Voorzichtig!
• De interne accu is niet bestemd voor de mobiele werking. Gebruik voor de mobiele
stroomvoorziening steeds een (of meerdere ) als accessoire verkrijgbare
wisselaccu. Zorg er voord e mobiele werking voor dat de interne accu vol geladen
is om in noodgevallen de onderbrekingsvrije stroomvoorziening te waarborgen.
• Bescherm het therapieapparaat dat zich in de transporttas bevindt tegen direct
zonbestraling en regen, bijv. door een zon- of regenscherm. De transporttas zelf
biedt slechts kortdurend bescherming tegen zonbestraling en regen. Door sterke
zonbestraling kan de omgevingstemperatuur boven de toelaatbare grenzen
stijgen. Dit kan tot gevolg hebben dat de accu's in het apparaat niet meer
kunnen functioneren.
• Tijdens de mobiele werking kunnen er problemen met de trigger ontstaan. Dit
kan ertoe leiden dat u niet optimaal wordt beademd. Laat in dit geval door uw
arts de triggerinstellingen aanpassen of een gecontroleerde beademingsmodus
instellen.
Aanwijzing:
• Houd er bij uw tijdsplanning rekening mee dat bij lage of zeer hoge
buitentemperaturen de acculooptijd duidelijk wordt gereduceerd.
3.1.4 Zuurstofinvoer
Waarschuwing!
• Bij de invoer van zuurstof in de ademstroom is roken en open vuur verboden. Er
bestaat brandgevaar. De zuurstof kan zich in de kleding, het beddengoed of
in de haren vastzetten. Het kan pas door grondig luchten worden verwijderd.
• Let in elk geval op de veiligheidsinstructies in de gebruiksaanwijzing van uw
zuurstofsysteem.
• Een te hoge of te lage zuurstoftoevoer kan toxisch werken en ernstige
complicaties veroorzaken. Daarom adviseren wij de zuurstoftoevoer met een
zuurstofsensor te bewaken. Deze zuurstofsensor kan noch een bloedgasanalyse
noch een directe FiO
• Er bestaat brandgevaar. Sluit aan het einde van de therapie principieel eerst
de zuurstoftoevoer af. Laat het therapieapparaat nog korte tijd in werking
voordat u het uitschakelt. Anders blijft er restzuurstof in het apparaat achter. Dit
zou in geval van storing een brandgevaar kunnen vormen.
• Gebruik voor de zuurstofinvoer uitsluitend de daarvoor bestemde aansluiting
van het therapieapparaat. Voer nooit via de beademingsingang of de T-adapter
34
NL
Veiligheidsinstructies
-meting vervangen.
-2