3.
Verplaats het vergrote gebied.
Gebruik de pijltjestoetsen <
gebied in positie te brengen voor het scherpstellen.
Druk op <
4.
Stel handmatig scherp.
Draai terwijl u naar het vergrote beeld kijkt aan de scherpstelring op de
lens om scherp te stellen.
Nadat u hebt scherpgesteld, drukt u op de knop <
normale weergave terug te keren.
Opmerking
In de vergrote weergave is de belichting vergrendeld.
U kunt de Touch Shutter gebruiken om een foto te maken tijdens de normale
weergave.
> <
> om het vergrote gebied te centreren.
198
> <
> <
> om het vergrote
> om naar de