4.
Selecteer een filtereffect.
Gebruik de pijltjestoetsen <
selecteren en druk vervolgens op <
De opname wordt weergegeven met het desbetreffende filtereffect
toegepast.
Bij [Miniatuureffectmovie] verplaatst u het AF-punt naar de juiste
positie om scherp te stellen. Verplaats het scènekader als het AF-punt
zich erbuiten bevindt, zodat het AF-punt op het kader is uitgelijnd.
5.
Pas het filtereffectniveau aan.
Druk op de knop <
movie].
Gebruik de pijltjestoetsen <
druk vervolgens op <
Selecteer bij het instellen van [Miniatuureffectmovie] de
afspeelsnelheid.
6.
Neem de film op.
> <
> om een filtereffect (
>.
> en selecteer het pictogram onder [Zelfontsp.
> <
> om het effect aan te passen en
>.
357
) te