Start/Stop-Instellingen [330] - Emotron FDU 2.0 Gebruiksaanwijzing
Verberg thumbnails
Zie ook voor FDU 2.0:
- Gebruiksaanwijzing (278 pagina's) ,
- Gebruiksaanwijzing (230 pagina's) ,
- Gebruiksaanwijzing (220 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
11.4.3 Start/Stop-instellingen [330]
Submenu met alle functies voor acceleratie, deceleratie,
starten, stoppen, etc.
Acceleratietijd [331]
De acceleratietijd wordt gedefinieerd als de tijd die de motor
nodig heeft om van 0 rpm naar het nominale motortoerental
te accelereren.
LET OP: Als de acceleratietijd te kort is, wordt de motor
geaccelereerd volgens de koppellimiet. De daadwerkeli-
jke acceleratietijd kan langer zijn dan de ingestelde
waarde.
331 Acc Tijd
A
Stp
Standaard:
10.0 s
Instelbereik:
0.50–3600 s
Communicatie-informatie
Modbus-instancenr./DeviceNet-nr.:
Profibus-positie/index
Veldbusformaat
Modbus-formaat
Fig. 66 laat het verband zien tussen nominaal motortoeren-
tal/max. toerental en de acceleratietijd. Hetzelfde geldt voor
de decelaratietijd.
rpm
Nominaal
toerental
100% F
nom
80% F
nom
Max Toeren
(06-F12)
Fig. 66 Acceleratietijd en maximaal toerental
Fig. 67 laat de instellingen van de acceleratie- en decelerati-
etijden zien ten opzichte van het nominale motortoerental.
Emotron AB 01-3694-03r1a
10.0s
43101
169/5
Lang, 1=0.01 s
EInt
8s
10s
t
rpm
Nom. toerental
Acc Tijd [331]
(NG_06-F11)
Fig. 67 Acceleratie- en deceleratietijden
Deceleratietijd [332]
De deceleratietijd wordt gedefinieerd als de tijd die de motor
nodig heeft om van het nominale motortoerental te deceler-
eren naar 0 rpm.
332 Dec Tijd
A
Stp
Standaard:
10.0 s
Instelbereik:
0.50–3600 s
Communicatie-informatie
Modbus-instancenr./DeviceNet-nr.:
Profibus-positie/index
Veldbusformaat
Modbus-formaat
LET OP: Als de deceleratietijd te kort is en de genera-
torenergie kan niet worden afgevoerd via een remweer-
stand, wordt de motor gedecelereerd volgens de
overspanningslimiet. De daadwerkelijke deceleratietijd
kan langer zijn dan de ingestelde waarde.
Acceleratietijd motorpotentiometer
[333]
Het is mogelijk om het toerental van de FO te regelen met
behulp van de motorpotentiometerfunctie. Deze functie
regelt het toerental met afzonderlijke hoog- en laag-com-
mando's via externe signalen. De MotPot-functie heeft
afzonderlijke aanlooptijdinstellingen, die kunnen worden
ingesteld in Acc MotPot [333] en Dec MotPot [334].
Als de MotPot-functie wordt gekozen, vormt deze de accel-
eratietijd voor het MotPot Hoog-commando. De accelerati-
etijd wordt gedefinieerd als de tijd die de motor nodig heeft
om van 0 rpm naar het nominale toerental te accelereren.
Dec Tijd [332]
10.0s
43102
169/6
Lang, 1=0.01 s
EInt
Functiebeschrijving
t
81
Advertenties
Inhoudsopgave
