Gebruik papier of ander afdrukmateriaal dat geschikt is voor de afdruktaak. Zorg ervoor
dat u dit correct plaatst en bewaart:
•
Plaats het papier in de invoerlade met de bedrukte zijde naar beneden. (Veel
papiersoorten kunnen maar aan één zijde worden gebruikt.)
•
Zorg ervoor dat het papier niet gekreukt of gekruld is. Plaats alleen schoon,
kreukvrij papier in het apparaat.
•
Normaal papier is geschikt voor tekstdocumenten. Voor foto's kunt u het best HP
Advanced Photo paper gebruiken.
•
Gebruik ander papier. Papier dat de inkt niet goed opneemt is gevoeliger voor
afdrukfouten. HP-inkt en HP-papier is speciaal ontworpen om samen gebruikt te
worden.
•
Bewaar fotopapier in de oorspronkelijke verpakking en in een hersluitbare plastic
zak. Leg het papier op een vlakke ondergrond en in een koele, droge ruimte. Plaats
fotopapier pas in het apparaat zodra u op het punt staat om te gaan afdrukken. Leg
het ongebruikte papier weer terug in de verpakking.
Zie Afdrukmateriaal selecteren voor meer informatie over het kiezen van papier. Zie
Afdrukmateriaal plaatsen voor meer informatie over het plaatsen van papier.
Probeer aan de hand van de bovenstaande richtlijnen opnieuw af te drukken.
Als het probleem zich blijft voordoen, ga dan naar de volgende oplossing.
Oplossing 3: Wacht gedurende een korte periode (indien mogelijk)
Problemen kunnen worden opgelost door een korte inactiviteitsperiode van de printer.
Laat het apparaat, indien mogelijk, 40 minuten ongemoeid en probeer dan opnieuw af
te drukken.
Als het probleem zich blijft voordoen, ga dan naar de volgende oplossing.
Oplossing 4: Controleer de afdrukinstellingen
Voer de onderstaande stappen uit om te kijken of de afdrukinstellingen geschikt zijn
voor uw afdruktaak.
Stap 1: Controleer de instelling voor de afdrukkwaliteit
De instellingen voor de afdrukkwaliteit in de productsoftware kunnen worden
geoptimaliseerd voor het type document dat u afdrukt. Ga als volgt te werk om de
aansluiting te controleren.
Slechte afdrukkwaliteit en onverwachte afdrukresultaten
85