Problemen oplossen
Code
Probleem
324
In de opgegeven map bestaat al een bestand met
dezelfde naam.
325
Er is niet voldoende opslagruimte in de opgegeven
map.
326
327
Het geheugen is vol.
328
De bestemming was fout of ze bestaat niet.
331
Er is een communicatiefout opgetreden bij het laden
van de bestemmingenlijst.
332
Er is niet voldoende opslagruimte beschikbaar om de
gescande afbeelding op de doellocatie op te slaan.
333
De bestemming werd niet gevonden omdat de
informatie naar de server verzonden werd voordat de
gescande afbeelding verzonden werd.
334
Er is een fout opgetreden tijdens het verzenden van
de gescande afbeelding.
341
Er is een communicatiefout opgetreden.
401
Er is niet voldoende opslagruimte beschikbaar om de
gegevens op het geheugenapparaat op te slaan.
402
Het geheugenapparaat is beveiligd tegen schrijven.
404
Het geheugenapparaat is verwijderd.
405
Er is een fout opgetreden bij het opslaan van de
gegevens.
411
Er is een DNS-fout opgetreden.
412
Er is een authenticatiefout opgetreden.
>
De printer werkt niet naar behoren
>
Foutcode in het statusmenu
Oplossing
❏ Verwijder het bestand met dezelfde naam.
❏ Wijzig de bestandsnaamprefix bij
Bestandsinstellingen.
❏ Verhoog de opslagruimte in de opgegeven map.
❏ Reduceer het aantal documenten.
❏ Verlaag de scanresolutie of verhoog de
compressieverhouding om de grootte van het
gescande beeld te reduceren.
Wacht tot andere actieve taken voltooid zijn.
Controleer de instellingen van Locatie.
Druk een netwerkverbindingsrapport af om te
controleren of de printer is verbonden met het
netwerk.
Reduceer het aantal documenten.
Selecteer de bestemming opnieuw.
-
❏ Controleer de aansluitingen van de printer en de
computer. Als u verbinding maakt via een
netwerk, drukt u een netwerkverbindingsrapport
af om te controleren of de printer is verbonden
met het netwerk.
❏ Zorg ervoor dat Epson Event Manager op de
computer geïnstalleerd is.
Verhoog de opslagruimte van het
geheugenapparaat.
Schakel de beveiliging uit.
Voer het geheugenapparaat opnieuw in.
❏ Voer het geheugenapparaat opnieuw in.
❏ Gebruik een ander geheugenapparaat waarop u
een map hebt gemaakt met de functie Map voor
opslag maken.
❏ Selecteer Instel. > Algemene instellingen >
Netwerkinstellingen > Geavanceerd > TCP/IP
en controleer vervolgens de DNS-instellingen.
❏ Controleer de DNS instellingen van de server, de
computer en het toegangspunt.
Selecteer Instel. > Algemene instellingen >
Netwerkinstellingen > Geavanceerd > E-
mailserver > Serverinstellingen en controleer
vervolgens de serverinstellingen.
235