrukt. uitvoerlade.
Pagina 179
Wanneer een indicatielampje brandt bij de knop [Status controleren] Probleem Oorzaken Oplossing Het apparaat kan geen Er is een netwerkfout • Druk op [Contr.] voor de functie verbinding met het netwerk opgetreden. waarbij een fout is opgetreden. maken. Controleer de melding die wordt weergegeven en neem gepaste maatregelen.
10. Problemen oplossen Geluidsignalen De volgende tabel geeft uitleg over de betekenis van de verschillende geluidspatronen die het apparaat produceert om gebruikers te waarschuwen over achtergebleven originelen en overige apparaatomstandigheden. Signaalpatroon Betekenis Oorzaken Enkele korte pieptoon Paneel-/scherminvoer Er is op een toets op het display of op geaccepteerd.
Pagina 181
Geluidsignalen de kleppen van het apparaat binnen korte tijd meerdere malen worden geopend en gesloten, dan kan de geluidswaarschuwing blijven voortduren, zelfs nadat de normale status is hervat. • U kunt instellen of u de waarschuwingssignalen wilt in- of uitschakelen. Voor meer informatie over geluidspatronen, zie de handleiding Het apparaat aansluiten / Systeeminstellingen...
10. Problemen oplossen Als u problemen heeft met de bediening van het apparaat Dit gedeelte geeft uitleg over veelvoorkomende problemen en berichten. Indien er andere berichten verschijnen, volg dan de weergegeven aanwijzingen. Probleem Oorzaken Oplossing Het [Fax]- of [Scanner]- Andere functies dan de Wacht nog even.
Pagina 183
Als u problemen heeft met de bediening van het apparaat Probleem Oorzaken Oplossing Het display is uit. Het apparaat staat in de Druk op de knop [Energiespaarstand] slaapstand. of op de toets [Controleer status] om de slaapstand te annuleren. Er gebeurt niets wanneer op De hoofdstroomschakelaar Zet de hoofdstroomschakelaar aan.
Pagina 184
10. Problemen oplossen Probleem Oorzaken Oplossing "Een ogenblik geduld a.u.b." Dit bericht verschijnt als u de Wacht even. Als de melding na vijf wordt weergegeven. tonercartridge vervangt. minuten nog niet verdwenen is, schakel dan de hoofdstroomschakelaar uit en zorg ervoor dat het Aan/uit indicatielampje niet brandt.
Pagina 185
Als u problemen heeft met de bediening van het apparaat Probleem Oorzaken Oplossing "Verificatie is mislukt." wordt De ingevoerde log-in Voor meer informatie over de weergegeven. gebruikersnaam of het log-in gebruikersnaam en het wachtwoord wachtwoord is niet juist. voor inloggen, zie de Veiligheidshandleiding "Verificatie is mislukt."...
Pagina 186
10. Problemen oplossen Probleem Oorzaken Oplossing Er treden geregeld Wellicht is de zij- of • Verwijder het vastgelopen papier. papierstoringen op. eindafscheider van de lade Voor meer informatie over het niet juist ingesteld. verwijderen van vastgelopen papier, zie de handleiding Problemen oplossen •...
Pagina 187
Als u problemen heeft met de bediening van het apparaat Probleem Oorzaken Oplossing Vastgelopen papier komt Papierstoringen kunnen Til de geleider op interne lade 2 op en vaak voor wanneer er plaatsvinden wanneer de probeer de taak opnieuw af te afgedrukt wordt op vellen uitvoerlade is ingesteld op drukken.
Pagina 188
10. Problemen oplossen Probleem Oorzaken Oplossing "De volgende uitvoerlade is De uitvoerlade is vol. Verwijder het papier uit de uitvoerlade vol. Verwijder het papier." zodat u het afdrukken kunt voortzetten. wordt weergegeven. Als het papier in de staffellade van de finisher afgeleverd moet worden en u wilt voorkomen dat het papier uit de lade valt, kunt u het afdrukken...
