2.2.1 Koeling
Fig. 4 toont de minimale vrije ruimte die rond de FO voor
de modellen 003 t/m 250 vereist is om een adequate koeling
te kunnen garanderen. Omdat de ventilatoren de lucht van
onder naar boven blazen, verdient het geen aanbeveling een
luchtinlaat direct boven een luchtuitlaat te plaatsen.
De volgende minimale afstanden dienen te worden aange-
houden tussen twee FO's, een FO en een wand zonder
afvoer:
Tabel 4
Montage en koeling
003-
013
a
200
b
200
FO-FO
(mm)
c
30
d
30
a
100
b
100
FO-wand
(mm)
c
30
d
30
2.2.2 Montageschema's
20
180
220
Fig. 5
FO-modellen 003 - 013 (X1)
8
Monteren
018-
046-
090-
037
037
250
200
200
200
200
200
200
0
30
0
0
30
0
100
100
100
100
100
100
0
30
0
0
30
0
Wartels
M20
Fig. 6
Kabelinterface voor netvoeding, motor en communica-
tie, FO-modellen 003 - 013 (X1)
23,75
128,5
176
Fig. 7
FO-modellen 018 - 037 (S2)
Externe
interface
Emotron AB 01-3694-03r1a