schroefdraad op de kleppenbehui-
zing.
Druk de ontstekingsspoel helemaal
naar beneden, totdat deze op de
kleppenbehuizing rust.
Plaats de borgschroef en draai deze
vast.
AANDRAAIMOMENT
Borgschroef
ontstekingsspoel
Plaats alle andere verwijderde on-
derdelen terug door de verwijde-
ringsprocedure achterstevoren uit
te voeren.
OPMERKING: Zorg ervoor dat u de
ventilatorkoppeling van de intercoo-
ler opnieuw aansluit.
CVT-deksel
OPMERKING: Sommige illustraties
zijn uitgevoerd met de motor uit
het voertuig voor meer duidelijk-
heid. Het is niet nodig om de motor
te verwijderen om de volgende in-
structies uit te voeren.
Het CVT hoeft niet gesmeerd te
worden.
WAARSCHUWING
Raak het CVT nooit aan als de
motor draait. Rijd nooit met het
voertuig zonder het CVT-deksel.
LET OP Laat de motor afkoe-
len vordat u het CVT-deksel verwij-
dert.
Zet het voertuig op een gelijkmatig
oppervlak. Zet de schakelhendel in
de PARKEER-stand.
9 N•m ± 1 N•m
ONDERHOUDSPROCEDURES
CVT-dekseltoegang
Het CVT-deksel is toegankelijk aan
de linkerachterzijde van het voer-
tuig.
ONDERDELEN VERWIJDERD VOOR DE
GOEDE ZICHTBAARHEID
1. CVT-deksel
CVT-dekselverwijdering
Maak de klem(men) van de CVT-
inlaatslang los.
1. Klem
Gebruik de bij de gereedschapsset
geleverde sleutel om de dertien
CVT-dekselschroeven te verwijde-
ren.
Verwijder
de
schroef het laatst om tijdens verwij-
dering het deksel te blijven onder-
steunen.
OPMERKING
Gebruik het gereed-
schap niet om de CVT-deksel-
schroeven eruit te tikken.
Verwijder het CVT-deksel en de
pakking.
middenbovenste
101