Pagina 189
Als u problemen heeft met de bediening van het apparaat Probleem Oorzaken Oplossing Kan Web Image Monitor Indien er een beperking • Voor meer informatie over het niet gebruiken om voor het afdrukvolume is opgeven van documenten af te drukken ingesteld, kunnen gebruikers afdrukvolumelimieten, zie de die op de Document Server...
Pagina 190
10. Problemen oplossen • Als u geen kopieën kunt maken vanwege het papiertype, papierformaat of papiercapaciteitsproblemen, gebruik dan het aanbevolen papier. Voor meer informatie over aanbevolen papier, zie Pag.156 "Aanbevolen papierformaten en -typen". • Het gebruik van gekreukt papier veroorzaakt vaak papierstoringen, vlekkerige papierranden of verschoven posities bij het nieten of afdrukken van meerdere exemplaren.
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen bij gebruik van de Kopieerapparaat/Document Server-functie Deze paragraaf bevat een beschrijving van de belangrijkste meldingen van het apparaat. Indien er andere berichten verschijnen, volg dan de instructies op die hierin worden gegeven. •...
Pagina 192
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Formaat van het origineel is Er is geen origineel geplaatst • Plaats het origineel op de juiste niet herkenbaar." of het formaat van het manier. origineel op de glasplaat is • Geef het papierformaat op. geen standaard formaat.
Pagina 193
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Max. aantal pag. per best. Het aantal gescande pagina's • Als u de gescande pagina's als overschr. Wilt u de is groter dan de capaciteit per bestand wilt opslaan in de gescande pagina's opslaan bestand van de Document Document Server, drukt u op...
Pagina 194
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Tijdschrift of Boekje modus U heeft de functie "Tijdschrift" Zorg ervoor dat originelen voor de is niet beschikbaar vanwege of "Boekje" geselecteerd voor functie "Tijdschrift" of "Boekje" gemengde kleurenmodi." originelen die met de worden opgeslagen in dezelfde printerfunctie zijn opgeslagen kleurmodus.
Pagina 195
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Een ogenblik." De bestemmingslijst wordt Wacht totdat het bericht verdwenen bijgewerkt vanuit het netwerk is. Zet het apparaat niet uit terwijl dit met Web Image Monitor. bericht wordt weergegeven. Afhankelijk van het aantal bij te werken bestemmingen, kan er enige vertraging ontstaan voordat u verder...
10. Problemen oplossen Wanneer het geheugen vol raakt bij gebruik van de Kopieerapparaat/Document Server-functie Meldingen Oorzaken Oplossing "Geheugen is vol. nn De gescande originelen Druk op [Afdrukken] om de gescande originelen zijn gescand. overschrijdt het aantal originelen te kopiëren en de Druk op [Afdrukken] om pagina's dat in het scangegevens te annuleren.
Pagina 197
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Origineel formaat is niet Het apparaat kon het Selecteer het gebied dat moet worden herkenbaar. Selecteer origineelformaat niet gescand in [Scaninstellingen] onder scanformaat." waarnemen. [Scanformaat] op het bedieningspaneel en verzendt het document opnieuw.
Pagina 198
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Controleer of er Het registreren van de • Controleer of het juiste SIP Server netwerkproblemen zijn." gebruikersnaam is IP-adres en de juiste SIP afgewezen door de SIP- Gebruikersnaam vermeld zijn in [13-17] server. [SIP instellingen] van [Faxeigenschappen].
Pagina 199
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Controleer of er In [Effectief protocol] is het • Controleer of IPv4 in [Effectief netwerkproblemen zijn." IP-adres niet geautoriseerd protocol] is ingesteld op "Actief" of is een onjuist IP-adres in [Systeeminstellingen].
Pagina 200
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Controleer of er De DNS-server, SMTP- • Controleer of de volgende netwerkproblemen zijn." server of map voor instellingen in doorzenden is niet [Systeeminstellingen] goed [14-01] gevonden, of de worden weergegeven. bestemming voor de • DNS-server Internetfax rondom (niet via) •...
Pagina 201
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Controleer of er E-mailverzending is • Ga na of de Gebruikersnaam en netwerkproblemen zijn." geweigerd door SMTP- het Wachtwoord voor de verificatie, POP- voor SMTP- volgende instellingen in [14-09] verificatie of log-in verificatie [Systeeminstellingen] goed van de computer waarin de...
