+
P.Fn-05:
Om de wachttijd te verkorten kunt u instellen dat u wilt flitsen (een snelle
flits wilt geven) als het gereed-lampje groen is (voordat de flitser helemaal
is opgeladen).
0: ON (Inschakelen)
1: OFF (Uitschakelen)
Als u P.Fn-06-1 en P.Fn-05-0 hebt ingesteld, wordt er bij continue opnamen
een snelle flits gegeven (p. 84). Als u de snelle flits echter tijdens continu
flitsen gebruikt, is er vaak sprake van onderbelichting, omdat het
flitsvermogen afneemt.
I
P.Fn-06:
fotograferen)
Bij het maken van opnamen met gekoppeld fotograferen (p. 84) kunt u
instellen of u de flitser die op de camera is bevestigd, wel of niet wilt laten
flitsen. Stel deze in voor elke flitser die u bij gekoppeld fotograferen
gebruikt.
0: OFF (Uitschakelen)
De flitser flitst niet tijdens gekoppeld fotograferen.
1: ON (Inschakelen)
Als u meerdere Speedlites tegelijkertijd laat flitsen tijdens gekoppeld
fotograferen, wordt de relevante belichting mogelijk niet bereikt of krijgt u
mogelijk een onevenwichtige belichting.
(Snelle flits)
(Flitsen tijdens gekoppeld
De flitser flitst tijdens gekoppeld
fotograferen. Het scherm ziet er bij
instelling 1 anders uit dan bij instelling 0.
Zie het scherm links.
>: Persoonlijke functies instellen
119