Verhouding bij
meetbereikover-/-
onderschrijding
Functiesturing
Regelaar
Grenswaardecon-
tact 1
...
Grenswaardecon-
tact 8
Afwijking gemeten
waarde
Eindtijd program-
ma
Programma-
breuk
Doorgang
Stilstand
Doorgang bij af-
wijking <X%
KONFIG 1
Parameter
RANGEFKT
FKT-STRG
FKT REG
FKT LK1
...
FKT LK8
X ABW
ENDEZEIT
Het programmaverloop wordt afgebroken; het apparaat schakelt terug naar
uitgangspositie.
Het programma wordt in die positie voortgezet, waar het zich op het tijdstip
van de netuitval bevond.
Het programma kan d.m.v. het indrukken van toets
E
met toets
worden afgebroken.
Het programma wordt in die positie voorgezet, waar het zich op het tijdstip de
het netuitval bevond, indien de afwijking tussen de gemeten waarde voor net -
uit (X
) en de gemeten waarde na net-aan (X
alt
centwaarde (afwijking gemeten waarde) niet te groot is. Wordt deze waarde
overschreden dan stopt het apparaat.
10 Configuratieniveau 1
PGM REGL
Waarde/
Omschrijving
selectie
WEITERL
Doorgang
PGMHALT
Programmastop
Programmastop:
Het programma wordt na beëindi-
ging van de meetwaardeover-/-on-
derschrijding weer voortgezet.
GEBERSTR
Geversturing
STEUERK1
Stuurcontact 1
...
...
STEUERK8
Stuurcontact 8
Definieert wanneer de regelaar en
het grenswaardecontact actief is.
Geversturing:
in de handeling „automatisch" ac-
tief;
anders volgens gedefinieerde instal-
latie-situatie in het setup-program-
ma
Stuurcontact:
alleen actief, indien het stuurcon-
tact zich in de situatie „IN" bevindt.
10.
0...10...100 digit
relevant voor doorgang
(doorgang bij afwijking <X%)
0.
-1...0...+9999sec.
-1 = duursignaal
Duur van het signaal van het pro-
gramma-einde
v Hoofdstuk 10.4 „Uitgangen"
Fabrieksmatige instellingen zijn vet afgebeeld.
neu
A
worden voortgezet of
) een programmeerbare pro-
61