Pagina 202
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Controleer of er Er is geen POP3/IMAP4- • Controleer of de servernaam en netwerkproblemen zijn." serveradres geregistreerd. het serveradres juist zijn in [POP3 / IMAP4 instellingen] van [15-01] [Systeeminstellingen]. Voor meer informatie over de POP3 / IMAP4-instellingen, zie de handleiding Het apparaat aansluiten / Systeeminstellingen...
Pagina 203
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Controleer of er De DNS-server of POP3/ • Controleer of de volgende netwerkproblemen zijn." IMAP4-server wordt niet instellingen in gevonden. [Systeeminstellingen] goed [15-11] worden weergegeven. • Het IP-adres van de DNS- server •...
Pagina 204
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Controleer of er Er kan niet ingelogd worden • Controleer of de volgende netwerkproblemen zijn." in de POP3/IMAP4-server. instellingen in [Systeeminstellingen] goed [15-12] worden weergegeven. • De gebruikersnaam en het wachtwoord voor [Fax E- mail Account] •...
Pagina 205
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Er is een fout opgetreden, • Er is een origineel Druk op [Afsluiten] en verstuur de en verzenden is vastgelopen tijdens een documenten nogmaals. geannuleerd." Directe verzending. • Er zijn problemen met het apparaat of er was ruis op de telefoonlijn.
Pagina 206
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Functionele problemen in Er is een probleem met de Noteer het codenummer dat op het fax . Gegevens worden fax. scherm wordt afgebeeld en neem geïnitialiseerd." contact op met uw leverancier. De andere apparaatfuncties kunnen worden gebruikt.
Pagina 207
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Bevat enkele ongeldige De opgegeven groep bevat Druk op [Selecteren] in het bericht dat bestemmingen. Wilt u alleen faxbestemmingen, e- na iedere verzending verschijnt. geldige bestemmingen mailbestemmingen, en/of selecteren?" mapbestemmingen die incompatibel zijn met de opgegeven...
Pagina 208
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Verificatie met app. op Gebruikersverificatie op het Zie voor details over verificatie de afstand is mislukt. Controleer externe apparaat is mislukt. Veiligheidshandleiding verificatie-instellingen apparaat op afstand." "Verificatie met app. op Gebruikercodeverificatie is De functie voor faxen op afstand biedt afstand is mislukt.
Pagina 209
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Verbinding maken met Er is een time-out • Controleer of de LAN-kabel apparaat op afstand is opgetreden tijdens de correct op het apparaat is mislukt. Controleer status van verbinding met het externe aangesloten.
Pagina 210
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "De HDD van het apparaat De harde schijf is vol Verwijder onnodige bestanden. op afstand is vol." geraakt na gebruik van faxen op afstand door het scannen van het origineel. "Opgegeven actie kan niet Wanneer u probeert de Druk op [TX/RX-status/Afdr.] en uitgevoerd worden.
Pagina 211
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "De opgegeven bestemming Het gebruikerscertificaat Er moet een nieuw gebruikerscertificaat voor e-mail TX-resultaat dat (bestemmingscertificaat) is geïnstalleerd worden. Voor details bij het programma verlopen. over het gebruikerscertificaat geregistreerd is, heeft een (bestemmingscertificaat), zie de certificaat dat niet geldig is.
Pagina 212
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "De opgegeven bestemming Er is geen Voor details over het voor e-mail TX-resultaat die gebruikerscertificaat gebruikerscertificaat geregistreerd is voor het (bestemmingscertificaat). (bestemmingscertificaat), zie de programma, heeft geen Veiligheidshandleiding certificaat voor codering." "De opgegeven Er is geen Voor details over het bestemmingen voor e-mail gebruikerscertificaat...
Pagina 213
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "De e-mailbestemming kan Er is geen Voor meer informatie over het niet opgeroepen worden, apparaatcertificaat (S/ apparaatcertificaat (S/MIME), zie de modat er een probleem met MIME) of het certificaat is Veiligheidshandleiding het apparaatcertificaat ongeldig.
