Leiding tussen koelmiddelaftaksets: D
Leiding tussen koelmiddelaftakset en BS-unit: F
Leiding tussen BS-unit en koelmiddelaftakset: H
Kies uit de volgende tabel volgens het type van de totale capaciteit
van de stroomafwaarts aangesloten binnenunits. De diameter van de
aansluitleiding mag niet groter zijn dan die van de koelmiddelleiding
die is bepaald door de algemene modelnaam van het systeem.
Leidingmaat (buitendiameter)
Capaciteits-
index
Aanzuiggas-
binnenunits
leiding
<150
15,9
150≤x<200
19,1
200≤x<290
22,2
290≤x<420
28,6
420≤x<640
640≤x<920
34,9
≥920
41,3
In geval van warmtepompsysteem (of 2 leidingen):
Voor de diameter van de gasleiding: neem de diameter van de
aanzuiggasleiding.
Voorbeeld:
Stroomafwaartse capaciteit voor E=capaciteitsindex van unit 1
Stroomafwaartse capaciteit
1+capaciteitsindex van unit 2
Leiding tussen BS-unit of koelmiddelaftakset en binnenunit:
E, G, I
De leidingdiameter voor directe aansluiting op de binnenunit moet
dezelfde zijn als de diameter voor de aansluitleiding van de
binnenunit.
Capaciteitsindex binnenunits
15, 20, 25, 32, 40, 50
63, 80, 100, 125
200
250
Wanneer de equivalente leidinglengte tussen de buiten- en
binnenunits 80 m of meer bedraagt, moet u een dikkere
hoofdvloeistofleiding gebruiken. Afhankelijk van de leiding-
lengte, kan de capaciteit afnemen, maar zelfs dan kan een
dikkere hoofdleiding worden genomen.
1
1 Buitenunit
2 Hoofdleidingen
3 Gebruik alleen dikkere vloeistofleidingen
4 Eerste koelmiddelaftakset
5 Binnenunit
Pk-klasse
8+10
16
18+20+24
26+30
RWEYQ8+10T8Y1B
VRV-W IV-Systeem airconditioner
4P399208-3 – 2015.01
(mm)
Hogedruk-/
lagedruk-
Vloeistofleiding
gasleiding
12,7
9,5
15,9
19,1
12,7
15,9
28,6
19,1
voor
D=capaciteitsindex van
Leidingmaat (buitendiameter) (mm)
Aanzuiggas-
leiding
Vloeistofleiding
12,7
6,4
15,9
19,1
9,5
22,2
2
3
5
4
Vergroot
Vloeistofzijde (mm)
→
9,5
12,7
→
12,7
15,9
→
15,9
19,1
→
19,1
22,2
Gebruik nooit een dikkere aanzuiggasleiding en hogedruk-/
lagedrukgasleiding.
De wanddikte van de koelmiddelleidingen moet voldoen aan de
geldende wetgeving. De minimale wanddikte voor leidingen voor
R410A moet overeenstemmen met de waarden in de
onderstaande tabel.
Leidingdiameter (mm)
6,4
9,5
12,7
15,9
19,1
22,2
28,6
34,9
41,3
Wanneer de vereiste leidingdiameters (inch-maten) niet verkrijg-
baar zijn, mag u ook andere diameters (mm-maten) gebruiken;
houd hierbij rekening met de volgende punten:
-
Neem de leidingdiameter die het dichtst bij de gevraagde
diameter ligt.
-
Gebruik de gepaste adapterstukken voor de overgang van
leidingen met inch-maten naar leidingen met mm-maten
(lokaal te voorzien).
In dit geval moet de berekening voor extra koelmiddel worden
unit
gewijzigd
zoals
koelmiddel berekenen" op pagina
Minimale dikte t (mm)
0,80
0,99
0,80
0,99
1,21
1,43
beschreven
in
"16.3. Extra
31.
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
hoeveelheid
11