Alle ingangen en uitgangen zijn intern gescheiden van de delen die
de netspanning geleiden d.m.v. dubbele isolatie, en elektrisch
gescheiden van overige circuits. Alle regelklemmen worden gevoed
door een veilige lage spanning (PELV), waardoor er bescherming
tegen elektrische schokken is.
•
Signaalrelaisuitgangen
- Signaalrelais 1:
LIVE: U kunt voedingsspanningen tot 250 VAC aansluiten op
de uitgang.
PELV: De uitgang is elektrisch gescheiden van de overige
circuits. Daardoor kunt u de voedingsspanning of de extra
lage veiligheidsspanning naar wens op de uitgang aansluiten.
- Signaalrelais 2:
PELV: De uitgang is elektrisch gescheiden van de overige
circuits. Daardoor kunt u de voedingsspanning of de extra
lage veiligheidsspanning naar wens op de uitgang aansluiten.
•
Netvoeding (klemmen N, PE, L of L1, L2, L3, PE).
OC
+24 V*
GND
+24 V*
+24 V*
+24 V*/5 V*
+
+24 V*
+24 V*
+24 V*/5 V*
Aansluitklemmen, CME pomp (optioneel voor CRE, CRIE, CRNE,
SPKE en MTRE pompen)
* Als u een externe voedingsbron gebruikt, moet er een aansluiting
zijn naar aarde.
Klem
Type
Normaal gesloten
NC
contact (NC)
C1
Algemeen
Normaal open
NO
contact (NO)
Normaal gesloten
NC
contact (NC)
C2
Algemeen
Normaal open
NO
contact (NO)
10
DI3/OC1
4
AI1
2
DI1
5
+5 V
NC
C1
NO
NC
C2
NO
DI
10
DI3/OC1
4
AI1
2
DI1
+
5
+5 V
6
GND
A
GENIbus A
Y
GENIbus Y
B
GENIbus B
3
GND
15
+24 V
8
+24 V
26
+5 V
23
GND
25
GDS TX
24
GDS RX
+5 V*
7
AI2
Functie
Signaalrelais 1
(LIVE of PELV)
Signaalrelais 2
(alleen PELV)
Digitale ingang/uitgang,
configureerbaar
Open collector: Max. 24 V
resistief of inductief
Analoge ingang:
0-20 mA / 4-20 mA
0,5 - 3,5 V / 0-5 V / 0-10 V
Digitale ingang, configureerbaar
Voeding naar potentiometer en
sensor
Klem
Type
6
GND
A
GENIbus, A
Y
GENIbus, Y
B
GENIbus, B
3
GND
15
+24 V
8
+24 V
26
+5 V
23
GND
25
GDS TX
24
GDS RX
7
AI2
4.8 Signaalkabels
•
Use screened cables with a cross-sectional area of minimum
2
0.5 mm
and maximum 1.5 mm
digital inputs, setpoint and sensor signals.
•
De kabelafscherming dient aan beide uiteinden van de kabel
met de behuizing verbonden te worden. De afscherming moet
zo dicht mogelijk bij de klemmen zitten.
Gestripte kabel met afscherming en draadaansluiting
•
De schroeven voor het bevestigen van de afscherming op de
behuizing dienen altijd te worden vastgedraaid ongeacht of er
wel of geen kabel aangesloten is.
•
De aansluitdraden in de klemmenkast van de motor moeten zo
kort mogelijk zijn.
Functie
Aarde
GENIbus, A (+)
GENIbus, GND
GENIbus, B (-)
Aarde
Voeding
Voeding
Voeding naar potentiometer en
sensor
Aarde
Grundfos Digital Sensor-uitgang
Grundfos Digital Sensor-ingang
Analoge ingang:
0-20 mA / 4-20 mA
0,5 - 3,5 V / 0-5 V / 0-10 V
2
for the external on/off switch,
13