Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Over de documentatie Over dit document................................2 Algemene veiligheidsmaatregelen Over de documentatie..............................2.1.1 Betekenis van de waarschuwingen en symbolen ..................Voor de installateur ................................ 2.2.1 Algemeenheden ............................. 2.2.2 Plaats van installatie ............................2.2.3 Koelmiddel — in geval van R410A of R32 ...................... 10 2.2.4 Elektrisch.................................
Pagina 3
Inhoudsopgave De label voor fluorhoudende broeikasgassen bevestigen..................... 46 9 Elektrische installatie Over het aansluiten van de elektrische bedrading ......................47 9.1.1 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van elektrische bedrading............47 9.1.2 Richtlijnen voor het aansluiten van de elektrische bedrading ..............49 9.1.3 Specificaties van de standaardcomponenten van de bedrading ..............
WAARSCHUWING De installatie, service, onderhoud, reparaties en gebruikte materialen moeten overeenstemmen met de instructies van Daikin en daarnaast ook met de geldende wetgeving en mogen alleen door bevoegde personen worden uitgevoerd. In Europa en gebieden waar de IEC-normen gelden, is EN/IEC 60335-2-40 de toepasselijke norm.
Algemene veiligheidsmaatregelen 2 Algemene veiligheidsmaatregelen 2.1 Over de documentatie ▪ De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle andere talen zijn vertalingen. ▪ Alle in dit document vermelde voorzorgen betreffen zeer belangrijke punten en dienen dus steeds nauwgezet te worden nageleefd. ▪...
Daikin gemaakt of goedgekeurd werden. WAARSCHUWING Zorg ervoor dat de materialen die voor de installatie en de testen gebruikt worden, voldoen aan de geldende wetgeving (bovenop de instructies beschreven in de Daikin- documentatie). RXJ-M(9)_RXA-A(9)_RXM-R(9)_ARXM-R(9) Uitgebreide handleiding voor de installateur R32 Split-systeemairconditioners 4P519439-12M –...
Algemene veiligheidsmaatregelen VOORZICHTIG Draag gepaste persoonlijke beschermingsuitrustingen (beschermende handschoenen, veiligheidsbril, enz.) wanneer u het systeem installeert of onderhoudt. WAARSCHUWING Scheur plastiekverpakkingen aan stukken en gooi deze weg zodat niemand, kinderen in het bijzonder, ermee kan spelen. Mogelijk risico: verstikking. WAARSCHUWING Neem gepaste maatregelen om te beletten dat de unit door kleine dieren als schuilplaats gebruikt kan worden.
Pagina 8
WAARSCHUWING De installatie, service, onderhoud en reparaties moeten overeenstemmen met de instructies van Daikin en met de geldende wetgeving (bijvoorbeeld de nationale gasregelgeving) en mogen alleen door bevoegde personen worden uitgevoerd. WAARSCHUWING Als één of meerdere ruimten via een kanaalsysteem verbonden zijn met de unit,...
Pagina 9
Algemene veiligheidsmaatregelen OPMERKING ▪ Neem de nodige voorzorgsmaatregelen om overmatig trillen of pulseren op koelmiddelleidingen te voorkomen. ▪ Beschermende apparatuur, leidingen en fittingen moeten zo goed mogelijke tegen slechte omgevingseffecten worden beschermd. ▪ Denk eraan dat lange leidingen kunnen uitzetten of krimpen. ▪...
Algemene veiligheidsmaatregelen Bij een installatiehoogte van… Gebruik de grafiek of tabel voor… <1,8 m Vloerunits 1,8≤x<2,2 m Units voor muurmontage ≥2,2 m Units voor plafondmontage 3 Gebruik de grafiek of de tabel om de minimum vloeroppervlakte te bepalen. Ceiling-mounted Wall-mounted Floor-standing unit unit unit m (kg) m (kg) A...