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "De e-mailbestemmingen die Er is geen Er moet een nieuw apparaatcertificaat onder dit programma apparaatcertificaat (PDF met (PDF met digitale handtekening) geregistreerd staan, kunnen digitale handtekening) of het geïnstalleerd worden. Voor meer niet opgehaald worden. Er is certificaat is ongeldig.
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen bij gebruik van de printer In dit gedeelte worden de meest gangbare berichten beschreven die verschijnen op het display, in foutlogbestanden en foutrapporten. Indien er andere berichten verschijnen, volg dan de instructies op die hierin worden gegeven.
10. Problemen oplossen Meldingen op het bedieningspaneel bij gebruik van de printer • Voordat u de hoofdschakelaar uitschakelt, zie Pag.59 "Het apparaat aan-/uitzetten". Meldingen Oorzaken Oplossing "Kan geen verbinding • De draadloze LAN-kaart Schakel de hoofdstroomschakelaar maken met de draadloze is niet geplaatst toen het uit en controleer of de draadloze kaart.
Pagina 217
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Hardwarefout: USB" Er is een fout opgetreden in de Zet de hoofdstroomschakelaar uit en USB-interface. weer aan. Als het bericht nogmaals verschijnt, neem dan contact op met uw leverancier. "Hardwarefout: Wireless Er kan toegang tot de Schakel de hoofdstroomschakelaar...
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Papierformaat en type De printerstuurprogramma- • Controleer of de komen niet overeen. Sel. instellingen zijn incorrect, of de printerstuurprogramma- and. lade uit volg. en druk lade bevat niet het papier van instellingen correct zijn en plaats [Doorgaan].
Pagina 219
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Probleem met draadloze Het apparaat heeft een Controleer of de Bluetooth-eenheid kaart. Bel service." Bluetooth-fout gedetecteerd of juist is geïnstalleerd of neem contact kon geen Bluetooth-eenheid op met uw servicevertegenwoordiger. Er wordt naar een detecteren.
Pagina 220
10. Problemen oplossen Meldingen tijdens het rechtstreeks afdrukken vanaf een memorystick Meldingen Oorzaken Oplossing "Kan de bestanden van de Neem contact op met uw gesel. geheugenopslag niet geheugenopslagapparaat servicevertegenwoordiger voor meer weergeven." wordt niet herkend. informatie over de aanbevolen geheugenopslagapparaten voor de rechtstreekse afdrukfunctie.
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "De limiet voor totale • Het geselecteerde Bestanden of groepen met bestanden gegevensgrootte van de bestand is groter dan 1 die groter dan 1 GB zijn, kunnen niet gesel. bestanden is worden afgedrukt.
Pagina 222
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "91: Fout" Het afdrukken is Controleer of de gegevens geldig zijn. geannuleerd door de automatische opdrachtannuleringsfunctie als gevolg van een opdrachtfout. "92: Fout" Afdrukken is geannuleerd, Voer, indien nodig, de afdrukopdracht omdat [Taak reset] of de nogmaals uit.
Pagina 223
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Fout opgetreden tijdens De resolutie is ingesteld op Stel in het printerstuurprogramma de verwerken van ongeaut. een waarde van minder resolutie in op 600 dpi of hoger of kopieerpreventie-taak. De dan 600 dpi terwijl deselecteer [Voorkomen van taak is geannuleerd."...
Pagina 224
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Opdrachtfout" Een RCPS-opdrachtfout is Controleer dit met behulp van de opgetreden. onderstaande procedure: • Controleer of de communicatie tussen de computer en het apparaat correct werkt. • Controleer of het juiste printerstuurprogramma wordt gebruikt. •...
Pagina 225
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Duplex is geannuleerd." Dubbelzijdig afdrukken is • Selecteer het juiste papierformaat geannuleerd. voor de duplexfunctie. Voor meer informatie over papier, zie de handleiding Onderhoud en specificaties • Wijzig de instelling voor "Duplex toepassen"...
