Pagina 1
Informatiebronnen Installatievel Hierin vindt u informatie over het monteren van de printeronderdelen en het installeren van de printersoftware. Gebruikershandleiding (deze handleiding) Hierin vindt u gedetailleerde informatie over printerfuncties, optionele producten, onderhoud, probleemoplossing en technische specificaties. Help Hierin vindt u gedetailleerde informatie over de printerdriver. De Help wordt automatisch geïnstalleerd wanneer u de printerdriver installeert.
Pagina 3
SEIKO EPSON CORPORATION noch zijn filialen kunnen door de koper van dit product of door derden verantwoordelijk worden gesteld voor schade, verliezen of onkosten ontstaan als gevolg van ongelukken, foutief gebruik of misbruik van dit product, onbevoegde wijzigingen en reparaties, of (buiten de V.S.) als de bedienings- en onderhoudsinstructies...
Veiligheidsvoorschriften Veiligheidsvoorschriften Om veilig en efficiënt met de printer te kunnen werken, moet u deze voorzorgsmaatregelen in acht nemen. Raak nooit de fixeereenheid of de omgeving van de eenheid aan. De fixeereenheid is gemarkeerd met het etiket CAUTION Hot Surface Avoid Contact. Wanneer de printer in gebruik is, kan de fixeereenheid zeer warm worden.
Pagina 12
Ga steeds rustig te werk bij het plaatsen van onderdelen. Hoewel de printer tegen een stootje kan, kunnen onderdelen door onnodig gebruik van kracht beschadigd worden. Let erop dat u de ontwikkelingsrol bij het verwijderen niet onder de klep aanraakt. Dit kan de afdrukkwaliteit nadelig beïnvloeden.
Pagina 13
Stel de lichtgevoelige rol zo weinig mogelijk aan licht bloot wanneer u de fotogeleidingseenheid verwijdert of vervangt. De lichtgevoelige rol is de groene cilinder die zichtbaar is door de openingen in de printer. Als u de rol blootstelt aan te veel licht, kunnen er donkere of lichte gebieden op de afdruk verschijnen en is de rol eerder versleten.
Waarschuwing: Verbrand ontwikkelingsrollen of fotogeleidingseenheden niet. Deze onderdelen kunnen exploderen en letsel veroorzaken. Neem bij het weggooien van deze onderdelen de geldende milieuvoorschriften in acht. Bewaar de verbruiksgoederen buiten het bereik van kinderen. Laat vastgelopen papier niet in de printer zitten. Hierdoor kan de printer oververhit raken.
® NERGY ® Als internationaal NERGY -partner heeft EPSON bepaald dat dit product voldoet aan de richtlijnen van het ® internationale NERGY -programma inzake doeltreffend energieverbruik. Het internationale NERGY ® Office Equipment Program is een vrijwillige overeenkomst tussen fabrikanten van computer- en...
Waarschuwingen, voorzorgsmaatregelen en opmerkingen Waarschuwingen moet u zorgvuldig in acht nemen om lichamelijk letsel te voorkomen. Voorzorgsmaatregelen moeten worden nageleefd om schade aan het apparaat te voorkomen. Opmerkingen bevatten belangrijke informatie over en tips voor het gebruik van de printer. Veiligheidsvoorschriften...
De printer is klaar om af te drukken. Knippert De printer is aan het opwarmen of ontvangt gegevens. Knippert Het papier is op of er heeft zich een fout voorgedaan die makkelijk kan worden verholpen. Raadpleeg EPSON Status Monitor 3 voor meer informatie. Productinformatie...
Als dit het probleem niet oplost, neemt u contact op met uw EPSON-leverancier of een ervaren onderhoudsmonteur. Knipperen afwisselend Printer De printer is gemakkelijk te installeren en te bedienen. Zet de...
Optionele onderdelen en verbruiksgoederen Als u optionele onderdelen en verbruiksgoederen wilt aanschaffen, neemt u contact op met uw EPSON-leverancier of een vertegenwoordiger van de klantenservice bij u in de buurt. Optionele onderdelen...
Pagina 22
Fotogeleidingseenheid (S051055) De fotogeleidingseenheid bevat een lichtgevoelige rol waarmee het tonerpoeder op het papier wordt gedrukt. Bij aanschaf is deze eenheid al in de printer geïnstalleerd. Met deze eenheid kunt u ongeveer 20.000 vellen afdrukken. Productinformatie...
Hoofdstuk 2 Papierverwerking Papierbronnen In dit gedeelte wordt beschreven welke papiersoorten met welke papierbronnen kunnen worden gebruikt. MP-lade Papiersoort Capaciteit Papierformaat Gewoon papier Maximaal 150 vellen van A4, A5, B5, Letter (LT), 75 g/m² Legal (LGL), Papier met (Gewicht: 60 tot 90 g/m²) Half-Letter (HLT), briefhoofd Executive (EXE),...
Papier plaatsen Er wordt papier ingevoerd uit de MP-lade. Houd rekening met de volgende punten wanneer u de papiersoort kiest: Het papier moet vrij glad en van hoge kwaliteit zijn, met een gewicht tussen 60 en 90 g/m². De printer is zeer gevoelig voor vocht. Bewaar papier in een droge omgeving.
Papier in de MP-lade plaatsen U kunt maximaal 150 vellen gewoon papier in de MP-lade plaatsen. Volg de onderstaande instructies om papier in de MP-lade te plaatsen: 1. Open de MP-lade door te trekken aan de inkeping in het midden van de klep, til de papiergeleider voorzichtig op om deze aan te passen aan het papier dat u wilt plaatsen.
Pagina 26
2. Waaier een stapel papier los en klop het papier op een vlakke ondergrond om de randen gelijk te krijgen en plaats de stapel in de papierlade met de afdrukzijde naar boven. Stel vervolgens de papiergeleider in op het papierformaat. Opmerking: Plaats het papier zo ver mogelijk in de MP-lade.
Pagina 27
3. Til de afdruk-benedenlade op. Papierverwerking...
Pagina 28
Als u de optionele afdruk-bovenlade hebt geïnstalleerd en het papier wilt uitvoeren met de bedrukte zijde naar boven, moet u in plaats daarvan de afdruk-bovenlade optillen en de papierpadkiezer naar beneden duwen. Opmerking: Controleer voordat u afdrukt of de instelling bij Paper Size in de printerdriver overeenkomt met de geplaatste papiersoort.
Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal Met de EPL-6100L kunt u afdrukken op speciaal papier zoals enveloppen, etiketten, transparanten en zwaar papier. Opmerking: Aangezien de kwaliteit van een bepaald merk of type papier op elk moment door de fabrikant kan worden gewijzigd, kan EPSON de kwaliteit van geen enkele papiersoort garanderen.
Enveloppen U kunt maximaal tien enveloppen in de MP-lade plaatsen, afhankelijk van de dikte van de enveloppen (85 tot 105 g/m²). Plaats de enveloppen met de flap naar beneden en de korte zijde naar voren. * afdrukzijde naar boven Als u wilt afdrukken op enveloppen, selecteert u Thick Narrow bij Paper Type in het menu Basic Settings van de printerdriver.
Zwaar papier U kunt maximaal tien vellen zwaar papier in de MP-lade plaatsen. Bepaalde soorten zwaar papier moet u echter vel voor vel invoeren. Gebruik zwaar papier met een gewicht tussen 90 en 163 g/m². Als u op zwaar papier wilt afdrukken, moet u de instelling bij Paper Type in het menu Basic Settings wijzigen.
Met de printerdriver kunt u instellingen opgeven voor optimale printerprestaties. De printerdriver bevat het hulpprogramma EPSON Status Monitor 3, dat u kunt openen via het tabblad Utility. Met EPSON Status Monitor 3 kunt u de printerstatus controleren. Zie "Printer controleren (EPSON Status Monitor 3)" op pagina 43 voor meer informatie.
