3.2.4 Inbouw van de luidspreker
Voor de LokSoundXL Decoder zouden de door ESU Electronic Solutions Ulm Gmbh & Co. KG speciaal aangeboden
luidsprekers (1 Watt, 16 tot 32 ohm) gebruikt moeten worden. Deze bieden een harmonisch afgestemd klankbeeld. Het
gebruik van luidsprekers, die voor HO-decoders bestemd zijn kunnen wij niet aanbevelen.
Het is nochtans mogelijk, luidsprekers tussen 8 en 16ohm impedantie en een vermogens van minstens 1 Watt te gebruiken.
Hiervoor moeten alleszins aan de decoder de ruitertjes (jumpers) verstoken worden. Bij gesloten draadverbinding kunnen
luidsprekers met 8-16ohm, bij open draadverbinding (werktoestand) kunnen ESU luidsprekers met 16-32ohm gebruikt
worden. De afbeeldingen
De juiste plaats van inbouw is mede beslissend voor de kwaliteit van de klank; een luidspreker die zonder overeenkomende
klankkast zomaar ergens in de loc bevestigd wordt, kan nooit een mooi klakbeeld leveren. Wees daarom zeer zorgvuldig bij
de keuze van de plaats van inbouw en creatie van een resonante ruimte.
De luidspreker moet binnenin de loc zo geplaatst worden dat het geluid ongehinderd uit de loc kan geraken.
Behandel de luidspreker voorzichtig: oefen geen druk op de membraan uit. De magneet van de luidspreker is zeer krachtig,
hou alle metalen voorwerpen van de luidspreker verwijderd.
De luidspreker wordt aan de beide klemmen 1-8 en 1-9 van de LokSoundXL Decoder aangesloten. Let erop dat u alleen aan
de naast staande gekentekende plaatsen toereikend met een klein bolletje tin (max 20Watt) de
lipjes soldeert. De polariteit is hierbij onbeduidend. Let er wel op dat geen soldeer resten op het
membraan druppelen.
3.2.5 Functieuitgangen
De LokSoundXL Decoder bezit in totaal 8 functieuitgangen, waarvan er - van de fabriek uit - twee voor de lichtfuncties
gebruikt worden. De overige 6 (AUX1 tot AUX6) kunnen door u voor het schakelen van lichteffecten, rookgarnituren,
koppelingen, enzovoort gebruikt worden. U moet deze uitgangen nochtans eerst activeren alvorens zij gebruikt kunnen
worden. Zie hiervoor paragraaf 5.2.3.
De sterkte van de functieuitgangen kan voor elke functieuitgang afzonderlijk in 15 stappen veranderd worden. Elke
functieuitgang kan bovendien met diverse knipperlichteffecten voorzien worden.
3.2.5.1 Aansluiting van lichtfuncties
De aansluiting van de koplampen wordt zoals in Fout! Verwijzingsbron niet gevonden. getoond aan de klem 2 voorzien.
De licht-uitgangen krijgen normaliter de volle, gelijkgerichte railspanning (zodus tussen 14 en 25volt, afhankelijk van de
trafo). U moet daarom gloeilampen in uw locs voorzien die voor deze spanning gemaakt zijn. Bij oudere locs kan het zijn dat
de lampjes vast aan de massa van de behuizing geschakeld zijn (vb. bij Märklin). In dit geval mag u de leidingen van de licht
peertjes aan klem 2-9 niet aansluiten. Daardoor schakelt de lamp eenvoudig tegen de massa van de behuizing. In veel locs
worden lichtdioden of 1,5V lampjes ingezet. Ook deze kunnen met een LokSoundXL Decoder aangedreven worden, alleen
niet zonder voorbereidingen: gebruik voor elke lichtuitgang aan dewelke lichtdioden ofwel 1,5V peertjes gehangen zullen
worden, een voorweerstand van ongeveer 100Ohm/0,5Watt. Deze wordt tussen de functieuitgang en het lampje gesoldeerd.
Daarnaast moet bovendien de helderheid van de betreffende functieuitgang per CV teruggeschroefd worden. Zie hiervoor
5.2.3.
Bij het gebruik van 1,5V lampjes is het niet genoeg alleen de sterkte per CV te reduceren: Door het gebruikte
pulsbreedtemodulatie mechanisme ligt aan de lampen altijd kortstondig de volledige spanning. De lampen moeten tegen
zulke met 19Volt verwisseld worden.
3.2.5.2 Aansluiting van de extra functies
De uitgangen AUX1 tot AUX6 van de LokSoundXL Decoder kunnen voor willekeurige doeleinden gebruikt worden zoals
bijvoorbeeld voor het schakelen van rookgarnituren, schakelen van een binnenverlichting, Zwitserse lichtwissel, enzovoort.
Let er op dat de uitgangen voor het schakelen van Ohmse lasten zoals lampen, rookgarnituren, relais enz. berekend zijn. De
directe aansluiting van een motor is door de optredende inductiepulsen niet aan te bevelen. Gebruik hiervoor een relais.
Elke uitgang kan zowel aan klem 2-9 of aan de massa van de behuizing vastgemaakt worden.
Gebruikshandleiding LokSound / LokSoundXL V3.2
Fig. 8a en b op bladzijde 11 toont men de nauwkeurige plaats van de ruiters.
Om een optimaal geluid te verkrijgen moet de luidspreker
zeker in een klankkast worden ingebouwd. Daardoor wordt de
geluidsdruk verhoogd en in richting gekanaliseerd. Zonder de
inzet van een overeenkomstige klankkast zal het geluid
mogelijkerwijze niet aan uw eisen voldoen. Een passende
klankkast is voor elke luidspreker voorzien. De luidspreker
zou het best in een nauwsluitende klankkast gepast worden.
13