Pagina 11
Algemene veiligheidsmaatregelen WAARSCHUWING Zet, tijdens testen, het product NOOIT onder een druk hoger dan de maximaal toegestane druk (vermeld op het naamplaatje van de unit). WAARSCHUWING Neem voldoende maatregelen wanneer koelmiddel zou lekken. Verlucht de ruimte onmiddellijk als er koelgas lekt. Mogelijke risico's: ▪...
Algemene veiligheidsmaatregelen ▪ Vul als volgt met vloeibaar koelmiddel: Er is een sifonbuis Vul bij met rechtopstaande fles. (d.w.z. er zou iets zoals “Met vloeistofvulsifon” op de fles moeten staan) Er is GEEN sifonbuis Vul bij met de ondersteboven staande fles.
Pagina 13
Algemene veiligheidsmaatregelen WAARSCHUWING ▪ Gebruik ALLEEN koperdraden. ▪ Alle lokale bedrading moet voldoen aan de geldende wetgeving. ▪ Alle lokale bedradingen MOETEN conform met het product meegeleverd bedradingsschema worden uitgevoerd. ▪ Knijp NOOIT gebundelde kabels samen en controleer of ze NIET met leidingen of scherpe randen in contact (kunnen) komen.
Pagina 14
Algemene veiligheidsmaatregelen OPMERKING Alleen van toepassing als de elektrische voeding driefasig is en de compressor een AAN/UIT-startmethode heeft. Als een fase zich na een tijdelijke black-out kan omkeren en de stroomtoevoer gaat aan en uit terwijl het systeem in bedrijf is, installeer dan plaatselijk een beveiligingscircuit tegen faseomkering.
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur 3 Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur Leef altijd de volgende veiligheidsinstructies en voorschriften na. Installatie van de unit (zie "6 Installatie van de unit" [ 25]) WAARSCHUWING De installatie moet worden uitgevoerd door een installateur, en de keuze van de materialen en de installatie moet voldoen aan de geldende wetgeving.
Pagina 16
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur VOORZICHTIG ▪ Gebruik de flaremoer die op de unit is bevestigd. ▪ Om gaslekken te voorkomen, brengt u koelmachine-olie aan op alleen de binnenkant van de verbreding. Gebruik koelmachine-olie voor R32. ▪ Hergebruik GEEN verbindingen. VOORZICHTIG ▪...
Pagina 17
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur WAARSCHUWING ▪ Gebruik uitsluitend R32 als koelmiddel. Andere stoffen kunnen ontploffingen en ongelukken veroorzaken. ▪ R32 bevat gefluoreerde broeikasgassen. Het heeft een aardopwarmingsvermogen (GWP) van 675. Laat deze gassen NIET vrij in de atmosfeer. ▪ Gebruik bij het vullen van koelmiddel ALTIJD beschermende handschoenen en een veiligheidsbril.
Pagina 18
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur WAARSCHUWING Als het netsnoer beschadigd is, MOET de fabrikant, zijn vertegenwoordiger, zijn servicevertegenwoordiger of gelijkaardige bevoegde personen het snoer vervangen om een gevaarlijke situatie te voorkomen. WAARSCHUWING Sluit de elektrische voeding NIET aan op de binnenunit. Dit kan een elektrische schok of brand veroorzaken.
Pagina 19
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur VOORZICHTIG Laat het systeem NIET proefdraaien terwijl aan de binnenunits wordt gewerkt. Bij het proefdraaien zullen NIET alleen de buitenunit, maar ook de aangesloten binnenunit werken. Tijdens het proefdraaien aan een binnenunit werken is gevaarlijk. VOORZICHTIG Steek GEEN vingers, stokken of andere voorwerpen in de luchtinlaat of -uitlaat.
Pagina 20
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur "15 Opsporen en verhelpen van storingen" [ 61]) Oplossen van problemen (zie GEVAAR: RISICO OP ELEKTROCUTIE GEVAAR: RISICO OP BRANDWONDEN WAARSCHUWING ▪ Controleer STEEDS of de spanning op de unit is afgesloten vooraleer de schakelkast unit controleren. Schakel respectievelijk stroomonderbreker uit.
