6. Ondersteunende instellingen en bewerkingen
6.3.5
Alarmen
PELORIS 3 gebruikt alarmen om gebruikers te waarschuwen als bepaalde typen gebeurtenissen zich
voordoen. Deze gebeurtenissen omvatten met name fouten waarvoor snel ingrijpen vereist is.
Alarmen gaan echter ook af om nuttige informatie te geven over bepaalde normale gebeurtenissen -
bijv. wanneer een programma voltooid is.
Wanneer een alarm afgaat, wordt de bijbehorende gebeurtenis weergegeven op het scherm Alarmen
(Instellingen > Alarmen) en gebeurt, afhankelijk van de alarmconfiguratie één van het volgende:
het interne instrumentalarm klinkt
l
de LOKALE ALARMaansluiting gaat aan en schakelt alle aangesloten alarmen in (zie
l
2.9 - Alarmaansluitingen)
de EXTERNE ALARMaansluiting gaat aan en schakelt alle aangesloten alarmen in (zie
l
2.9 - Alarmaansluitingen)
een dialoogvenster met de alarmmelding wordt geopend in de software.
l
Actieve alarmen kunnen op het scherm Alarmen worden gewist (d.w.z. uitgezet). Indien vanwege het
alarm een melding is verschenen, kan het alarm ook vanuit de melding gewist worden.
Alarmen kunnen ook vanaf het scherm Alarmen en vanuit alarmmeldingen worden onderdrukt.
Hierdoor wordt het interne instrumentalarm uitgezet en de melding gesloten. De lokale en externe
alarmen blijven echter aan totdat het alarm is gewist. Hierdoor kan de bediener van het instrument de
software blijven gebruiken zonder dat het alarm klinkt, terwijl de externe alarmen actief blijven om
hulp in te roepen.
De interne, lokale en externe alarmen hebben een van de twee aan-statussen: Kortstondig activeert
het alarm slechts eenmaal, terwijl Herhalend het alarm blijft herhalen tot het wordt gewist (of, alleen
bij intern alarm, wordt onderdrukt).
Om een actief alarm te wissen of te onderdrukken, drukt u op het scherm Alarmen op de cel
l
Geactiveerd voor de alarmgebeurtenis en tikt u op Uit of Onderdrukt.
Uit stopt alle alarmuitgangen en verwijdert de gebeurtenis uit het scherm Alarmen.
Onderdrukt onderdrukt het interne alarm; het alarm blijft echter actief op het scherm Alarmen.
Om een alarm in een alarmmelding te wissen of te onderdrukken, selecteert u de gebeurtenis in
l
de alarmgebeurtenistabel (er kan meer dan één alarm gelijktijdig actief zijn) en tikt u op Wissen
of Onderdrukken.
Wissen stopt alle alarmuitgangen en verwijdert de gebeurtenis uit de melding (en het scherm
Alarmen). De melding sluit indien er slechts één alarmgebeurtenis is.
Onderdrukken onderdrukt het interne alarm; het alarm blijft echter actief op het scherm
Alarmen. De melding sluit indien er slechts één alarmgebeurtenis is.
Indien er meer dan één alarmgebeurtenis in een melding wordt weergegeven, kunt u tikken op
Alles wissen of Alles onderdrukken om alle alarmen tegelijkertijd te wissen of te onderdrukken.
194
© Leica Biosystems Melbourne Pty Ltd 2022 HistoCore PELORIS 3 Gebruikershandleiding Rev. A08