Als u de printerdriver wilt openen vanuit Windows, klikt u op Start, gaat u naar Instellingen en klikt u op Printers. Vervolgens klikt u met de rechtermuisknop op het pictogram EPSON EPL-6100L Advanced en kiest u Eigenschappen (in Windows Me/98/95), Voorkeursinstellingen voor afdrukken (in Windows/XP/2000) of Standaardwaarden document (in Windows NT 4.0).
Pagina 35
Pagina's automatisch aanpassen aan het afdrukmateriaal 1. Klik op de tab Layout. 2. Schakel het selectievakje Zoom Options in. 3. Selecteer het gewenste papierformaat in de vervolgkeuzelijst Output Paper. De pagina wordt aangepast zodat deze kan worden afgedrukt op het geselecteerde papier. 4.
Pagina 36
Pagina's aanpassen volgens een opgegeven percentage 1. Klik op de tab Layout. 2. Schakel het selectievakje Zoom Options in. 3. Schakel het selectievakje Zoom To in. 4. Geef het vergrotingspercentage op in het vak en klik op OK. U kunt een percentage opgeven tussen 50% en 200%, in stappen van 1%.
Pagina 37
Afdrukindeling aanpassen Met de afdrukindeling kunt u twee of vier pagina's op één pagina afdrukken en de afdrukvolgorde bepalen. De pagina's worden automatisch aangepast aan het opgegeven papierformaat. U kunt de documenten ook met een kader afdrukken. 1. Klik op de tab Layout. 2.
Pagina 38
3. Selecteer het aantal pagina's dat u wilt afdrukken op één vel papier. 4. Geef de volgorde op waarin u de pagina's wilt afdrukken op elk vel. Opmerking: De opties voor paginavolgorde zijn afhankelijk van het aantal pagina's dat in het dialoogvenster hierboven is geselecteerd en de afdrukstand (Portrait of Landscape) die op het tabblad Basic Settings is geselecteerd.
Pagina 39
Watermerken gebruiken Volg de onderstaande instructies om een watermerk in het document te gebruiken. In het dialoogvenster Watermark kunt u een watermerk selecteren uit een lijst met voorgedefinieerde watermerken en zelf een watermerk met tekst of een bitmapbestand (BMP) maken. In het dialoogvenster Watermark kunt u ook verscheidene watermerkinstellingen opgeven.
Pagina 40
3. Klik op Watermark Settings. Het dialoogvenster Watermark verschijnt. 4. Selecteer een watermerk in de vervolgkeuzelijst Watermark Name. 5. Selecteer in de keuzelijst Location waar op de pagina u het watermerk wilt afdrukken. 6. Pas de horizontale of verticale instelling aan bij Offset. 7.
Pagina 41
Nieuwe watermerken maken U kunt als volgt een nieuw watermerk maken: 1. Klik op de tab Special. 2. Schakel het selectievakje Watermark in. 3. Klik op Watermark Settings. Het dialoogvenster Watermark verschijnt. 4. Klik op New/Delete. Het dialoogvenster User Defined Watermarks verschijnt.
Pagina 42
Onvoldoende geheugen vermijden Als u afbeeldingen of een grote hoeveelheid gegevens afdrukt, kan de printer stoppen vanwege onvoldoende geheugen. Volg de onderstaande instructies om geheugenproblemen te voorkomen en door te gaan met afdrukken. Opmerking: De afdrukkwaliteit neemt af als u deze functie gebruikt. 1.
EPSON Status Monitor 3. Gebruikers van Windows XP: EPSON Status Monitor 3 is niet beschikbaar als u afdrukt via een verbinding met een externe desktop. EPSON Status Monitor 3 openen U kunt EPSON Status Monitor 3 rechtstreeks openen vanuit een toepassing of vanuit Windows.
Pagina 44
Windows/Me/98/95), Voorkeursinstellingen voor afdrukken (in Windows/XP/2000) of Standaardwaarden document (in Windows NT 4.0). Klik op de tab Utility en op het pictogram EPSON Status Monitor 3 om EPSON Status Monitor 3 te openen. Informatie over de printerstatus weergeven In het dialoogvenster EPSON Status Monitor 3 kunt u de printerstatus controleren en informatie weergeven over verbruiksgoederen.
Pagina 45
1. Pictogram/bericht: Het pictogram en het bericht geven de printerstatus weer. 2. Printerafbeelding: De afbeelding geeft de printerstatus weer. 3. Tekstvak: In het tekstvak wordt de huidige status van de printer weergegeven. Wanneer een fout optreedt, wordt de meest waarschijnlijke oplossing weergegeven.
Pagina 46
Controlevoorkeuren instellen Als u bepaalde controle-instellingen wilt opgeven, klikt u op Monitoring Preferences op het tabblad Utility in de printerdriver. Het dialoogvenster Monitoring Preferences verschijnt. 1. Select Notification: Hier kunt u de foutsoorten selecteren waarover u wilt worden geïnformeerd. 2. Default: Klik op deze knop om de standaardwaarden opnieuw in te stellen.
Pagina 47
Monitor 3 te openen. U kunt ook met de rechtermuisknop op het pictogram van de snelkoppeling klikken en Monitoring Preferences kiezen om het dialoogvenster Monitoring Preferences te openen. Klik vervolgens op EPSON EPL-6100L Advanced om het dialoogvenster EPSON Status Monitor 3 te openen. 4. Allow monitoring of Schakel dit selectievakje in als u een gedeelde printer wilt controleren.
Pagina 48
7. Cancel: Klik op deze knop om wijzigingen te annuleren. 8. Help: Klik op deze knop om de Help voor het dialoogvenster Monitoring Preferences te openen. Venster met foutmeldingen Het venster Status Alert wordt automatisch weergegeven wanneer er een fout optreedt. In dit venster wordt de foutsoort vermeld en wordt een mogelijke oplossing geboden.
Pagina 49
Meestal hoeft u de instellingen niet te wijzigen. Gebruik dit hulpprogramma als u de instellingen wilt wijzigen. 1. Klik op Start, ga naar Programma's en EPSON en klik op Monitored Printers. 2. Schakel de selectievakjes uit voor de printers die u niet wilt controleren.
Afdrukken annuleren 1. Dubbelklik op het pictogram Printer in de taakbalk. 2. Open het menu Printer en selecteer Printertaken verwijderen (selecteer Alle documenten annuleren voor Windows XP/2000). Printersoftware verwijderen Als u de printerdriver opnieuw wilt installeren of wilt bijwerken, moet u eerst de printerdriver verwijderen die al is geïnstalleerd. 1.
Pagina 51
4. Selecteer EPSON Printer Software en klik op Toevoegen/Verwijderen. Opmerking: Als u Windows XP/2000 gebruikt, klikt u op Programma's wijzigen of verwijderen, selecteert u EPSON Printer Software en klikt u op Wijzigen/Verwijderen. De printerdriver gebruiken...
Pagina 52
OK. Opmerking: U kunt ook alleen het hulpprogramma Monitored Printers van EPSON Status Monitor 3 verwijderen. Als dat hulpprogramma is verwijderd, kunt u de instelling bij Monitored Printers niet wijzigen vanuit EPSON Status Monitor 3 op andere printers.
Met de printerdriver kunt u instellingen opgeven voor optimale printerprestaties. De printerdriver bevat het hulpprogramma EPSON Status Monitor 3, dat u kunt openen via het Apple-menu. Met EPSON Status Monitor 3 kunt u de printerstatus controleren. Zie "Printer controleren (EPSON Status Monitor 3)" op pagina 62 voor meer informatie.
Help openen U kunt de Help openen vanuit de printerdriver. In de Help vindt u gedetailleerde informatie en instructies voor de printerdriver. De Help wordt automatisch geïnstalleerd wanneer u de printerdriver installeert. Printerinstellingen wijzigen Afdrukformaat aanpassen Met de functie Fit to Page in het dialoogvenster Layout Settings kunt u de documenten tijdens het afdrukken vergroten of verkleinen, afhankelijk van het opgegeven papierformaat.
