6
De nieuwe waarde wordt
onder de tekst STARTTIJD
1 weergegeven. Druk op
AFSLUITEN om naar het
hoofdmenu te gaan Ga
door met STOPTIJD 1,
STARTDAG 1 en
STOPDAG 1.
3. Een timer maken
In een timer kunnen verschillende tijdperiodes worden verza-
meld en met parameters worden verbonden. De timer kan als
de bron van start/stop werken en opdrachten voor richtings-
wijziging, constant toerentalselectie en relais-activerings-
signalen. Tijdperiodes kunnen meerdere tijdfuncties hebben,
maar een parameter kan maar op één enkele timer worden
aangesloten. Het is mogelijk om tot vier timers te maken.
Om een timer te maken, volgt u deze stappen:
1
Druk op MENU om naar het
hoofdmenu te gaan
2
Selecteer PARAMETERS
met de toetsen OMHOOG/
OMLAAG. Druk daarna op
ENTER om naar de modus
Parameters te gaan.
3
Schuif met de toetsen
OMHOOG/OMLAAG naar
groep 36 TIJDFUNCTIES
en druk op SEL.
4
Schuif met de toetsen
OMHOOG/OMLAAG naar
TIMER 1 SRC en druk op
BEWERKEN.
148
Gebruikershandleiding voor ACH550-02
UIT
3601 TIMERS INSCHAKELEN
3602 STARTTIJD 1
3603 STOPTIJD 1
3604 STARTDAG 1
EINDE
UIT
UIT
PARAMETERS
ASSISTENTEN
GEWIJZ PAR
EINDE
UIT
36 TIJDFUNCTIES
37 GEBR BELAST CURVE
40 PID 1 INSTELLINGEN
41 PID 2 INSTELLINGEN
42 EXT / TRIM PID
EINDE
UIT
3622 BOOSTER KEUZE
3623 BOOSTER TIJD
3626 TIMER 1 SRC
3627 TIMER 2 SRC
EINDE
Real time klok en tijdfuncties
PARAMETERS
08:30:00
00:00
BEWERKEN
0,0Hz
0,
0 Hz
0,
0 A
0,
0 %
00:00
MENU
HOOFDMENU
00:00
ENTER
PAR GROEPEN
36
00:00
KEUZE
PARAMETERS
NIET GESELECT
00:00
BEWERKEN
1