Over de doos 4 Over de doos 4.1 Overzicht: Over de doos In dit hoofdstuk worden de stappen beschreven die u moet uitvoeren nadat de doos met de buitenunit ter plaatse is geleverd. Denk aan de volgende punten: ▪ De unit MOET bij de levering gecontroleerd worden op beschadigingen. Elke vorm van beschadiging MOET onmiddellijk aan de schadeverantwoordelijke van de transporteur gemeld worden.
Over de doos 4.2.2 Om de toebehoren van de buitenunit uit te nemen 1 Hef de buitenunit op. VOORZICHTIG Ga alleen als volgt om met de buitenunit: 2 Verwijder de accessoires op de bodem van de verpakking. 1× 1× 1× 1×...
Pagina 23
Over de doos d Meertalig label gefluoreerde broeikasgassen e Afvoerplug (op de bodem van de doos) f Energielabel RXJ-M(9)_RXA-A(9)_RXM-R(9)_ARXM-R(9) Uitgebreide handleiding voor de installateur R32 Split-systeemairconditioners 4P519439-12M – 2021.02...
Over de unit 5 Over de unit WAARSCHUWING: MATIG ONTVLAMBAAR MATERIAAL Het koelmiddel in deze unit is weinig ontvlambaar. 5.1 Overzicht: Over de units en opties Dit hoofdstuk bevat informatie over: ▪ Identificatie van de buitenunit 5.2 Identificatie OPMERKING Wanneer meerdere units gelijktijdig geïnstalleerd of onderhouden worden, let op de servicepanelen NIET te verwisselen tussen verschillende modellen.
Installatie van de unit 6 Installatie van de unit WAARSCHUWING De installatie moet worden uitgevoerd door een installateur, en de keuze van de materialen en de installatie moet voldoen aan de geldende wetgeving. In Europa is de norm EN378 van toepassing. In dit hoofdstuk Installatieplaats voorbereiden..............................
Installatie van de unit WAARSCHUWING Het toestel wordt opgeslagen in een ruimte zonder ontstekingsbronnen die voortdurend branden (bijvoorbeeld: open vuur, een draaiend gastoestel of een draaiende elektrische verwarming). 6.1.1 Vereisten inzake de plaats waar de buitenunit geïnstalleerd wordt INFORMATIE Lees ook de volgende vereisten: ▪...
Pagina 27
Installatie van de unit a Stootplaat b Belangrijkste windrichting c Luchtuitlaat Installeer de unit NIET in een van de volgende plaatsen: ▪ Geluidsgevoelige zones (zoals naast een slaapkamer), zodat het geproduceerd geluid in bedrijf geen overlast veroorzaakt. Opmerking: Als het geproduceerd geluid in reële omstandigheden wordt gemeten, kan de gemeten waarde omwille van omgevingsgeluiden en geluidsreflecties groter zijn dan het in de specificaties onder Geluidspectrum vermeld geluidsdrukniveau.
Installatie van de unit ▪ Let bij de installatie van de afscherming tegen de wind op de vereisten inzake de serviceruimte. a Zeewind b Gebouw c Buitenunit d Afscherming tegen wind De buitenunit is ontworpen voor alleen installatie buitenshuis en voor omgevingstemperaturen in de tabel hieronder (tenzij anders vermeld in de gebruiksaanwijzing van de aangesloten binnenunit).
Installatie van de unit In streken met heftige sneeuwval is het belangrijk om een installatieplaats te selecteren waar de sneeuw GEEN invloed heeft op de unit. Wanneer de sneeuw zijwaarts kan vallen, zorg ervoor dat de spoel van de warmtewisselaar NIET door de sneeuw gehinderd kan worden.
Installatie van de unit 1× 6.3 De buitenunit monteren 6.3.1 Over de montage van de buitenunit Wanneer De buitenunit en binnenunit moet worden gemonteerd alvorens de koelmiddelleidingen kunnen worden aangesloten. Typische werkstroom Een typische montage van de buitenunit bestaat uit de volgende stappen: De installatiestructuur voorzien.