Pagina 55
3. Selecteer het gewenste papierformaat in de vervolgkeuzelijst Output Paper. De pagina wordt aangepast zodat deze kan worden afgedrukt op het geselecteerde papier. 4. Klik op OK om de instellingen te accepteren. Afdrukindeling aanpassen Met de afdrukindeling kunt u twee of vier pagina's op één pagina afdrukken en de afdrukvolgorde bepalen.
Pagina 56
2. Schakel het selectievakje Print Layout in en klik op Print Layout Settings. Het dialoogvenster Print Layout Settings verschijnt. 3. Selecteer het aantal pagina's dat u wilt afdrukken op één vel papier. 4. Geef de volgorde op waarin u de pagina's wilt afdrukken op elk vel.
Pagina 57
Watermerken gebruiken Volg de onderstaande instructies om een watermerk in het document te gebruiken. In het dialoogvenster Layout Settings kunt u een watermerk selecteren uit een lijst met voorgedefinieerde watermerken en zelf een watermerk met tekst of een bitmapbestand (PICT) maken. In het dialoogvenster Layout Settings kunt u ook verscheidene watermerkinstellingen opgeven.
Pagina 58
5. U kunt een tekstwatermerk draaien door het aantal graden in het tekstvak Angle op te geven. U kunt ook het selectievakje Rotate by mouse inschakelen en het tekstwatermerk draaien met de aanwijzer in het voorbeeldvenster. 6. Klik op OK om de instellingen te accepteren. Nieuwe watermerken maken Volg de onderstaande instructies om een tekstwatermerk te maken:...
Pagina 59
4. Geef de tekst voor het watermerk op in het vak Text, selecteer de gewenste instellingen bij Font en Style en klik op OK. 5. Geef de bestandsnaam op in het vak Name en klik op Save. Opmerking: Als u het opgeslagen tekstwatermerk wilt bewerken, moet u dit selecteren in de keuzelijst en op Edit Text klikken.
Pagina 60
Volg de onderstaande instructies om een bitmapwatermerk te maken: Opmerking: Voordat u een aangepast watermerk maakt, moet u een bitmapbestand (PICT) maken. 1. Open het dialoogvenster Layout Settings. 2. Schakel het selectievakje Watermark Settings in en klik op New/Delete. 3. Klik op Add PICT. De printerdriver gebruiken...
Pagina 61
4. Selecteer het PICT-bestand en klik op Open. Als u op Create klikt, wordt het watermerk weergegeven in het voorbeeldvenster. 5. Geef de bestandsnaam op in het vak Name en klik op Save. Opmerking: Selecteer het opgeslagen watermerk in de keuzelijst en klik op Delete om het te verwijderen.
3. Klik op OK om de instellingen te accepteren. Printer controleren (EPSON Status Monitor 3) EPSON Status Monitor 3 EPSON Status Monitor 3 is een hulpprogramma dat de printer controleert en u informeert over de huidige status van de printer. Met dit hulpprogramma kunt u bijvoorbeeld de resterende hoeveelheid toner controleren.
EPSON Status Monitor 3 openen U kunt EPSON Status Monitor 3 openen door in het Apple-menu het alias voor EPSON Status Monitor 3 te kiezen. Opmerking: Het venster EPSON Status Monitor 3 verschijnt automatisch zodra er een fout optreedt. De juiste printerpoort moet zijn geselecteerd in de Kiezer om de benodigde gegevens te ontvangen vanuit de geselecteerde printerdriver wanneer u EPSON Status Monitor 3 opent.
Pagina 64
Informatie over de printerstatus weergeven In het dialoogvenster EPSON Status Monitor 3 kunt u de printerstatus controleren en informatie weergeven over verbruiksgoederen. 1. Pictogram/ Het pictogram en het bericht geven de bericht: printerstatus weer. 2. Printerafbeelding: De afbeelding geeft de printerstatus weer.
Pagina 65
5. Close: Klik op deze knop om het dialoogvenster te sluiten. 6. Paper: Hier worden de papierbronnen, het papierformaat en de geschatte hoeveelheid papier in een papierbron weergegeven. 7. Toner: Hier wordt de resterende hoeveelheid toner weergegeven. Het tonerpictogram knippert wanneer de toner bijna op is (10 procent of minder toner in de cartridge).
Pagina 66
1. Error Notification Hier kunt u de foutsoorten selecteren Selection: waarover u wilt worden geïnformeerd. 2. Default: Klik op deze knop om de standaardwaarden opnieuw in te stellen. 3. Cancel: Klik op deze knop om wijzigingen te annuleren. 4. OK: Klik op deze knop om wijzigingen op te slaan.
Volg de instructies in het bericht. 2. Open EPSON Status Monitor 3 vanuit de toepassing tijdens het afdrukken in de achtergrond. Vervolgens kunt u het afdrukken annuleren in EPSON Status Monitor 3 of het bestand in de slaapstandmodus verwijderen.
Pagina 68
5. Klik op Continue. Als het venster met de licentieovereenkomst verschijnt, leest u de overeenkomst en klikt u op Accept. 6. Selecteer Uninstall in het menu linksboven en klik op Uninstall. Volg de instructies op het scherm. De printerdriver gebruiken...
Hoofdstuk 4 Printer instellen in een netwerk Voor Windows Printer delen In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een printer kunt delen in een standaard-Windows-netwerk. De computers in een netwerk kunnen een printer delen die rechtstreeks op een van de computers is aangesloten. De computer die rechtstreeks is aangesloten op de printer, is de afdrukserver.
Zie "Windows NT 4.0" op pagina 92 voor Windows NT 4.0. Opmerking: Wanneer u de printer deelt, moet u EPSON Status Monitor 3 instellen zodat de gedeelde printer kan worden gecontroleerd op de afdrukserver. Zie "Controlevoorkeuren instellen" op pagina 46 voor meer informatie.
Pagina 71
3. Klik op Bestanden en printers delen op het tabblad Configuratie. 4. Schakel het selectievakje Ik wil anderen toegang kunnen geven tot mijn printer(s). in en klik op OK. 5. Klik op OK om de instellingen te accepteren. Opmerking: Als het bericht "Diskette plaatsen" verschijnt, plaatst u de cd-rom met Windows Me/98/95 in de computer.
Pagina 72
Gebruik geen spaties of koppeltekens voor de sharenaam, anders kan er een fout optreden. Wanneer u de printer deelt, moet u EPSON Status Monitor 3 instellen zodat de gedeelde printer kan worden gecontroleerd op de afdrukserver. Zie "Controlevoorkeuren instellen" op pagina 46 voor meer informatie.
U moet de clientcomputers instellen zodat deze de printer in een netwerk kunnen gebruiken. Zie de volgende pagina's voor meer informatie. "Windows Me/98/95" op pagina 85 "Windows XP/2000" op pagina 87 "Windows NT 4.0" op pagina 92 Extra driver gebruiken Als het besturingssysteem van de afdrukserver Windows 2000, XP of Windows NT 4.0 is, kunt u extra drivers installeren op de server.
Pagina 74
2. Klik met de rechtermuisknop op het printerpictogram en kies Delen in het menu dat verschijnt. Als het volgende menu verschijnt in Windows XP, klikt u op Wizard Netwerk instellen of Klik hier als u het beveiligingsrisico kent en printers zonder gebruik te maken van de wizard wilt delen.
Pagina 75
3. Voor afdrukservers met Windows 2000 of NT 4.0 selecteert u Gedeeld (Windows 2000) of Gedeeld als (Windows NT 4.0) en typt u de naam in het vak Sharenaam. Printer instellen in een netwerk...
Pagina 76
In Windows XP selecteert u Deze printer delen en typt u de naam in het vak Sharenaam. Opmerking: Gebruik geen spaties of koppeltekens voor de sharenaam, anders kan er een fout optreden. 4. Selecteer de extra drivers. Opmerking: Als de server- en clientcomputers hetzelfde besturingssysteem gebruiken, hoeft u geen extra drivers te installeren.
