Kopiëren
23. Verwijder het origineel uit de AOD of van de glasplaat wanneer het scannen is voltooid. De
opdracht komt in de opdrachtenlijst te staan om te worden verwerkt.
24. Het scherm Opdrachtvoortgang geeft de voortgang van de huidige opdracht weer. Als het
scherm Opdrachtvoortgang is gesloten, drukt u op de toets Opdrachtstatus van het
bedieningspaneel om de opdrachtenlijst te bekijken en de status van de opdracht te
controleren.
25. Als uw opdracht wordt vastgehouden in de lijst Actieve opdrachten, heeft het apparaat
aanvullende hulpbronnen van u nodig, bijvoorbeeld papier of nietjes, voordat de opdracht
voltooid kan worden. Om erachter te komen welke hulpbronnen nodig zijn, selecteert u de
opdracht en selecteert u vervolgens de toets Gegevens. Als de hulpbronnen beschikbaar zijn,
wordt de opdracht afgedrukt.
Meer informatie
Een gebruikers-ID gebruiken voor aanmelden op het apparaat
De functie Beeldverschuiving gebruiken om het gekopieerde beeld te verplaatsen
Een kopieeropdracht opbouwen met meerdere pagina- of segmentinstellingen
De voortgang en details van een opdracht bekijken via het menu Opdrachtstatus
Papier in lade 1 plaatsen en de instellingen van de lade wijzigen
Papier in lade 2 plaatsen en de instellingen van de lade wijzigen
Papier in lade 3 plaatsen
Papier in lade 4 plaatsen
Papier in de handmatige invoer plaatsen en de instellingen van de lade wijzigen
Verschillende papiersoorten plaatsen
Uitzonderingen binnen een set kopieën selecteren
Als u op de Start-toets drukt om een kopie te maken, scant het apparaat uw originelen en slaat het
de beelden tijdelijk op. Daarna worden de beelden afgedrukt op basis van de geselecteerde
instellingen.
Als Verificatie of Accountadministratie op het apparaat is ingeschakeld, moet u eventueel
aanmeldgegevens invoeren om toegang tot de kopieerfuncties te krijgen.
Met de functie Uitzonderingen kunt u een andere papierbron gebruiken voor een paginabereik. U
kunt de zelftestpagina in een trainingshandleiding bijvoorbeeld afdrukken op een andere kleur
papier.
1. Plaats uw documenten met de beeldzijde omhoog in de invoerlade van de AOD. Pas de geleider
zodanig aan dat deze de documenten net raakt.
Of
Til de AOD op. Plaats het document met de beeldzijde omlaag in de linkerbovenhoek aan de
achterkant van de glasplaat. Sluit de AOD.
2. Druk twee keer op de toets Alles wissen van het bedieningspaneel en selecteer Bevestigen op
het aanraakscherm om eventuele eerdere programmeringsselecties te annuleren.
3. Druk op de toets Startpagina Functies.
4. Selecteer de toets Kopiëren op het aanraakscherm. De kopieerfuncties worden weergegeven.
5. Selecteer zo nodig het tabblad Kopiëren. Dit is meestal het actieve tabblad wanneer de functie
Kopiëren wordt geopend.
6. Stel de papiertoevoer in die voor het hoofdgedeelte van de opdracht nodig is.
7. Selecteer het tabblad Afleveringsformaat.
8. Selecteer de toets Uitzonderingen....
Handleiding voor de gebruiker
®
®
Xerox
WorkCentre
5945/5945i/5955/5955i
123