Woningventilatie met Vitovent 200-W/300-C/300-W
Vereiste vrijgaven
Functie
Vrijgave voor de verwerking van analoge
signalen aan de ingang van het ventilatie-
toestel
Regeling van de CO
-concentratie
2
Regeling van de luchtvochtigheid
Centrale luchtvochtigheidsregeling
Als de luchtvochtigheid in de centrale afvoerluchtlei-
ding (verzamelleiding) stijgt, wordt "Intensieve wer-
king" ingeschakeld. Na het verminderen van de lucht-
vochtigheid wordt de oorspronkelijke ventilatietrap
opnieuw ingesteld. Het aanspreekgedrag van deze
luchtvochtigheidsregeling wordt via "Gevoeligheid
vochtsensor C1A6" ingesteld.
Vereiste vrijgaven
Functie
Centrale vochtsensor
Gevoeligheid
Fotovoltaïsch systeem
U kunt de door het fotovoltaïsch systeem opgewekte
stroom gebruiken voor de werking van de compressor
en voor andere componenten van de verwarmingsin-
stallatie (gebruik eigen stroom of eigen energiever-
bruik).
Daartoe moeten de hoeveelheden elektrische energie,
die voor het gebruik van eigen stroom ter beschikking
staan, aan de warmtepompregeling worden doorgege-
ven. Voor de koppeling van de gegevens met het foto-
voltaïsche systeem zijn de volgende mogelijkheden
beschikbaar:
■
Energiemeter (accessoire) wordt via Modbus op de
warmtepompregeling aangesloten.
■
Fotovoltaïsch systeem wordt via een Smart Home
System op de warmtepompregeling aangesloten,
bijv. Vitocomfort 200 (accessoire).
Voor het gebruik van eigen stroom kunnen de vol-
gende functies van de verwarmingsinstallatie worden
vrijgegeven:
Tapwaterverwarming
■
Verwarmen buffer
■
Kamerverwarming
■
■
Koeling verwarmings-/koelwaterbuffer
■
Kamerkoeling
Behalve de compressor worden bij het gebruik van
eigen stroom ook de aan de warmtepompregeling aan-
gesloten componenten door stroom uit de fotovoltaï-
sche installatie voorzien, bijv. de secundaire pomp.
(vervolg)
Parameters
"Functie ingang 1 C1B0"
"Min. spanning ingang 1 C1B1"
"Min. spanning ingang 2 C1C1"
Parameters
"Vochtsensor C105"
"Gevoeligheid vochtsensor C1A6"
Voor het gebruik van eigen stroom wordt het regelge-
drag van de warmtepompregeling aangepast:
De inschakelpunten van vrijgegeven functies kunnen
■
op basis van een behoefteprognose worden
vervroegd.
De tijdstippen worden zodanig gekozen dat vol-
doende stroom van het fotovoltaïsch systeem ter
beschikking staat. Evt. begint de verwarming van
installatiecomponenten ook buiten de ingestelde
periodes van het tijdprogramma.
■
De gewenste temperaturen worden aangepast.
Bovendien worden de inschakelhystereses met de
helft beperkt.
Zo kan meer elektrische energie van het fotovol-
taïsch systeem in de vorm van thermische energie
worden opgeslagen.
Opmerking
–
Alle veiligheidsrelevante temperatuurgrenzen,
bijvoorbeeld "Max. warmwatertemperatuur
6006", gelden ook bij gebruik van eigen stroom.
De gewenste temperaturen kunnen ook via Smart
–
Grid aangepast worden. Als gebruik van eigen
stroom en Smart Grid tegelijk actief zijn, geldt tel-
kens de hoogste aanpassing van de gewenste
waarde: zie hoofdstuk "Smart Grid".
Functiebeschrijving
Instelling
"1"
≙
"40" (
4 V)
≙
"80" (
8 V)
Instelling
"1"
"0"
≠
71