Pagina 77
Afdrukserver met Windows NT 4.0 Selecteer de versie van Windows die voor de clients wordt gebruikt. Selecteer bijvoorbeeld Windows 95 om de extra driver voor clients met Windows Me/98/95 te installeren. Klik vervolgens op OK. Opmerking: U hoeft Windows NT 4.0x86 niet te selecteren omdat deze driver al is geïnstalleerd.
Pagina 78
Afdrukserver met Windows XP/2000 Klik op Extra stuurprogramma's. Printer instellen in een netwerk...
Pagina 79
Selecteer de versie van Windows die voor de clients wordt gebruikt. Klik op OK. Clients met Windows Selecteer Intel Windows 95 Me/98/95 of 98 (en Me) Clients met Selecteer Intel Windows NT 4.0 Windows NT 4.0 of 2000 Clients met Windows Intel Windows 2000 (of XP) 2000/XP is mogelijk al geselecteerd.
Pagina 80
6. Geef de naam van het station en de map op waar de printerdriver voor clients zich bevindt en klik op OK. Het weergegeven bericht hangt af van het besturingssysteem van de client. De naam van de map verschilt, afhankelijk van het gebruikte besturingssysteem.
Opmerking: Controleer de volgende items als de printer wordt gedeeld. U moet EPSON Status Monitor 3 instellen zodat de gedeelde printer kan worden gecontroleerd op de afdrukserver. Zie "Controlevoorkeuren instellen" op pagina 46 voor meer informatie. Stel de beveiliging in voor de gedeelde printer (toegangsrecht voor clients).
Pagina 82
Gebruikers van Windows XP Professional 1. Klik op Start en Configuratiescherm. Klik vervolgens op Printers en andere hardware en Printers en faxapparaten. 2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de printer en kies Eigenschappen. 3. Klik op de tab Optional Settings en klik vervolgens op Driver Settings.
Pagina 83
Gebruikers van Windows XP Home Edition 1. Klik op Start en Configuratiescherm. Klik vervolgens op Printers en andere hardware en Printers en faxapparaten. 2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de printer en kies Eigenschappen. 3. Klik op de tab Optional Settings en klik vervolgens op Driver Settings.
5. Klik op OK. Als de instellingen voor gecontroleerde printers niet beschikbaar zijn op een computer voor meerdere gebruikers, zorg dat het selectievakje Allow multiple users to monitor printers is ingeschakeld in het dialoogvenster Monitoring Preferences. Instellen voor clients In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de printerdriver kunt installeren door toegang te krijgen tot de gedeelde printer in het netwerk.
Pagina 85
Opmerking: U moet de afdrukserver instellen als u de printer in een Windows-netwerk wilt delen. Zie "De printer als een gedeelde printer configureren" op pagina 70 (Windows Me/98/95) of "Extra driver gebruiken" op pagina 73 (Windows XP/2000/NT 4.0) voor meer informatie. In dit gedeelte wordt beschreven hoe u toegang tot de gedeelde printer in een standaardnetwerk kunt krijgen met de server (Microsoft-werkgroep).
Pagina 86
4. Klik op Bladeren. Het dialoogvenster Zoeken naar printer verschijnt. Opmerking: U kunt ook "\\(de naam van de computer die lokaal is aangesloten op de gedeelde printer)\(de naam van de gedeelde printer)" typen in het netwerkpad of de naam van de wachtrij.
Pagina 87
6. Klik op Volgende. Opmerking: Als de printerdriver vooraf is geïnstalleerd op de clientcomputer, moet u de nieuwe printerdriver of de huidige printerdriver selecteren. Wanneer u hierom wordt gevraagd, selecteert u de betreffende printerdriver. Ga verder met de volgende stap als het besturingssysteem van de afdrukserver Windows Me/98/95 is of de extra driver voor Windows Me/98/95 is geïnstalleerd op de afdrukserver met Windows XP/2000/NT 4.0.
Pagina 88
Als het besturingssysteem van de afdrukserver Windows NT 4.0 is, controleert u de volgende items: Op de afdrukserver met Windows NT 4.0 is "Windows NT 4.0x86" de extra driver voor clients met Windows XP/2000. Deze driver is vooraf geïnstalleerd als printerdriver voor Windows NT 4.0.
Pagina 89
In Windows XP klikt u op Een printer toevoegen in het menu Printertaken. 3. Selecteer Netwerkprinter (Windows 2000) of Netwerkprinter, of een printer die met een andere computer is verbonden (Windows XP) en klik op Volgende. 4. In Windows 2000 typt u de naam van de gedeelde printer en klikt u op Volgende.
Pagina 90
In Windows XP selecteert u Een printer zoeken. 5. Klik op het pictogram van de computer of server die is aangesloten op de gedeelde printer en op de naam van de gedeelde printer. Klik op Volgende. Printer instellen in een netwerk...
Pagina 91
Opmerking: De naam van de gedeelde printer kan worden gewijzigd door de computer of server die is aangesloten op de gedeelde printer. Neem contact op met de netwerkbeheerder over de naam van de gedeelde printer. Als de printerdriver vooraf is geïnstalleerd op de clientcomputer, moet u de nieuwe printerdriver of de huidige printerdriver selecteren.
Pagina 92
Windows NT 4.0 Volg de onderstaande instructies om de clients met Windows NT 4.0 in te stellen. U kunt de printerdriver van de gedeelde printer installeren als u hoofdgebruikersrechten of hogere toegangsrechten hebt, zelfs als u geen beheerder bent. 1. Klik op Start, ga naar Instellingen en klik op Printers. 2.
Pagina 93
Opmerking: U kunt ook "\\(de naam van de computer die lokaal is aangesloten op de gedeelde printer)\(de naam van de gedeelde printer)" typen in het netwerkpad of de naam van de wachtrij. De naam van de gedeelde printer kan worden gewijzigd door de computer of server die is aangesloten op de gedeelde printer.
Printerdriver installeren vanaf de cd-rom In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de printerdriver op de clients kunt installeren als u het netwerk als volgt instelt: De extra drivers zijn niet geïnstalleerd op de afdrukserver met Windows XP/2000/NT 4.0. Het besturingssysteem van de afdrukserver is Windows Me/98/95 en van de client Windows XP/2000/NT 4.0.
Wanneer de drivers in Windows XP/2000 worden geïnstalleerd, kan het bericht "Kan digitale handtekening niet vinden" worden weergegeven. Klik op Ja in Windows 2000 of op Toch doorgaan in Windows XP en ga verder met de installatie. De naam van de map verschilt, afhankelijk van het gebruikte besturingssysteem.
AppleTalk-netwerk. 1. Zet de printer aan. 2. Selecteer Kiezer in het Apple-menu en klik op het pictogram EPL-6100L. Selecteer vervolgens USB-poort in het vak "Select a printer port" rechts. Opmerking: Controleer of On is geselecteerd bij Background Printing.
2. Selecteer Kiezer in het Apple-menu op de computer vanwaar u toegang tot de printer zoekt. Klik vervolgens op het pictogram EPL-6100L (AT) en selecteer de naam van de gedeelde printer in het vak "Select a printer port" rechts. U kunt alleen kiezen uit de computers die zijn aangesloten op de huidige AppleTalk-zone.
Pagina 98
3. Klik op Setup, typ het wachtwoord voor de printer en klik op OK. Het volgende dialoogvenster verschijnt. 4. Klik bij Printer Sharing op Shared Printer Information. 5. Als op de client lettertypen zijn geïnstalleerd die niet beschikbaar zijn op de afdrukserver, verschijnt het volgende bericht.
Hoofdstuk 5 Optionele onderdelen installeren en verwijderen Afdruk-bovenlade Normaliter voert de printer papier uit met de bedrukte zijde naar beneden. Met de optionele afdruk-bovenlade (C12C813801) kunt u papier uitvoeren met de bedrukte zijde naar boven. Bij deze lade kunt u het afdrukresultaat meteen bekijken. Dit wordt aangeraden wanneer u afdrukt op materiaal waarvoor een recht papierpad nodig is, zoals etiketten en transparanten.
