46
Sleutels, portieren en ruiten
Onderweg moeten de spiegelkappen
gesloten zijn.
Aan de achterkant van de zonneklep
zit een kaartjeshouder.
Dak
Zonnedak
9 Waarschuwing
Wees voorzichtig bij het gebruik
van het zonnedak. Er bestaat
verwondingsgevaar, met name
voor kinderen.
Bewegende onderdelen tijdens de
bediening goed in de gaten
houden. Ervoor zorgen dat niets of
niemand bekneld raakt.
Schakel het contact in om het zonne‐
dak te bedienen.
Openen of sluiten
Druk * of r tot aan de eerste klik
in: zonnedak wordt geopend of geslo‐
ten zolang u de schakelaar bedient.
Druk * of r stevig tot de tweede
klik in en laat hem los: het zonne‐
scherm gaat automatisch omhoog of
omlaag. Tijdens het sluiten is de
veiligheidsfunctie ingeschakeld. Om
de beweging te stoppen, drukt u
nogmaals op de schakelaar.
Omhoog of sluiten
Druk op + of r: het zonnedak wordt
automatisch geopend of gesloten.
Tijdens het sluiten is de veiligheids‐
functie ingeschakeld.
Zonnescherm
Het zonnescherm wordt handmatig
bediend.
Schuif het zonnescherm open of
dicht. Wanneer het zonnedak open‐
staat, is het zonnescherm altijd open.