Veiligheidsinstructies
Veiligheidsinstructies voor het gebruik
Onjuiste bediening van de machine!
Alleen gekwalificeerd personeel met bedieningsbevoegdheid mag de machine bedienen.
Met de machine vertrouwd raken.
Bevoegdheden en werkgebieden duidelijk vastleggen.
Mogelijke gevaren aan de machine kennen.
Buig nooit over de bovenste rand van de mengkuip heen terwijl de mengvijzel wordt
aangedreven.
Nooit in de mengkuip klimmen, terwijl de mengvijzel draait of de motor van de tractor loopt.
Personen mogen de mengkuip alleen met de hand vullen als deze niet per ongeluk in de
mengkuip kunnen vallen.
Personen mogen zich nooit op dezelfde hoogte of boven de vulopening van de mengkuip
bevinden.
Onjuiste bediening van de machine!
Machine op de juiste wijze gebruiken.
Machine vóór het begin van de werkzaamheden op schade controleren.
Machine in technisch onberispelijke, bedrijfsklare en functionele toestand gebruiken.
Eerst schade aan de machine vakkundig laten repareren, dan de machine in gebruik
nemen.
De machine alleen gebruiken als de cardanasbescherming met de bevestigingsketting
tegen verdraaien is geborgd.
De aftakas van de tractor onmiddellijk uitschakelen, als de overbelastingskoppeling
geactiveerd wordt.
Het toelaatbare aandrijftoerental van de machine in acht nemen, voordat de aftakas van de
tractor ingeschakeld wordt.
De aftakas van de tractor onmiddellijk uitschakelen, als de overbelastingskoppeling
geactiveerd wordt.
De maximale lading van de gemonteerde/gekoppelde machine en tevens de toelaatbare
aslasten en gewichtsbelasting van de tractor in acht nemen. Eventueel met een slechts ten
dele gevulde mengkuip rijden.
Op de vulvolgorde van de afzonderlijke voercomponenten letten.
Bij het uitkuilen van eindblokken bv. in silo's mag het snijframe nooit eenzijdig belast
worden (min. 50% grijplengte), omdat dit beschadigingen van de snij-inrichting tot gevolg
heeft.
De toelaatbare draagkracht van de banden van de tractor niet overschrijden.
Stand: 08.2022
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Vertaling van het origineel Gebruikershandleiding 118832
Hoofdstuk 2
Pagina 33
Bernard van Lengerich