THERmOSTATIScHE AIRcONdITIONINg
12
Achterruitverwarming
Druk op de toets 9, het ingebouwde con-
trolelampje brandt. De achterruit wordt snel
ontwasemd en de buitenspiegels worden
verwarmd (afhankelijk van de uitvoering).
Om deze functie uit te schakelen, drukt u
opnieuw op de toets 9. De verwarming scha-
kelt na enige tijd automatisch uit.
(4/5)
13
b
9
Wijzigen van de verdeling van
de lucht in het interieur
Er zijn vijf mogelijke luchtverdelingen. Druk
op de toets 5 om ze te zien. De pijlen in de
zone B van het display 13 combineren zich
om u te informeren over de gekozen verde-
ling:
5
Ø
De lucht wordt naar de ontwase-
mingsroosters onder de voorruit
en bij de voorportieren gevoerd.
×
De lucht wordt naar de roosters
van de zijruiten voorin, de ontwa-
semingssleuven onder de voorruit en naar
de voetenruimtes gevoerd.
¿
De lucht wordt voornamelijk naar
de voetenruimtes gevoerd.
¾
De lucht wordt naar alle ventilatie-
roosters in het dashboard en de
voetenruimtes gevoerd.
½
De lucht wordt naar de ventilatie-
roosters in het dashboard ge-
voerd.
In dit geval verschijnt de luchtverdeling in het
interieur, die niet langer automatisch door
het systeem wordt geregeld, op het display.
3.9