Beschikbare flitsmodi in de diverse fotografeerstanden
Opname-
Monitor
modus
#
0
$
1
P/A
2
M
#
0
$
S/M
M
#
0
B
$
*
M
• Alleen # en $ kunnen worden ingesteld in modus B.
* Synchronisatie met het tweede gordijn is niet beschikbaar wanneer [LIVE COMP] is
geselecteerd (Blz. 44).
** De synchronisatiesnelheid voor de stille modus is 1/20 seconde.
Minimumbereik
De lens kan schaduwen werpen
over objecten die zich dicht bij
de camera bevinden, wat tot
vignettering leidt,of de flitser kan
te helder zijn, zelfs bij minimale
flitssterkte.
• Externe flitsers kunnen worden gebruikt om vignettering te voorkomen. Selecteer de
modus A of M en kies een hoge diafragmawaarde of verminder de ISO-gevoeligheid om
overbelichte foto's te voorkomen.
Flitsmodus
Invulflits
Rode ogen
Flits uit
Rode ogen traag
Trage synchronisatie
(1e sluitergordijn/
flitsen met
onderdrukken van
rode ogen)
Traag
Trage synchronisatie
(1e sluitergordijn)
Traag 2
Trage synchronisatie
(2e sluitergordijn)
Invulflits
Rode ogen
Flits uit
Traag 2
Trage synchronisatie
(2e sluitergordijn)
Invulflits
Rode ogen
Flits uit
Traag 2
Trage synchronisatie
(2e sluitergordijn)
Lens
17 mm f1.8
25 mm f1.8
45 mm f1.8
ED 14-42 mm F3.5-5.6 EZ
ED 40-150 mm F4.0-5.6
Flitsmo-
Grens van sluitertijd
ment
1e sluiter-
30 sec. – 1/250 sec.**
gordijn
—
1e sluiter-
gordijn
60 sec. – 1/250 sec.**
2e sluiter-
gordijn
1e sluiter-
60 sec. – 1/250 sec.**
gordijn
—
2e sluiter-
60 sec. – 1/250 sec.**
gordijn
1e sluiter-
gordijn
—
2e sluiter-
gordijn
Afstand (bij benadering)
waarop vignettering optreedt
0,25 m
0,25 m
0,5 m
0,9 m
—
—
—
—
—
1 m
NL
2
85