Installatie van de unit (mm) a 100 mm boven verwachte niveau van sneeuw 6.3.4 De buitenunit installeren 4× M8/M10 6.3.5 Afvoer voorzien ▪ Controleer of het condenswater goed kan worden afgevoerd. ▪ Plaats de unit op een sokkel om een goede afvoer te hebben, zodat ijs zich niet kan ophopen.
Installatie van de unit OPMERKING Neem de gepaste maatregelen om te voorkomen dat het afgevoerde condensaat NIET kan bevriezen als de unit in een koud klimaat is geïnstalleerd. OPMERKING Als de afvoeropeningen van de buitenunit afgedekt zijn door een installatiebasis of de vloer, plaatst u extra voeten van ≤30 ...
Installatie van de leidingen 7 Installatie van de leidingen In dit hoofdstuk De koelmiddelleidingen voorbereiden........................... 7.1.1 Vereisten voor de koelmiddelleidingen......................... 7.1.2 De koelleidingen isoleren............................7.1.3 Lengte koelmiddelleiding en hoogteverschil......................De koelmiddelleiding aansluiten ............................7.2.1 Over het aansluiten van de koelmiddelleidingen....................7.2.2 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van koelmiddelleidingen..............
Installatie van de leidingen 7.1.2 De koelleidingen isoleren ▪ Neem polyethyleenschuim als isolatiemateriaal: met een warmteoverdrachtsfactor begrepen tussen 0,041 en 0,052 W/mK (0,035 en 0,045 kcal/mh°C) bestand tegen minstens 120°C ▪ Isolatiedikte Buitendiameter leiding Binnendiameter isolatie Isolatiedikte (t) (Ø (Ø 6,4 mm (1/4") 8~10 mm ≥10 mm 9,5 mm (3/8")
Installatie van de leidingen ▪ De koelmiddelleiding isoleren ▪ Houd rekening met de richtlijnen voor: Buigen van leidingen Leidinguiteinden optrompen Gebruik van de afsluiters 7.2.2 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van koelmiddelleidingen INFORMATIE Lees tevens de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken: ▪...
Installatie van de leidingen Toestel Installatieperiode Beschermingsmethode Buitenunit >1 maand De leiding dichtknijpen <1 maand De leiding dichtknijpen of met kleefband afdichten Binnenunit Ongeacht de periode INFORMATIE Open de afsluiter van het koelmiddel NIET vooraleer de koelmiddelleiding gecontroleerd te hebben. Wanneer u koelmiddel moet bijvullen, wordt geadviseerd de afsluiter van het koelmiddel te openen vooraleer bij te vullen.
Installatie van de leidingen Leidingmaat (mm) Aanhaalmoment Flareafmetingen Flarevorm (mm) (N•m) (A) (mm) 90° ±2 Ø6,4 15~17 8,7~9,1 ØA Ø9,5 33~39 12,8~13,2 0.4~0.8 7.2.4 Richtlijnen voor het buigen van leidingen Gebruik een buisbuiger om bochten te maken. Alle buisbochten moeten zo zacht mogelijk zijn (de bochtstraal moet 30~40 mm bedragen of meer zelfs).
Installatie van de leidingen 7.2.6 Gebruik van de afsluiter en servicepoort VOORZICHTIG Draai de kleppen NIET open voordat de verbreding voltooid is. Anders zou er koelgas gaan lekken. Omgaan met de afsluiter Houd rekening met de volgende richtlijnen: ▪ De afsluiters zijn gesloten in de fabriek. ▪...
Installatie van de leidingen Linksom om te openen Rechtsom om te sluiten 4 Stop met draaien zodra de afsluiter NIET meer verder draait. 5 Installeer het deksel van de afsluiter. Resultaat: De afsluiter is nu open/gesloten. Omgaan met de steeldop ▪...