Pagina 226
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Max. aantal pagina's Terwijl de opslagfunctie Verwijder uitgestelde afdrukbestanden overschreden (automatisch voor fouttaken wordt die automatisch zijn opgeslagen of opslaan)" gebruikt om normale bestanden die u niet meer nodig heeft, afdruktaken op te slaan als uit het apparaat.
Pagina 227
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Max. geteld aantal per Het aantal pagina's dat de Voor meer informatie over eenheid voor gebuiker mag afdrukken afdrukvolumelimieten, zie de Afdrukvolumegebruik. De werd overschreden. Veiligheidshandleiding taak is geannuleerd. " "Verkrijgen van Het rechtstreeks afdrukken Zet de hoofdstroomschakelaar uit en...
Pagina 228
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "I/O buffer overloop." Er heeft een • Onder [Host interface] bij invoerbufferoverloop [Printereigensch.] selecteert u plaatsgevonden. [I/O-buffer]. Vervolgens stelt u de maximale buffergrootte in op een hogere waarde. • Verminder het aantal bestanden dat naar het apparaat wordt verzonden.
Pagina 229
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Onvoldoende geheugen" Er is een PCL 6 geheugentoewijzingsfout Selecteer een lagere resolutie in opgetreden. het printerstuurprogramma. Raadpleeg de helpfunctie van het printerstuurprogramma voor meer informatie over het wijzigen van de resolutie.
Pagina 230
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Uitvoerlade is gewijzigd." De uitvoerlade is gewijzigd, Specificeer de juiste uitvoerlade. omdat het papierformaat van de gespecificeerde uitvoerlade beperkt is. "Printer overschrijdingsfout." De afbeeldingen zijn niet PCL 6 afgedrukt. Selecteer een lagere resolutie in het printerstuurprogramma.
Pagina 231
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Verzenden van gegev. is Het apparaat heeft van het Controleer of de computer goed werkt. mislukt." printerstuurprogramma de opdracht gekregen om de verzending de stoppen. "Nieten is geannuleerd." Afdrukken met nietjes is Controleer de papierrichting, geannuleerd.
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "U heeft niet het privilege Het is de ingelogde Voor meer informatie over het om deze functie te gebruiker niet toegestaan toekennen van rechten, zie de gebruiken. Afdruktaak is om de geselecteerde functie Veiligheidshandleiding geannuleerd."...
Pagina 233
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Verificatie van de De ingevoerde • Controleer of de gebruikersnaam bestemming is mislukt. gebruikersnaam of het en het wachtwoord correct zijn. Controleer instellingen. Om ingevoerde wachtwoord • Controleer of de ID en het huid.
Pagina 234
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Kan het specifieke pad niet Een antivirusprogramma of • Antivirusprogramma's en firewalls vinden. Controleer a.u.b de een firewall voorkomt dat kunnen voorkomen dat instellingen." het apparaat verbinding kan clientcomputers een verbinding maken met uw computer. maken met dit apparaat.
Pagina 235
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Kan niet schrijven naar het • Controleer of het geheugenopslagapparaat. geheugenopslagapparaat is geheugenopslagapparaat defect Controleer het defect of de bestandsnaam geheugenopslagapparaat bevat een teken dat niet • Controleer het en de apparaatinstellingen."...
Pagina 236
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Het afgevangen bestand Het maximale aantal Verminder het aantal pagina's in het heeft max. aantal pag. per pagina's per bestand is verzonden bestand en verzend het bestand overschreden. Kan overschreden. bestand dan opnieuw. Voor meer de gescande gegevens niet informatie over het maximum aantal verzenden."...
Pagina 237
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Ingevoerde gebruikerscode U heeft een onjuiste Controleer de verificatie-instellingen en is niet juist. Voer opnieuw gebruikerscode ingevoerd. voer dan een correcte gebruikerscode in." "Max. formaat van e-mail De grootte van het bestand Wijzig de faxinstellingen als volgt: overschreden.
Pagina 238
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Max. aant. alfanum. tekens Het maximale aantal in te Zorg ervoor dat het maximale aantal is overschreden." voeren alfanumerieke tekens tekens dat u wilt invoeren niet te groot is overschreden. is en voer het opnieuw in. Voor meer informatie over het maximum aantal tekens dat kan worden ingevoerd, zie de handleiding Scannen...
