Positiegegevens aan afbeeldingen toevoegen
U kunt GPS-tags toevoegen aan foto's die genomen zijn terwijl de GPS-log werd
vastgelegd door de GPS-log van de smartphone over te brengen naar de camera.
1
Start OI.Track op de smartphone voordat u foto's gaat nemen met de camera
om te beginnen met het opslaan van de GPS-log.
• Voordat u een GPS-log voor volgen start, moet u één keer verbinden via OI.Track en
de klok synchroniseren.
• U kunt de telefoon of andere apps gebruiken terwijl de GPS-log wordt vastgelegd.
Sluit OI.Track niet af.
2
Zodra u bent gestopt met fotograferen met de camera, beëindigt u de
tracering in OI.Share.
5
3
Tik op het
maken met de smartphone.
• U kunt ook verbinding maken door [Apparaatverbinding] te selecteren in het
weergavemenu q.
4
Breng de opgeslagen GPS-log met OI.Track over naar de camera.
• De GPS-log wordt gebruikt om locatiegegevens aan foto's toe te voegen die u hebt
gemaakt nadat u OI.Track in stap 1 hebt gestart.
• g wordt weergegeven op beelden waaraan positiegegevens zijn toegevoegd.
• Toevoegen van locatiegegevens is alleen mogelijk met smartphones die over een
GPS-functie beschikken.
• U kunt geen positiegegevens toevoegen aan films.
De draadloze LAN/Bluetooth
[Wifi/Bluetooth-instellingen] herstellen:
1
Selecteer [wifi/Bluetooth-instellingen] in het Setup-menu e en druk op I.
2
Selecteer [Instellingen resetten] en druk op I.
3
Selecteer [Ja] en druk op de knop Q.
• De volgende instellingen zullen worden gereset:
[Draadloze functies] (Blz. 163)/[Bluetooth] (Blz. 157)/[Wachtwoord voor verbinding]
(Blz. 163)/[Stand-by uitschakelen] (Blz. 158)/[Autom. deelorder] (Blz. 160)
• Wanneer u de instellingen reset, wordt de koppeling met de smartphone ook gereset.
Om de camera aan te sluiten op een smartphone, start u [Apparaatverbinding]
opnieuw (Blz. 156).
162 NL
G
-pictogram op het scherm van de camera om verbinding te
-instellingen resetten
®