Afdruk-bovenlade installeren Volg de onderstaande instructies om de afdruk-bovenlade te installeren: 1. Schakel de printer uit. 2. Bevestig de afdruk-bovenlade door de pinnen een voor een in de gaten van de printer te duwen. Duw beide pinnen niet tegelijkertijd in de printer. Optionele onderdelen installeren en verwijderen...
Afdruk-bovenlade gebruiken In de printer is uitvoer met de bedrukte zijde naar beneden standaard ingesteld. Als u de afdruk-bovenlade hebt geïnstalleerd, kunt u met de papierpadkiezer het papierpad instellen voor uitvoer met de bedrukte zijde naar boven of naar beneden. De papierpadkiezer bevindt zich rechtsachter op de printer.
Pagina 102
Optionele onderdelen installeren en verwijderen...
Hoofdstuk 6 Verbruiksgoederen vervangen Voorzorgsmaatregelen bij het vervangen van verbruiksgoederen Neem de volgende voorzorgsmaatregelen bij het vervangen van verbruiksgoederen: Zorg dat er rond de printer genoeg ruimte is voor het vervangen van de verbruiksgoederen. U moet sommige onderdelen van de printer, zoals de printerklep, openen wanneer u verbruiksgoederen vervangt.
De ontwikkelingsrol bij de printer drukt maximaal 3.000 pagina's U moet de ontwikkelingsrol vervangen wanneer een bericht wordt weergegeven in het venster EPSON Status Monitor 3. 1. Zorg dat de uitvoerlade op de printer is dichtgeklapt. 2. Open de printerklep door op de vergrendeling links op de printer te drukken en de klep helemaal omhoog te tillen.
Pagina 105
Let op: Duw de printerklep helemaal omhoog als u de ontwikkelingsrol vervangt. Anders kan de printer beschadigd raken. 3. Houd de ontwikkelingsrol vast bij het handvat en til deze recht omhoog uit de printer. Waarschuwing: Raak de fixeereenheid niet aan. Deze is gemarkeerd met het etiket CAUTION Hot Surface Avoid Contact.
Pagina 106
4. Druk aan beide kanten zoals hieronder wordt aangegeven om het handvat naar binnen te duwen. Neem bij het weggooien van de oude ontwikkelingsrol de geldende milieuvoorschriften in acht. 5. Neem de nieuwe ontwikkelingsrol uit de verpakking. Houd de rol horizontaal en schud deze zachtjes van links naar rechts en van voor naar achter om de toner gelijkmatig te verdelen.
Pagina 107
6. Verwijder de beschermstrook van de ontwikkelingsrol en trek het handvat omhoog. Let op: Raak de ontwikkelingsrol onder de klep nooit aan. Dit kan de afdrukkwaliteit nadelig beïnvloeden. Verbruiksgoederen vervangen...
Pagina 108
7. Houd de rol bij het handvat vast en laat deze in de printer zakken. Zorg dat de pinnen aan weerszijden van de ontwikkelingsrol in de gleuven van de printer zitten. Schuif de rol voorzichtig in de opening tot deze vastklikt. Verbruiksgoederen vervangen...
Pagina 109
8. Sluit de printerklep. Druk er zachtjes op tot deze vastklikt. 9. Stel de tonerteller opnieuw in. Verbruiksgoederen vervangen...
Pagina 110
Voor Windows Open de printerdriver. Klik op de tab Optional Settings en klik vervolgens op Printer Settings. Klik op Reset Toner Level voor het juiste cartridgenummer en het dialoogvenster Reset Toner Level wordt weergegeven. Verbruiksgoederen vervangen...
Pagina 111
Voor Macintosh Klik op Kiezer in het Apple-menu. Klik op Setup en Printer Settings. Klik op Reset Toner Level voor het juiste cartridgenummer en het dialoogvenster Reset Toner Level wordt weergegeven. 10. Klik op OK om de tonerteller opnieuw in te stellen. Wanneer u de ontwikkelingsrol vervangt, moet u de papierrol schoonmaken, zoals wordt beschreven in het gedeelte "Rollen voor papierinvoer reinigen"...
Fotogeleidingseenheid vervangen Als de afdrukkwaliteit is verminderd, moet u een statusvel afdrukken en de levensduur van de fotogeleidingseenheid controleren. Is de fotogeleidingseenheid bijna versleten, dan moet u de eenheid vervangen volgens deze instructies. 1. Zorg dat de uitvoerlade op de printer is dichtgeklapt. 2.
Pagina 113
4. Schuif de fotogeleidingseenheid op de onderstaande wijze voorzichtig uit de printer. Waarschuwing: Raak de fixeereenheid niet aan. Deze is gemarkeerd met het etiket CAUTION Hot Surface Avoid Contact. Wanneer de printer in gebruik is, kan de fixeereenheid zeer warm worden. 5.
Pagina 114
Let op: Raak de lichtgevoelig rol van de fotogeleidingseenheid nooit aan. Dit kan de afdrukkwaliteit nadelig beïnvloeden. 7. Stop de pinnen aan weerszijden van de nieuwe fotogeleidingseenheid in de gleuven van de printer. Schuif de eenheid voorzichtig in de opening totdat deze vastklikt. Verbruiksgoederen vervangen...
Pagina 115
8. Plaats de ontwikkelingsrol opnieuw zoals beschreven in "Ontwikkelingsrol vervangen" op pagina 104. 9. Sluit de printerklep. Druk er zachtjes op tot deze vastklikt. 10. Stel de teller van de fotogeleidingseenheid opnieuw in. Verbruiksgoederen vervangen...
Pagina 116
Voor Windows Open de printerdriver. Klik op de tab Optional Settings en klik vervolgens op Printer Settings. Klik op Reset OPC Level en het dialoogvenster Reset OPC Level wordt weergegeven. Verbruiksgoederen vervangen...
Pagina 117
Voor Macintosh Klik op Kiezer in het Apple-menu. Klik op Setup en Printer Settings. Klik op Reset OPC Level en het dialoogvenster Reset OPC Level wordt weergegeven. 11. Klik op OK om de teller van de fotogeleidingseenheid opnieuw in te stellen. Verbruiksgoederen vervangen...
Hoofdstuk 7 Reiniging en transport Printer reinigen U hoeft de printer niet vaak te reinigen. Als u merkt dat de afdrukkwaliteit achteruitgaat, reinigt u het binnenwerk van de printer volgens de instructies in dit gedeelte. Reinig ook regelmatig de MP-lade en de printerbehuizing. Binnenwerk van de printer reinigen In de printer kunnen zich kleine stofdeeltjes ophopen.
Pagina 120
2. Open de printerklep door op de vergrendeling links op de printer te drukken en de klep helemaal omhoog te tillen. Waarschuwing: Wanneer u de printer opent, legt u de fixeereenheid bloot. Deze is gemarkeerd met het etiket CAUTION Hot Surface Avoid Contact.
6. Sluit de printerklep. Druk er zachtjes op tot deze vastklikt. 7. Verwijder het papier uit de MP-lade en reinig de lade met een schone, droge en pluisvrije doek. Rollen voor papierinvoer reinigen Papier wordt soms behandeld met een poeder om te voorkomen dat de afdruk afgeeft op de achterzijde van het vel dat er bovenop wordt geplaatst.
Pagina 122
Waarschuwing: Raak nooit de fixeereenheid of de omgeving van de eenheid aan. De fixeereenheid is gemarkeerd met het etiket CAUTION Hot Surface Avoid Contact. Wanneer de printer in gebruik is, kan de fixeereenheid zeer warm worden. 3. Verwijder de ontwikkelingsrol en de fotogeleidingseenheid volgens de instructies in "Ontwikkelingsrol vervangen"...
5. Plaats de fotogeleidingseenheid en de ontwikkelingsrol terug. 6. Druk op de printerklep totdat deze vastklikt. Printerbehuizing reinigen Als de behuizing van de printer vies of stoffig is, schakelt u de printer uit en reinigt u de behuizing met een zachte en schone doek met een neutraal reinigingsmiddel.
