158
Rijden en bediening
met de toetsen omhoog in het zender‐
vak naast de elektrische aansluiting,
zie de afbeelding.
Andere voorwerpen, bijvoorbeeld
andere sleutels, transponder, tags,
munten enz., moet u uit het vak halen.
Trap op het koppelingspedaal (hand‐
geschakelde versnellingsbak) en het
rempedaal en druk op
Engine Start/Stop. Laat de knop los
wanneer de motor start.
Motor uitschakelen door weer op
Engine Start/Stop te drukken. Haal de
elektronische sleutel uit het zender‐
vak.
Deze mogelijkheid is alleen bestemd
voor noodgevallen. Vervang de batte‐
rij van de elektronische sleutel zo
spoedig mogelijk 3 23.
Zie voor het ontgrendelen of vergren‐
delen van de portieren Storing in
handzendermodule of elektronisch
sleutelsysteem 3 24.
Vertraagde uitschakeling
stroom
De volgende elektronische systemen
kunnen werken tot het bestuurders‐
portier is geopend of gedurende
10 minuten nadat het contact werd
uitgeschakeld:
● elektrisch bediende ruiten
● zonnedak
● stekkerdozen
Motor starten
Auto's met contactschakelaar
Draai de sleutel naar stand 1 om het
stuurslot te ontgrendelen.
Handgeschakelde versnellingsbak:
koppelings- en rempedaal intrappen.
Automatische versnellingsbak: trap
het rempedaal in en zet de keuzehen‐
del op P of N.
Trap het gaspedaal niet in.
Dieselmotoren: draai de sleutel naar
stand 2 om voor te gloeien en wacht
tot het controlelampje ! dooft.
Draai de sleutel even in stand 3 en
laat deze weer los: een automatische
regeling bedient de startmotor na een
korte vertraging tot de motor draait,
zie Automatische startmotorregeling.
Handgeschakelde versnellingsbak:
tijdens een Autostop kunt u de motor
starten door het koppelingspedaal in
te trappen 3 160.
Automatische versnellingsbak:
tijdens een Autostop kunt u de motor
starten door het rempedaal los te
laten 3 160.