MAN0443_Uitgave 14_01-2010
05701-M-5001 A03249
HOOFDSTUK 5 - INBEDRIJFSTELLING EN
5.
5.1
Bedrijfsfouten in het systeem worden aangegeven op het lcd-berichtdisplay
met een foutcode. De gebruikte foutcodes en de betekenis daarvan staan
in dit hoofdstuk uitgelegd. Ook staat hier informatie over de waarschijnlijke
oorzaak van het weergegeven foutbericht en de impact van de fout op de
werking van de kanaalkaart.
Foutcode:
Kaartstatus:
Foutsignaal:
Vergrendeling:
ONDERHOUD
FOUTCODES
Algemeen
D it heeft betrekking op het foutcodebericht ERxx dat op
het lcd-berichtdisplay wordt weergegeven. Als er meer
dan één fout tegelijkertijd aanwezig is, wordt de fout
met het hoogste codenummer weergegeven.
Dit verwijst naar de bedrijfsconditie van de regelkaart.
Actief betekent dat de kaart nog steeds signalen van
de verbonden sensor verwerkt en als de sensor gas
opmerkt, worden de geconfigureerde alarmuitgangen
nog steeds geactiveerd.
Niet actief betekent dat de regelkaart geen
alarmsignalen kan genereren als de sensor gas
opmerkt.
Dit verwijst naar de indicatie van de foutconditie als
reactie op de foutconditie.
'Ja' betekent dat het juiste fout-led-lampje op het
voorpaneel van het kanaal en alle geconfigureerde
foutrelais worden geactiveerd.
'Nee' betekent dat er geen foutindicatie wordt
gegeven. De foutconditie die deze algemene
waarschuwingsberichten veroorzaakt is niet ernstig
en de kanaalkaart blijft functioneren. Toch moet de
conditie onderzocht worden.
Dit verwijdt naar de conditie van het foutbericht en het
bijbehorende foutsignaal.
'Ja' betekent dat de regelkaart het foutbericht zal
blijven weergeven, totdat de conditie die de fout
heeft veroorzaakt is verwijderd en op de resetknop is
gedrukt.
'Nee' betekent dat het foutbericht automatisch
zal verdwijnen zodra de conditie die de fout heeft
veroorzaakt is verwijderd.
Geconf. betekent dat de vergrendelde/ontgrendelde
conditie configureerbaar is met de engineering
interfacesoftware.
5-8
5701 Regelsysteem