Opmerking: Als u tonerpoeder op uw kleren morst, spoelt u deze uit met koud water. Gebruik nooit warm water. Hierdoor kunnen er blijvende tonervlekken in uw kleren komen. Printer vervoeren Als u de printer over een grotere afstand moet vervoeren, verpakt u deze in de originele doos en het originele beschermmateriaal: 1.
(aan, uit of knipperend) geeft de printerstatus weer, zoals hieronder beschreven. Het venster Status Alert in het hulpprogramma EPSON Status Monitor 3 geeft aan welk type fout zich heeft voorgedaan en biedt een mogelijke oplossing. Gebruik de informatie in dit hoofdstuk om de oorzaak van het probleem te achterhalen en gebruik vervolgens de oplossingen om het probleem te verhelpen.
Opmerking: Hebt u alle suggesties uitgeprobeerd en blijven de verwachte resultaten uit, neem dan contact op met uw EPSON-leverancier. Statusvel afdrukken Druk een statusvel af vanuit de printerdriver om de huidige status van de printer weer te geven. Het statusvel bevat informatie over de printer en de huidige instellingen.
1. Klik op Start, ga naar Instellingen en klik op Printers. 2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram EPSON EPL-6100L Advanced en kies Eigenschappen in het menu dat verschijnt. 3. Klik op de tab Optional Settings en klik vervolgens op Status Sheet.
Voorzorgsmaatregelen voor het verhelpen van papierstoringen Houd rekening met de volgende punten als u een papierstoring wilt verhelpen. Verwijder vastgelopen papier voorzichtig. Het is vaak lastig om gescheurd papier te verwijderen. Het kan andere papierstoringen veroorzaken. Trek het papier voorzichtig los zodat het niet scheurt.
Draai de stapel papier in de invoerlade om. Bij de meeste pakken papier wordt de bovenzijde van het papier aangegeven met een pijl aan de zijkant van het pak. Plaats geen papier tijdens het afdrukken. Papierstoring — in de printer Als het vastgelopen vel zich binnenin de printer bevindt, verwijdert u het vel als volgt: 1.
Pagina 130
Waarschuwing: Als u de printerklep opent, wordt de fixeereenheid zichtbaar. De fixeereenheid is gemarkeerd met het etiket CAUTION Hot Surface Avoid Contact. Raak de fixeereenheid nooit aan. Wanneer de printer in gebruik is, kan de fixeereenheid zeer warm worden. * CAUTION Hot Surface Avoid Contact Probleemoplossing...
Pagina 131
2. Verwijder de ontwikkelingsrol. Let op: Let er op dat u de ontwikkelingsrol bij het verwijderen niet onder de klep aanraakt. Dit kan de afdrukkwaliteit nadelig beïnvloeden. Probleemoplossing...
Pagina 132
3. Verwijder de fotogeleidingseenheid. Let op: Raak de lichtgevoelig rol van de fotogeleidingseenheid nooit aan. Dit kan de afdrukkwaliteit nadelig beïnvloeden. Probleemoplossing...
Pagina 133
4. Verwijder het papier uit het papierpad. Opmerking: Als er papier vastzit bij de fixeereenheid, pakt u de onderzijde van het papier vast en trekt u het eruit. Als u het vastgelopen papier verwijdert door de bovenzijde vast te pakken, kan de afdrukkwaliteit verminderen.
5. Plaats de fotogeleidingseenheid en de ontwikkelingsrol terug. 6. Sluit de printerklep. 7. Klop de papierstapel recht op een vlakke ondergrond en plaats de stapel voorzichtig in de MP-lade. Gebruik geen gekruld of gekreukt papier. Het afdrukken wordt automatisch hervat vanaf de pagina waar de storing is opgetreden.
Pagina 135
1. Verwijder het papier uit de MP-lade. Probleemoplossing...
Pagina 136
2. Verwijder voorzichtig de vellen die gedeeltelijk zijn ingevoerd. 3. Sluit de uitvoerlade en open de printerklep. Verwijder de afgescheurde stukken papier die in de printer zijn blijven steken. Verwijder zo nodig de ontwikkelingsrol en de fotogeleidingseenheid. Verwijder het papier dat in het papierpad is achtergebleven.
Printer functioneert niet optimaal Het groene lampje Klaar gaat niet branden wanneer u de printer inschakelt Oorzaak Oplossing De printer is wellicht niet Zet de printer uit en controleer of de aangesloten op het lichtnet. kabel tussen de printer en het stopcontact goed is aangesloten.
U gebruikt wellicht een De parallelle kabel moet een verkeerde interfacekabel. S/STP-kabel met een maximale lengte van 1,8 meter zijn. De ontwikkelingsrol is Vervang de ontwikkelingsrol zoals mogelijk leeg. beschreven in "Ontwikkelingsrol vervangen" op pagina 104. Afdrukproblemen Tekens zijn verkeerd afgedrukt Oorzaak Oplossing De interfacekabel is mogelijk...
Pagina 139
Er wordt niet op de juiste positie op de pagina begonnen met afdrukken Oorzaak Oplossing De paginalengte en de marges Controleer in de toepassing de zijn niet correct opgegeven in instellingen voor paginalengte en de toepassing. marge. Er kan een pagina niet worden afgedrukt Oorzaak Oplossing Er is onvoldoende geheugen...
Problemen met afdrukkwaliteit De achtergrond is donker of vuil Oorzaak Oplossing Het papierpad in de printer is Maak de interne printeronderdelen wellicht stoffig. schoon door drie afzonderlijke pagina's met slechts één teken af te drukken. U gebruikt mogelijk een Als het oppervlak van het papier te ruw papiersoort die niet geschikt is is, worden tekens vervormd of slechts voor de printer.
Pagina 141
Afdrukken bevatten zwarte of witte strepen Oorzaak Oplossing Het papierpad in de printer is Schakel de printer uit. Maak de interne wellicht stoffig. printeronderdelen schoon door drie afzonderlijke pagina's met slechts één teken af te drukken. Er is mogelijk een probleem Verwijder de rol en schud deze met de ontwikkelingsrol.
Pagina 142
Er ontbreken gedeelten van de afgedrukte afbeelding Oorzaak Oplossing Het papier is wellicht klam of Bij deze printer heeft de vochtig. vochtigheidsgraad van het papier invloed op de afdrukkwaliteit. Hoe vochtiger het papier, hoe lichter de afdruk. Bewaar het papier in een droge omgeving.
Pagina 143
Bij deze instelling duurt het afdruksnelheid te voldoen. langer voordat er kan worden begonnen met afdrukken. Als het selectievakje Auto Continue niet is ingeschakeld, verschijnt er een knop Re-print in EPSON Status Monitor 3. Druk op deze knop om opnieuw af te drukken. Probleemoplossing...
Pagina 144
De toner is mogelijk op. Zie "Ontwikkelingsrol vervangen" op pagina 104 voor informatie over het vervangen van de ontwikkelingsrol als de tonerstatus in EPSON Status Monitor 3 aangeeft dat de toner bijna op De ontwikkelingsrol is niet Controleer of de ontwikkelingsrol is correct geïnstalleerd.
Pagina 145
De afdruk is licht of vaag Oorzaak Oplossing Het papier is wellicht klam of Hoe vochtiger het papier, hoe lichter de vochtig. afdruk. Bewaar het papier in een droge omgeving. Mogelijk is de Schakel de tonerbesparingsmodus uit tonerbesparingsmodus in de printerdriver. geactiveerd.
De onbedrukte zijde van de pagina is vuil Oorzaak Oplossing Er zit mogelijk tonerpoeder in Schakel de printer uit. Reinig de interne het papierpad. printeronderdelen. Zie "Rollen voor papierinvoer reinigen" op pagina 121 voor meer informatie. Geheugenproblemen De afdruk wordt stopgezet door een tekort aan geheugen Oorzaak Oplossing Onvoldoende geheugen voor...
Bijlage A Technische specificaties Papier Beschikbare papiersoorten In dit gedeelte wordt uitgelegd welke soorten papier u kunt gebruiken in de printer. Gebruik alleen papiersoorten die hier worden vermeld. Opmerking: De printer is zeer gevoelig voor vocht. Bewaar papier in een droge omgeving.
