Rolpositie-/neiginguitlezingcontrole
Breng de zender naar aan het eind van het boortraject en draai deze vervolgens in de richting naar het
begin van het boortraject. Plaats vervolgens de batterijen/accu in de zender om deze in te schakelen. Laat
een collega de zender vasthouden op een afstand van de zender van ongeveer 1,5 maal de maximale
diepte van het beoogde boortraject. Loop evenwijdig aan elkaar in de richting van het begin van het
boortraject en zorg er daarbij voor dat de onderlinge afstand tussen uzelf en de collega constant blijft. Stop
onderweg af en toe en vraag de collega de neiging- en rolrichting van de zender te veranderen, zodat u de
snelheid en nauwkeurigheid van deze uitlezingen op de ontvanger kunt controleren. Maak een notitie van
de plaatsen waar de weergegeven informatie veranderlijk wordt of verdwijnt.
Controle met twee personen (neiging/rolpositie met zender)
LET OP: U kunt elektrische interferentie detecteren door eerst de signaalsterkte te bekijken terwijl de
zender ingeschakeld is en vervolgens nogmaals terwijl de zender uitgeschakeld is. Als het
verschil tussen deze uitlezingen geringer is dan 150, betekent dit dat de elektrische
interferentie (achtergrondruis) aanzienlijk is.
Suggesties voor omgaan met interferentie
Als de informatie over de neiging/rolpositie van de zender gaat fluctueren of niet meer wordt weergegeven,
kunt u de ontvanger van de interferentiebron af verplaatsen (waarbij u wel binnen het bereik van de zender
moet blijven). Door de afstand (gebruik de HBG-functie) tussen de ontvanger en zowel passieve als
actieve interferentiebronnen te vergroten, kunnen interferentiegerelateerde problemen worden verminderd
of zelfs verdwijnen.
Een andere optie is om een zender met een andere frequentie of een groter dieptebereik te gebruiken.
Een zender met een groter dieptebereik heeft meer vermogen en kan interferentie beter overstemmen.
Een zender met een andere frequentie kan minder gevoelig voor interferentie zijn op een specifieke
boorplaats. Om te bepalen welke zender het meest geschikt is, kunt u een achtergrondruiscontrole
uitvoeren met verschillende zenders en frequenties om te zien welke zender het beste signaal geeft om
interferentie het hoofd te bieden.
Bedieningshandleiding DigiTrak
Probleemgebied
1,5 maal
de diepte
®
F5™
Instellen van het systeem
Beoogd boortraject
53