Installatie van de leidingen OPMERKING Er wordt geadviseerd de koelmiddelleidingen tussen de binnen- en de buitenunit in een buis te leggen of afwerkingstape rond deze leidingen te wikkelen. 7.3 De koelmiddelleiding controleren 7.3.1 Over het controleren van de koelmiddelleidingen De interne koelmiddelleiding van de buitenunit is in de fabriek getest op lekken. U moet alleen nog maar de externe koelmiddelleiding van de buitenunit controleren.
Installatie van de leidingen 7.3.3 Op lekkages controleren OPMERKING Overtreft de maximale werkdruk van de unit NIET (zie “PS High” op het naamplaatje van de unit). OPMERKING Gebruik ALTIJD een aanbevolen bubbeltestoplossing, die u bij uw verdeler kunt kopen. Gebruik NOOIT zeepwater: ▪...
Pagina 42
Installatie van de leidingen 1 Vacumeer het systeem tot de druk op het verdeelstuk –0,1 MPa (−1 bar) aangeeft. 2 Wacht 4-5 minuten en controleer de druk: Indien de druk… Dan… Niet verandert Er zit geen vocht in het systeem. Deze procedure is voltooid.
Koelmiddel bijvullen 8 Koelmiddel bijvullen In dit hoofdstuk Over het toevoegen van koelmiddel............................Over het koelmiddel ................................Voorzorgsmaatregelen bij het bijvullen van koelmiddel ....................... Bepalen hoeveel koelmiddel toegevoegd moet worden....................... De hoeveelheid bepalen om opnieuw volledig te vullen....................... Extra koelmiddel bijvullen ..............................De label voor fluorhoudende broeikasgassen bevestigen.....................
Koelmiddel bijvullen OPMERKING Vacuümdroog tevens de koelmiddelleidingen in de buitenunit vooraleer deze opnieuw te vullen. Typische workflow – volledig opnieuw vullen met koelmiddel bestaat doorgaans uit de volgende stappen: 1 Bij te vullen hoeveelheid koelmiddel bepalen. 2 Koelmiddel bijvullen. 3 Het label voor gefluoreerde broeikasgassen invullen en bevestigen op de binnenkant van de buitenunit.
Koelmiddel bijvullen 8.3 Voorzorgsmaatregelen bij het bijvullen van koelmiddel INFORMATIE Lees tevens de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken: ▪ "2 Algemene veiligheidsmaatregelen" [ 5] ▪ "7.1 De koelmiddelleidingen voorbereiden" [ 33] 8.4 Bepalen hoeveel koelmiddel toegevoegd moet worden Indien de totale lengte van Dan…...
Koelmiddel bijvullen 2 Vul de nodige hoeveelheid koelmiddel bij. 3 Open de gasafsluiter. Indien het koelmiddel moet worden weggepompt (wanneer het systeem gedemonteerd of verplaatst moet worden), zie "16.2 Afpompen" [ 63] voor meer informatie. 8.7 De label voor fluorhoudende broeikasgassen bevestigen 1 Vul het label als volgt in: Contains fluorinated greenhouse gases RXXX...
Elektrische installatie 9 Elektrische installatie In dit hoofdstuk Over het aansluiten van de elektrische bedrading ........................ 9.1.1 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van elektrische bedrading ..............9.1.2 Richtlijnen voor het aansluiten van de elektrische bedrading................9.1.3 Specificaties van de standaardcomponenten van de bedrading ................De elektrische bedrading op de buitenunit aansluiten ......................
Pagina 48
Elektrische installatie WAARSCHUWING ▪ Als de voeding een ontbrekende of een verkeerde nulfase heeft, Kan de apparatuur defect raken. ▪ Sluit correct op de aarde aan. Aard de unit NIET via een nutsleiding, een piekspanningsbeveiliging of de aarding van de telefoon. Een onvolledige aarding kan elektrische schokken veroorzaken.