Normaal papier U kunt de volgende papiersoorten gebruiken: Papiersoort Beschrijving Gewoon papier Er kan kringlooppapier worden gebruikt* Gewicht: 60 tot 90 g/m² (16 tot 24 lb) Enveloppen Geen lijm of plakstrip Geen plastic venster (tenzij speciaal ontworpen voor laserprinters) Gewicht: 85 tot 105 g/m² Etiketten Het achtervel moet volledig bedekt zijn, zonder ruimtes tussen de etiketten**...
Pagina 149
Opmerking: Aangezien de kwaliteit van een bepaald merk of type afdrukmateriaal op elk moment door de fabrikant kan worden gewijzigd, kan EPSON de kwaliteit van geen enkel type afdrukmateriaal garanderen. Probeer het afdrukmateriaal altijd uit voordat u een grote voorraad aanschaft of een omvangrijk bestand afdrukt.
Specificaties Aangezien de kwaliteit van een bepaald merk of type papier op elk moment door de fabrikant kan worden gewijzigd, kan EPSON de kwaliteit van geen enkele papiersoort garanderen. Test enkele vellen papier voordat u een grote hoeveelheid aanschaft of afdrukt.
Printer Algemeen Afdrukmethode: Laserscannen en droog elektrofotografisch proces Resolutie: 600 dpi Afdruksnelheid: Maximaal 16 vellen A4-papier per minuut afhankelijk van het lettertype en de hoeveelheid gegevens Eerste afdruk: Minder dan 15 seconden voor A4/Letter-formaat (Invoer vanuit MP-lade met 600 dpi) Papierinvoer: Automatische papierinvoer Uitlijning papierinvoer: Centreren voor alle papierformaten...
Omgevingsspecificaties Temperatuur: In gebruik: 10 tot 35°C Niet in gebruik: 0 tot 35°C Vochtigheid: In gebruik: 15 tot 85% RV Niet in gebruik: 10 tot 85% RV Hoogte: Maximaal 2.500 meter Veiligheidsvoorschriften Veiligheidsnormen: Model V.S.: UL 60950 CSA C22.2 No.60950 Europees model: Richtlijn 73/23/EEC EN60950...
CDRH-voorschriften De afdeling CDRH (Center for Devices and Radiological Health) van de U.S. Food and Drug Administration heeft op 2 augustus 1976 de regelgeving met betrekking tot laserproducten vastgesteld. Producten die in de Verenigde Staten worden verkocht, dienen hieraan te voldoen. Met het onderstaande etiket wordt aangegeven dat de printer voldoet aan CDRH-regels.
Elektrische specificaties Model Model 110 V tot 120 V Model 220 V tot 240 V Voltage 110 V tot 120 V + 10% 220 V tot 240 V ± 10% Nominale frequentie 50 Hz ± 3 Hz / 60 Hz ± 3 Hz Stroomsterkte 7,2 A 3,8 A...
Optionele onderdelen en verbruiksgoederen Afdruk-bovenlade (C12C813801) Afmetingen en gewicht (inclusief printer): Hoogte: 248 mm Breedte: 248 mm Diepte: 32 mm Gewicht: 0,2 kg Papieruitvoercapaciteit: Maximaal 20 vellen (papier van 75 g/m² of 20 lb) Ontwikkelingsrol (S050087) Temperatuur opslag: 0 tot 35°C Vochtigheid opslag: 30 tot 85% RV Bewaartijd:...
Ontwikkelingsrol (S050095) Temperatuur opslag: 0 tot 35°C Vochtigheid opslag: 30 tot 85% RV Bewaartijd: 18 maanden na productiedatum Levensduur: Maximaal 3.000 pagina's onder de volgende omstandigheden: voor A4- of Letter-papier bij ononderbroken afdrukken en een dekkingsgraad van 5% Deze ontwikkelingsrol wordt bij de printer geleverd. Fotogeleidingseenheid (S051055) Temperatuur opslag: 0 tot 35 °C...
Pagina 158
Het totaalaantal pagina's dat u kunt afdrukken met een ontwikkelingsrol of een fotogeleidingseenheid is afhankelijk van het type afdruk. Als u telkens enkele pagina's of pagina’s met veel tekst en een dekkingsgraad van meer dan 5% afdrukt, zijn de ontwikkelingsrol en/of fotogeleidingseenheid sneller aan vervanging toe.
Start bar, Stop bar en OCR-B. Met EPSON BarCode Fonts kunt u de codes echter automatisch toevoegen, zodat u eenvoudig streepjescodes kunt afdrukken die voldoen aan uiteenlopende standaarden voor streepjescodes.
Pagina 160
EPSON Code39 CD EPSON Code39 Num Code128 EPSON Maakt Code12 Code128 8-streepjesco- des. Interleaved 2 EPSON ITF U kunt afdruk- of 5 (ITF) ken van OCR-B EPSON ITF en controlecij- fers opgeven met de letterty- EPSON ITF penaam. CD Num...
Systeemvereisten Voor gebruik van EPSON BarCode Fonts moet de computer aan de volgende vereisten voldoen. Computer: IBM-computer of vergelijkbare computer met een i386SX-processor of hoger Besturingssysteem: Microsoft Windows Me/98/95/XP/2000/NT 4.0 Vaste schijf: 15 tot 30 KB vrije ruimte, afhankelijk van...
Afdrukken met EPSON BarCode Fonts Volg de onderstaande instructies om streepjescodes te maken en af te drukken met EPSON BarCode Fonts. In deze instructies wordt uitgegaan van de toepassing Microsoft WordPad. Bij andere programma's is mogelijk een andere procedure van toepassing.
Pagina 163
1. Open een document in de toepassing en typ de tekens die u in een streepjescode wilt omzetten. 2. Selecteer de getypte tekens en klik op Lettertype in het menu Opmaak. Werken met lettertypen...
Pagina 164
3. Selecteer het gewenste lettertype van EPSON BarCode Font en stel de lettertypegrootte in. Klik op OK. Opmerking: In Windows XP/2000/NT 4.0 kunt u voor het afdrukken van streepjescodes geen lettertypen gebruiken die groter zijn dan 96 punten. 4. De geselecteerde tekens worden op de onderstaande manier weergegeven als streepjescodes.
Pagina 165
5. Kies Afdrukken in het menu Bestand. Klik met de rechtermuisknop op de EPSON-printer en kies Eigenschappen. Geef de volgende instellingen op voor de printerdriver. EPL-6100L is een op host geïmplementeerde zwartwitprinter. Zie het gedeelte van de op host geïmplementeerde driver voor zwartwitprinters in de onderstaande tabel.
Mogelijk bestaat de uiteindelijke streepjescode uit meer tekens dan u hebt ingevoerd, omdat bijzondere tekens zoals Start bar en Stop bar worden toegevoegd als u EPSON BarCode Font selecteert. Werken met lettertypen...
Voor een optimaal resultaat gebruikt u voor het geselecteerde lettertype van EPSON BarCode Font alleen de lettertypegrootten die worden aanbevolen in "Specificaties van EPSON BarCode Fonts" op pagina 167. Streepjescodes van een ander formaat worden mogelijk niet door alle streepjescodelezers gelezen.
Pagina 168
De volgende codes worden automatisch ingevoegd: Linker-/rechtermarge Linker-/rechterafsluitbalk Middenbalk Controlecijfer OCR-B Afdrukvoorbeeld EPSON EAN-8 EPSON EAN-13 EAN-13 is een streepjescode van dertien cijfers. Omdat het controlecijfer automatisch wordt toegevoegd, kunt u maar 12 tekens invoeren. Soort tekens Cijfers (0 t/m 9)
Pagina 169
De volgende codes worden automatisch ingevoegd: Linker-/rechtermarge Linker-/rechterafsluitbalk Middenbalk Controlecijfer OCR-B Afdrukvoorbeeld EPSON EAN-13 EPSON UPC-A UPC-A is de streepjescode die is vastgelegd in de American Universal Product Code (UPC Symbol Specification Manual). Alleen gangbare UPC-codes worden ondersteund. Aanvullende codes worden niet ondersteund. Soort tekens...
