Zenderoververhittingindicator (temperatuurstip)
Aan de voorzijde is de zender voorzien van een oververhittingindicator (temperatuurstip). De
temperatuurstip is een witte stip (diameter 1/8 inch (3 mm)) met een gele buitenrand. De kleur van de
witte stip zal veranderen wanneer de zender wordt blootgesteld aan een te hoge temperatuur.
Dop aan de voorzijde van de zender met de temperatuurstip,
Als de temperatuurstip zilver of grijs wordt, is de zender warm geworden, maar niet warmer dan de
hoogst toelaatbare temperatuur in de specificaties. Als de temperatuurstip zwart geworden is, is de
zender blootgesteld aan een temperatuur hoger dan 220 °F (104 °C) [ST-zender], respectievelijk 180 °F
(82 °C) [SES-zender] en daardoor onbruikbaar geworden. De garantie van DCI vervalt wanneer de
zender oververhit is geweest (stip is zwart geworden) of wanneer de temperatuurstip verwijderd is.
Voorkom dat de zender oververhit wordt door de juiste boortechnieken toe te passen. Factoren zoals
schurende grond, verstopte waterjets, onvoldoende toevoer van boorvloeistof en slecht gemengde
boorvloeistof kunnen een belangrijke oorzaak zijn van oververhit raken van een zender.
®
DigiTrak
SE™ Bedieningshandleiding
Temperatuurstip
inkeping en zwarte temperatuurstip
Garantie vervalt
wanneer de
temperatuurstip
zwart geworden is
Sleuf in de
6 uur-positie
Zender
39