Elektrische installatie a Multimeter (wisselstroomspanningsbereik) b S80 – kabel elektromagnetische omkeerklep c S70 – kabel van de ventilatormotor d Led e S90 – thermistorkabel f S20 – kabel elektronische expansieklep g S40 – kabel thermisch overbelastingsrelais h DB1 – diodebrug 9.1.2 Richtlijnen voor het aansluiten van de elektrische bedrading Denk aan de volgende punten: ▪...
Elektrische installatie Aanhaalmomenten Item Aanhaalmoment (N•m) M4 (X1M) 1,5~1,6 M4 (aarding) 1,4~1,5 ▪ De aardingsdraad tussen de kabelbevestiging en de klem moet langer zijn dan de andere draden. 9.1.3 Specificaties van de standaardcomponenten van de bedrading Onderdeel Klasse 20 Klasse 25+35 Voedingskabel Spanning 220~240 V...
Pagina 51
Elektrische installatie 50 Hz 220-240 V a Verbindingskabel b Voedingskabel c Onderbreker d Reststroomapparaat e Elektrische voeding f Aarding 3× 5 Draai klemschroeven goed vast. Gebruik voorkeur kruiskopschroevendraaier. 6 Installeer het servicedeksel. RXJ-M(9)_RXA-A(9)_RXM-R(9)_ARXM-R(9) Uitgebreide handleiding voor de installateur R32 Split-systeemairconditioners 4P519439-12M –...
De installatie van de buitenunit voltooien 10 De installatie van de buitenunit voltooien 10.1 De installatie van de buitenunit voltooien GEVAAR: RISICO OP ELEKTROCUTIE ▪ Zorg ervoor dat het systeem correct is geaard. ▪ Schakel de voeding uit alvorens aan servicewerkzaamheden te beginnen. ▪...
Configuratie 11 Configuratie 11.1 Faciliteitsinstelling Gebruik deze functie voor koelen bij lage buitentemperatuur. Deze functie is ontworpen voor faciliteiten zoals apparatuur of computerruimten. Gebruik deze functie NOOIT in een woning of een kantoor met mensen. Van toepassing voor: RXM-R, ARXM-R, RXJ-M, RXA-A. 11.1.1 De stand voor voorzieningen instellen Wanneer adresjumper J6 op de printplaat wordt doorgeknipt, breidt het werkingsbereik uit tot –15°C.
Pagina 54
Configuratie Deze stand is alleen beschikbaar voor buitenunits: ARXM25+35R, RXM20~35R en binnenunits: FTXM, ATXM, FVXM. INFORMATIE De energiebesparende stand-byfunctie kan ALLEEN worden gebruikt voor de hiervoor vermelde units. WAARSCHUWING Controleer of de voeding is uitgeschakeld alvorens u de connector aansluit of losmaakt.
12 Inbedrijfstelling OPMERKING Algemene checklist inbedrijfstelling. Naast de instructies voor inbedrijfstelling in dit hoofdstuk, is er een algemene checklist inbedrijfstelling beschikbaar op het Daikin Business Portal (authenticatie vereist). De algemene checklist inbedrijfstelling vormt een aanvulling op de instructies in dit hoofdstuk en kan worden gebruikt als richtlijn en als basis voor de rapportering tijdens de inbedrijfstelling en bij overhandiging aan de gebruiker.
Inbedrijfstelling De binnenunit moet juist gemonteerd zijn. De buitenunit moet juist gemonteerd zijn. Het systeem is goed en op de juiste manier geaard en de aardingsklemmen zijn goed aangehaald. De voedingsspanning komt overeen met de spanning op het identificatieplaatje van de unit.
Inbedrijfstelling 3 Het systeem stopt 3 minuten na het uitschakelen van de unit. INFORMATIE ▪ De unit verbruikt ook nog stroom wanneer ze uitgeschakeld is. ▪ Wanneer de stroom wordt hersteld na een stroompanne, werkt de unit verder in de eerder geselecteerde stand. 12.5 De buitenunit starten Zie de montagehandleiding van de binnenunit voor de configuratie en de inbedrijfstelling van het systeem.