Pagina 239
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Max.paginacap. per Het aantal gescande Selecteer of u de gegevens wilt bestand overschr. Druk op pagina's overschrijdt de verzenden die al zijn gescand. [Verzend] om gescande maximale paginacapaciteit. gegev. te verst., of druk [Annuleren] om te verwijderen."...
Pagina 240
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Geheugen is vol. Kan niet Omdat er onvoldoende Probeer één van de volgende scannen. Gescande gegev. harde schijfruimte was, kon maatregelen: zullen worden verwijderd. " de eerste pagina niet • Wacht even en probeer de worden gescand.
Pagina 241
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Geheugenopslagapparaat Er is geen Plaats een geheugenopslagapparaat niet gedetecteerd. Voer het geheugenopslagapparaat of controleer of het apparaat in." geplaatst. geheugenopslagapparaat juist geplaatst is de mediasleuf. "Geen papier. Plts pap. van Er is geen papier ingesteld in Plaats papier met de formaten die in één van volg.
Pagina 242
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Scanlogboek is vol. "Afdr. & verw. Druk het scanlogboek af of verwijder Controleer Scanlogboek" in het. Zie voor meer informatie de Scaneigenschappen." [Scannereigensch.] is handleiding Scannen ingesteld op [Niet afdr: Verz. uitschak.] en het scanlogboek is vol.
Pagina 243
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Sommige geselect. best. U kunt geen bestand Annuleer de verzending ("Wachten..." zijn momenteel in gebruik. verwijderen dat in de status gewist) of de DeskTopBinder- Ze kunnen niet verwijderd wachtrij staat voor instelling en verwijder vervolgens het worden.
Pagina 244
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Doorzenden is mislukt. Verzending is mislukt. Er was Wijs voldoende ruimte toe. Onvoldoende geheugen in niet genoeg vrije ruimte op de harde schijf van de de harde schijf van de bestemming. Om huid. status SMTP-server, FTP-server of te contr., druk op [Status clientcomputer op de...
Pagina 245
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Bijwerken bestemmingslijst Er is een netwerkfout • Controleer of de server is mislukt. Opnieuw opgetreden. aangesloten. proberen ?" • Antivirusprogramma's en firewalls kunnen voorkomen dat clientcomputers een verbinding maken met dit apparaat. •...
Pagina 246
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "U heeft niet de privileges De aangemelde gebruiker is Voor meer informatie over het om deze functie te niet gemachtigd om de toekennen van rechten, zie de gebruiken." geselecteerde functie te Veiligheidshandleiding gebruiken. "Max. gegevens capaciteit De te scannen gegevens zijn Verminder de resolutie of de waarde overschreden."...
Pagina 247
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Het apparaatcertificaat van Het apparaatcertificaat (PDF Er moet een nieuw apparaatcertificaat de PDF digitale met digitale handtekening) is (PDF met digitale handtekening) handtekening is verlopen. verlopen. geïnstalleerd worden. Voor meer Het bestand kan niet informatie over de installatie van een verzonden worden."...
Pagina 248
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "De bestemming kan niet Er is geen Er moet een nieuw apparaatcertificaat geselecteerd worden, omdat apparaatcertificaat (S/ (S/MIME) geïnstalleerd worden. Voor er een probleem is met het MIME) of het certificaat is meer informatie over de installatie van apparaatcertificaat gebruikt ongeldig.
Pagina 249
Wanneer er meldingen op het bedieningspaneel worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Verzending kan niet Het gebruikerscertificaat Er moet een nieuw gebruikerscertificaat plaatsvinden, omdat het (bestemmingscertificaat) is geïnstalleerd worden. Voor details certificaat voor codering niet verlopen. over het gebruikerscertificaat geldig is." (bestemmingscertificaat), zie de Veiligheidshandleiding...
10. Problemen oplossen Wanneer meldingen op uw computerscherm worden weergegeven Meldingen bij gebruik van de scanner In dit gedeelte worden de meest waarschijnlijke oorzaken van en mogelijke oplossingen beschreven voor de meest gangbare foutberichten die worden weergegeven op de clientcomputer wanneer het TWAIN-stuurprogramma wordt gebruikt.
