Bediening
Machine aankoppelen
7.4.3.5
Stroomvoorziening tot stand brengen
De stroom niet uit de stekkerdoos voor de verlichting nemen.
De 3-polige stekkerdoos alsnog aanbrengen als de tractor-niet over een 3-polige
stekkerdoos beschikt. De firma BvL biedt een passende uitbreidingsset aan.
Er is een constante stroomvoorziening nodig van 12 V. De 3-polige stekkerdoos moet
minstens met een 16-A zekering beveiligd zijn.
Voorwaarden:
De machine is beveiligd tegen wegrollen (zie hoofdst. 6.5 "Tractor en machine
beveiligen tegen onbedoeld starten en wegrollen").
De tractor is beveiligen tegen onbedoeld starten en wegrollen (zie hoofdst. 6.5 "Tractor
en machine beveiligen tegen onbedoeld starten en wegrollen").
Trekdissel is aangekoppeld (zie hoofdst. 7.4.1 "Trekdissel aankoppelen").
Cardanas is aangekoppeld (zie hoofdst. 7.4.2 "Cardanas aankoppelen").
Hydraulische slangleidingen zijn aangekoppeld (zie hoofdst. 7.4.3.1 "Hydraulische
slangleidingen aankoppelen").
Uit te voeren stappen:
1.
De 3-polige stekker (a) (DIN 9680) van de stroomvoedingskabel (b) in de 3-polige
stekkerdoos van de tractor steken (pool 15/30 = plus; pool 31 = min).
Stroomvoorziening is tot stand gebracht.
Stand: 08.2022
TIP
TIP
a
Afb.7-10: Stroomaansluiting
Vertaling van het origineel Gebruikershandleiding 118832
Hoofdstuk 7
Pagina 120
b
Bernard van Lengerich