Inhoudsopgave
Advertenties
NL
22.2
Programma starten
Bij een stroomuitval wordt het programma afgebroken.
Zodra het apparaat weer bedrijfsgereed is, wordt er op de nominale temperatuur geregeld.
De toetsen
en
EXIT
symbool
brandt zo lang tot het programma wordt afgesloten.
22.3
Programma afsluiten
De toetsen
en
tegelijkertijd indrukken. Het symbool
EXIT
De looptijd van het programma wordt teruggezet op 00:00.
Na het afsluiten van het programma wordt er op de nominale temperatuur geregeld.
22.4
Programma stoppen en voortzetten
De toets
2 seconden ingedrukt houden.
EXIT
Na 2 seconden begint de weergave van de gewenste temperatuur te knipperen en deze knippert zo lang tot het
programma wordt voortgezet.
Terwijl het programma gestopt is, wordt er tot op de gewenste temperatuur afgeregeld.
Om het programma voort te zetten, moet de toets
weergave van de gewenste temperatuur houdt op met knipperen en het programma wordt voortgezet.
22.5
Looptijd van het programma (trun) opvragen
Er kan worden opgevraagd hoe lang het programma al loopt.
Als er gedurende 180 seconden geen toets wordt ingedrukt of als de toets
ingedrukt wordt gehouden, dan wordt ofwel de werkelijke of de gewenste temperatuur weergegeven.
De toets
5 seconden ingedrukt houden.
Na 5 seconden verschijnt USEr op het scherm.
De toets
indrukken. De looptijd van het programma (trun) wordt weergegeven.
Na 180 seconden worden automatisch opnieuw de werkelijke en gewenste temperatuur
weergegeven.
De toets
moet gedurende 2 seconden ingedrukt worden gehouden, zodat de werkelijke en gewenste
EXIT
temperatuur worden weergegeven.
23
Optisch en akoestisch alarm
Bij het optreden van een storing vindt er een optisch en akoestisch alarm plaats. Aanwijzingen voor het oplossen van
storingen, zie hoofdstuk "Storingen".
Door op de toets
te drukken, wordt het akoestische alarm beëindigd.
EXIT
24
Temperatuurbegrenzer
Het apparaat is uitgerust met een temperatuurbegrenzer van beschermingsklasse 3.1 overeenkomstig
DIN12880:2007-05.
De temperatuurbegrenzer dient ter bescherming van het apparaat (apparaatbescherming), van zijn omgeving en van
het monstermateriaal (monsterbescherming) tegen een ongeoorloofde temperatuuroverschrijding.
Als tijdens de werking de elektronische temperatuurregeling uitvalt, dan wordt de regelfunctie uitgevoerd door de
temperatuurbegrenzer.
24.1
Instellen van de temperatuurbegrenzer als apparaatbescherming
De temperatuurbegrenzer moet worden ingesteld op de maximale waarde.
De draaiknop van de temperatuurbegrenzer door middel van een muntstuk met de klok mee op de eindaanslag
instellen.
28/41
tegelijkertijd indrukken. Er wordt kort Strt weergegeven en het symbool
EXIT
dooft.
gedurende 2 seconden ingedrukt worden gehouden. De
EXIT
brandt. Het
langer dan 2 seconden
Advertenties
Inhoudsopgave