Pagina 251
Wanneer meldingen op uw computerscherm worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Kan het papierformaat van Het geplaatste origineel is • Plaats het origineel op de juiste het origineel niet detecteren. niet goed geplaatst. manier. Specificeer het scanformaat. • Geef het scanformaat op. "...
Pagina 252
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Verwijder onjuiste invoer in Er is een papierstoring • Verwijder vastgelopen originelen ADF." opgetreden in de ADF. en plaats ze opnieuw. Voor meer informatie over vastgelopen papier, zie de handleiding Problemen oplossen • Als het papier vastloopt, verwijdert u de vastgelopen originelen.
Pagina 253
Wanneer meldingen op uw computerscherm worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "Onvoldoende geheugen. Het geheugen is • Sluit alle onnodige toepassingen Sluit alle andere ontoereikend. die worden uitgevoerd op de programma's en scan clientcomputer. opnieuw." • Maak installatie van het TWAIN- stuurprogramma ongedaan en installeer het opnieuw nadat u de computer opnieuw heeft...
Pagina 254
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Geen reactie van de Het apparaat of de • Controleer of het apparaat of de scanner." clientcomputer is niet correct clientcomputer correct op het op het netwerk aangesloten. netwerk is aangesloten. • Schakel de persoonlijke firewall van de clientcomputer uit.
Pagina 255
Wanneer meldingen op uw computerscherm worden weergegeven Meldingen Oorzaken Oplossing "De scanner is niet De hoofdschakelaar van het Zet de hoofdstroomschakelaar aan. beschikbaar. Controleer de apparaat staat uit. verbinding van de scanner." "De scanner is niet Het apparaat is niet correct •...
Pagina 256
10. Problemen oplossen Meldingen Oorzaken Oplossing "Deze naam wordt al U heeft geprobeerd een Gebruik een andere naam. gebruikt. Controleer de naam te registreren die al geregistreerde namen." wordt gebruikt.
Het woordmerk en logo's van Bluetooth zijn eigendom van Bluetooth SIG, Inc. en ieder gebruik van dergelijke merken door Ricoh Company, Ltd. is onder licentie. Microsoft, Windows, Windows Server en Windows Vista zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Pagina 258
11. Bijlage ® ® Microsoft Windows Server 2003 R2 Standard Edition ® ® Microsoft Windows Server 2003 R2 Enterprise Edition • De productnamen van Windows Server 2008 zijn als volgt: ® ® Microsoft Windows Server 2008 Standard ® ® Microsoft Windows Server 2009 Enterprise •...
Pagina 259
INDEX 2-zijdig afdrukken........... Dik papier........... 148, 164 2-zijdig Combineren..........Direct verzenden........... Display..............Document Server....... 10, 16, 48, 87, 135 Aangepast papierformaat........Documenten digitaliseren........Aanicht vanaf de voor- en linkerkant....Documenten opslaan..........Aanzicht vanaf de achter- en linkerkant..27, 30 Dun papier............Aanzicht vanaf de voor- en linkerkant....
Pagina 260
Glasplaat..........27, 30, 63 Namen van belangrijke functies......Nieten..............Handelsmerk............Handinvoer........27, 30, 145, 146 Handinvoerlade..........79, 80 OHP-transparant..........Het apparaat aan-/uitzetten....... Onbevoegd kopiëren voorkomen....... Hoe werkt deze handleiding?........ Onderbreken (toets)..........Home (toets)............Onderste papierlade..27, 30, 33, 35, 37, 39, 41, Home-scherm........
Pagina 261
Scanbestand............Wanneer de toner op raakt....... Scanbestanden............ Web Image Monitor......24, 139, 141 Scanbestanden verzenden......Wis (toets).............. 10, 22 Scaninstellingen........... Scannen naar map........22, 115 Scanner..........48, 115, 230 Scherm Informatie............ Signaalpatroon........... SMB-map........... 118, 120, 121 Snelinstallatie............Snelkoppeling (pictogram)...... 48, 49, 50 Specifieke modelinformatie........