Indien u een extern dampverwijderingssysteem gebruikt, kan de koolstoffilterdrempel worden
ingesteld op ofwel:
Het controle-interval voor het externe systeem
l
De maximumwaarde (1000), om het aantal ongewenste waarschuwingen te beperken
l
Genegeerd (neem contact op met uw servicemedewerker voor deze instelling)
l
Zie
2.8 - Externe dampverwijderingssystemen
6.3.3.2
Tijd en datum
Alleen beheerders kunnen de systeemtijd veranderen. Alle gebruikers kunnen kiezen uit drie formaten
voor datum en tijd (verkort, normaal en uitgebreid).
Om de systeemtijd te veranderen, tikt u op Tijd instellen, en gebruikt u de knoppen Omhoog en
l
Omlaag totdat de correcte tijd is bereikt, en vervolgens tikt u op Voltooid.
Om de tijd- en datumformaten te veranderen, tikt u op de knop Stel datum-/tijdformaat in en
l
dan op de knop Aanpassen voor het te veranderen formaat. Selecteer het vereiste formaat.
Wijzig indien nodig andere formaten en tik dan op Voltooid.
6.3.3.3
Afsluiten instrument
Tik op Afsluiten instrument om het instrument op de juiste manier af te sluiten. Schakel de rode
stroomknop uit wanneer het beeld op het aanraakscherm verdwijnt.
6.3.3.4
Reagensvulniveaus
De reagensvulniveaus hebben betrekking op het gebruikte volume voor het vullen van een retort en
het benodigde volume voor het vullen van een reagensstation. U kunt het instrument zo instellen dat
de retorten met voldoende reagens gevuld worden om twee of drie cassettemanden te verwerken.
Indien de retorten op drie manden ingesteld zijn, moet het flesvulniveau eveneens ingesteld worden
op drie manden. Dit zorgt ervoor dat er voldoende reagens is om de retorten te vullen.
Alleen beheerders kunnen vulniveaus veranderen.
Om het retortvulniveau in te stellen, drukt u op de knop Retortvulniveau en selecteert u twee of
l
drie manden.
Om het vulniveau van het reagensstation in te stellen, drukt u op de knop Flesvulniveau en
l
selecteert u twee of drie manden.
Opmerking: Indien u het vulvolume verhoogt, moet u elk reagensstation visueel controleren
om ervoor te zorgen dat het voldoende reagens bevat. Onvoldoende reagens
kan ertoe leiden dat een programma wordt onderbroken.
HistoCore PELORIS 3 Gebruikershandleiding Rev. A08 © Leica Biosystems Melbourne Pty Ltd 2022
6. Ondersteunende instellingen en bewerkingen
voor meer informatie.
191