Pagina 170
De volgende codes worden automatisch ingevoegd: Linker-/rechtermarge Linker-/rechterafsluitbalk Middenbalk Controlecijfer OCR-B Afdrukvoorbeeld EPSON UPC-A EPSON UPC-E UPC-E komt overeen met de streepjescode UPC-A. Bij UPC-E worden extra nullen echter verwijderd. Soort tekens Cijfers (0 t/m 9) Aantal tekens Maximaal 6 tekens...
Pagina 171
Linker-/rechtermarge Linker-/rechterafsluitbalk Controlecijfer OCR-B Het getal "0" Afdrukvoorbeeld EPSON UPC-E EPSON Code39 Er zijn vier Code39-lettertypen beschikbaar waarmee u het automatisch invoegen van controlecijfers en OCR-B kunt in- of uitschakelen. De hoogte van de streepjescode wordt automatisch ingesteld op minimaal 15% van de totale lengte van de code, conform de Code39-standaard.
Pagina 172
Typ spaties in Code39-streepjescodes als "_" onderstrepingstekens. Als u twee of meer streepjescodes op één regel wilt afdrukken, scheidt u ze met een tab of selecteert u een ander lettertype en typt u een spatie. Als u een spatie invoert voor een Code39-lettertype, wordt de streepjescode niet correct opgebouwd.
Pagina 173
Afdrukvoorbeeld EPSON Code39 EPSON Code39 CD EPSON Code39 Num EPSON Code39 CD Num EPSON Code128 Code128-lettertypen bieden ondersteuning voor de codesets A, B en C. Wanneer de codeset van een regel met tekens halverwege de regel wordt gewijzigd, wordt er automatisch een conversiecode ingevoegd.
Pagina 174
26 pt tot 104 pt (maximaal 96 pt in Windows XP/2000/NT 4.0). Aanbevolen grootten zijn 26 pt, 52pt, 78 pt en 104 pt. De volgende codes worden automatisch ingevoegd: Onbedrukte linker-/rechterzone Start-/stopteken Controlecijfer Teken voor veranderen codeset Afdrukvoorbeeld EPSON Code128 Werken met lettertypen...
Pagina 175
EPSON ITF De EPSON ITF-lettertypen voldoen aan de Amerikaanse USS Interleaved 2-of-5-standaard. Er zijn vier EPSON ITF-lettertypen beschikbaar waarmee u het automatisch invoegen van controlecijfers en OCR-B kunt in- of uitschakelen. De hoogte van de streepjescode wordt automatisch ingesteld op minimaal 15% van de totale lengte van de code, conform de Interleaved 2-of-5-standaard.
Pagina 176
De volgende codes worden automatisch ingevoegd: Onbedrukte linker-/rechterzone Start-/stopteken Controlecijfer Het getal "0" (waar nodig aan het begin van tekenreeksen toegevoegd) Afdrukvoorbeeld EPSON ITF EPSON ITF CD EPSON ITF Num EPSON ITF CD Num Werken met lettertypen...
Pagina 177
EPSON Codabar Er zijn vier Codabar-lettertypen beschikbaar waarmee u het automatisch invoegen van controlecijfers en OCR-B kunt in- of uitschakelen. De hoogte van de streepjescode wordt automatisch ingesteld op minimaal 15% van de totale lengte van de code, conform de Codabar-standaard. Daarom is het belangrijk ten minste één spatie tussen de streepjescode en de omringende tekst in...
Pagina 178
De volgende codes worden automatisch ingevoegd: Onbedrukte linker-/rechterzone Start-/stopteken (indien niet ingevoerd) Controlecijfer Afdrukvoorbeeld EPSON Codabar EPSON Codabar CD EPSON Codabar Num EPSON Codabar CD Num Werken met lettertypen...
Als de printer niet goed functioneert en u het probleem niet kunt verhelpen met de probleemoplossingsinformatie in deze handleiding, kunt u contact opnemen met de EPSON-klantenservice. We kunnen u sneller helpen als u ons de volgende informatie geeft: Serienummer van de printer U vindt dit nummer op de achterzijde van de printer.
Voor gebruikers in Noord-Amerika Als u de printer hebt aangeschaft in de Verenigde Staten of Canada, biedt Epson 24 uur per dag technische ondersteuning via de elektronische ondersteuningsservices en geautomatiseerde telefoonservices die zijn opgenomen in de volgende tabel: Service Toegang...
Op de volgende websites is elektronische ondersteuning 24 uur per dag beschikbaar: Service Toegang Internet De website van EPSON voor Latijns-Amerika: http://www.latin.epson.com. De website van Epson voor Brazilië: http://www.epson.br. Als u een medewerker van de klantenservice wilt spreken, belt u naar een van de onderstaande nummers:...
Voor gebruikers in het Verenigd Koninkrijk en Ierland Als u het product in het Verenigd Koninkrijk of Ierland hebt aangeschaft, biedt EPSON (UK) Limited u een groot aantal services en technische ondersteuning. Ondersteuning via Internet Informatie over de nieuwste EPSON-producten, drivers,...
Pagina 183
1 800 409132. De helpdesk is ook bereikbaar via fax (01442 227271 in het Verenigd Koninkrijk en 0044 1442 227271 in Ierland) en e-mail (info@epson.co.uk). U kunt hier terecht voor: Productinformatie en brochures van nieuwe EPSON-producten (ook beschikbaar via onze website op http://www.epson.co.uk)
Voor gebruikers in Duitsland EPSON Service Center c/o Exel Hünxe GmbH Werner-Heisenberg-Straße 2 46569 Hünxe http://www.epson.de/support Frankrijk Support Technique EPSON France 0 821 017 017 (2,21 F la minute) Ouvert du lundi au samedi de 9h00 à 20h00 sans interruption http://www.epson.fr/support/selfhelp/french.htm pour...
Woordenlijst afdrukstand Hiermee wordt aangegeven in welke richting tekens op een vel worden afgedrukt. De afdrukstand is liggend of staand. buffer Zie geheugen voor meer informatie. dots per inch (dpi) Met het aantal dots per inch wordt de printerresolutie weergegeven. Hoe hoger het aantal dots (punten), hoe hoger de resolutie.
Pagina 188
lettertype Een reeks tekens en symbolen met dezelfde typografische vormgeving en stijl. liggend Er wordt in de lengte op de pagina afgedrukt. Bij deze afdrukstand kan er meer worden afgedrukt in de breedte dan in de lengte. Deze optie is geschikt voor het afdrukken van werkbladen.
Pagina 189
Register EPSON Status Monitor 3 (Windows) controlevoorkeuren, 46 afdruk-bovenlade info, 43 gebruiken, 101 openen, 43 installeren, 100 printerstatus, 44 verwijderen, 101 venster met foutmeldingen, 48 verwijderen, 50 etiketten, 29 extra driver clients gebruiken, 73 met Macintosh, 97 met Windows Me/98/95, 85 met Windows NT 4.0, 92...
Pagina 190
ontwikkelingsrol reinigen vervangen, 104 gemorst tonerpoeder optionele onderdelen verwijderen, 123 afdruk-bovenlade, 99 in de printer, 119 beschikbare, 21 papierrol, 121 printerbehuizing, 123 papier, 147 beschikbare, 147 specificaties ondersteund, 148 fotogeleidingseenheid, 157 papierstoringen voorkomen, 128 ontwikkelingsrol (3K), 157 plaatsen in de MP-lade, 25 ontwikkelingsrol (6K), 156 specificaties, 150 papier, 147...
Pagina 191
101 driver, 50 EPSON Status Monitor 3 (Macintosh), 67 EPSON Status Monitor 3 (Windows), 50 gemorst tonerpoeder, 123 voorzorgsmaatregelen bij in- en uitschakelen, 15 tijdens werking, 11 verbruiksgoederen vervangen, 103 zwaar papier, 31 Register...