Aan de gebruiker overhandigen 13 Aan de gebruiker overhandigen Als het proefdraaien voltooid is en de unit goed en op de juiste manier werkt, zorg ervoor dat de gebruiker de volgende zaken goed begrijpt: ▪ Controleer of de gebruiker de papieren documentatie heeft en vraag hem/haar deze bij te houden om deze later te kunnen raadplegen.
Onderhoud en service 14 Onderhoud en service OPMERKING Dit onderhoud MOET worden uitgevoerd door een erkend installateur of een servicetechnicus. Laat het onderhoud minstens één keer per jaar uitvoeren. De geldende wetgeving kan evenwel kortere onderhoudsintervallen vereisen. OPMERKING De geldende wetgeving met betrekking tot gefluoreerde broeikasgassen vereist dat de koelmiddelvulling van de unit wordt aangegeven zowel in gewicht als in CO equivalent.
Onderhoud en service 14.3 Controlelijst jaarlijks onderhoud van de buitenunit Controleer minstens eens per jaar de volgende punten: ▪ Warmtewisselaar De warmtewisselaar van de buitenunit kan verstopt geraken door stof, vuil, bladeren, enz. Er wordt geadviseerd de warmtewisselaar jaarlijks te reinigen. Een verstopte warmtewisselaar kan de oorzaak zijn van een te lage druk of een te hoge druk, met slechtere prestaties als gevolg.
Opsporen en verhelpen van storingen 15 Opsporen en verhelpen van storingen 15.1 Overzicht: Probleemoplossing Dit hoofdstuk beschrijft wat u moet doen wanneer er zich problemen voordoen. Het bevat informatie over het oplossen van problemen op basis van symptomen. Alvorens storingen op te sporen en te verhelpen Voer een grondige visuele controle uit van de unit en zoek naar voor de hand liggende defecten, zoals losse aansluitingen of kapotte bedrading.
Opsporen en verhelpen van storingen 15.4 Storingsdiagnose met behulp van de led op de printplaat van de buitenunit Led… Diagnose knippert Normaal. ▪ Controleer de binnenunit. ▪ Schakel de voeding uit en weer aan, en controleer de binnen 3-tal minuten. Als de led weer brandt, dan is de printplaat van de buitenunit defect.
Als afval verwijderen 16 Als afval verwijderen OPMERKING Probeer het systeem NIET zelf te ontmantelen: het ontmantelen van het systeem en het behandelen van het koelmiddel, van olie en van andere onderdelen MOETEN conform met de geldende wetgeving uitgevoerd worden. De units MOETEN voor hergebruik, recyclage en terugwinning bij een gespecialiseerd behandelingsbedrijf worden behandeld.
Als afval verwijderen 4 Controleer op het verdeelstuk of het vacuüm is bereikt. 5 Draai na 2 à 3 minuten de gasafsluiter dicht en stop gedwongen koelen. a Gasafsluiter b Sluitrichting c Zeskantsleutel d Kleppendeksel e Vloeistofafsluiter 16.3 Een gedwongen koeling starten en stoppen Er zijn 2 methodes voor gedwongen koelen: ▪...
Door Daikin gemaakte of goedgekeurde apparatuur en uitrustingen die met het product volgens de instructies in de meegeleverde documentatie gecombineerd mogen worden. Ter plaatse te voorzien NIET door Daikin gemaakte apparatuur en uitrustingen die met het product volgens de instructies in de meegeleverde documentatie gecombineerd mogen worden. RXJ-M(9)_RXA-A(9)_RXM-R(9)_ARXM-R(9)
Pagina 68
DAIKIN ISITMA VE SOĞUTMA SİSTEMLERİ SAN.TİC. A.Ş. Gülsuyu Mahallesi, Fevzi Çakmak Caddesi, Burçak Sokak, No:20, 34848 Maltepe İSTANBUL / TÜRKİYE Tel: 0216 453 27 00 Faks: 0216 671 06 00 Çağrı Merkezi: 444 999 0 Web: www.daikin.com.tr 4P519439-12M 2021.02 Verantwortung für Energie und Umwelt...