Minimale voordruk
De volgende relatieve minimale voordruk moet beschikbaar zijn
aan de instroomopening van de pomp tijdens bedrijf om cavitatie-
geluid en schade aan de pomplagers te voorkomen.
De waarden in de onderstaande tabel gelden voor
enkelpompen en dubbelpompen in enkel bedrijf.
MAGNA3
75 °C
DN
25-40/60/80/100/100
0,10 / 0,01 0,35 / 0,04
32-40/60/80/100/120
0,10 / 0,01 0,35 / 0,04
32-120 F
0,10 / 0,01 0,50 / 0,05
40-40/60 F
0,10 / 0,01 0,35 / 0,04
40-80/100 F
0,10 / 0,01 0,50 / 0,05
40-120/150/180 F
0,10 / 0,01 0,40 / 0,04
50-40/60/80 F
0,10 / 0,01 0,10 / 0,01
50-100 F
0,10 / 0,01 0,50 / 0,05
50-120 F
0,10 / 0,01 0,40 / 0,04
50-150/180 F
0,20 / 0,02 0,60 / 0,06
65-40/60/80/100 F
0,20 / 0,02 0,60 / 0,06
65-120 F
0,10 / 0,01 0,50 / 0,05
65-150 F
0,40 / 0,04 0,80 / 0,08
80-40/60/80/100/120 F
0,50 / 0,05 0,90 / 0,09
100-40/60/80/100/120 F
0,50 / 0,05 0,90 / 0,09
In het geval van dubbel bedrijf moet de vereiste relatieve voor-
druk worden verhoogd met 0,1 bar / 0,01 MPa vergeleken met de
vermelde waarden voor enkelpompen of dubbelpompen in enkel
bedrijf.
De relatieve minimale voordrukken gelden voor pompen die lager
dan 300 meter boven zeeniveau staan opgesteld. Voor hoogtes
van meer dan 300 meter moet de vereiste relatieve voordruk wor-
den verhoogd met 0,01 bar / 0,001 MPa per 100 meter hoogte.
De MAGNA3 pomp is alleen goedgekeurd voor een hoogte van
2000 meter boven zeeniveau.
Geluidsbelasting
De geluidsbelasting van de pomp is lager dan 43 dB(A).
Lekstroom
Het netfilter veroorzaakt tijdens bedrijf een lekstroom naar de
aarde. De lekstroom is minder dan 3,5 mA.
Verbruik wanneer de pomp is uitgeschakeld
4 tot 10 W, afhankelijk van activiteit, zoals uitlezen van het dis-
play, gebruiken van Grundfos GO, uitvoeren van interactie met
modules enz.
4 W als de pomp is uitgeschakeld en er geen activiteit is.
Ingangs- en uitgangscommunicatie
Extern potentiaalvrij contact.
Twee digitale
Contactbelasting: 5 V, 10 mA.
ingangen
Afgeschermde kabel.
Circuitweerstand: Maximaal 130 Ω.
4-20 mA, belasting: 150 Ω.
Analoge ingang
0-10 VDC, belasting: Meer dan 10 kΩ.
Intern potentiaalvrij wisselcontact.
Maximale belasting: 250 V, 2 A, AC1.
Twee relaisuitgan-
Minimale belasting: 5 VDC, 20 mA.
gen
Afgeschermde kabel, afhankelijk van sig-
naalniveau.
Maximale belasting: 22 mA
24 VDC voeding
Capacitieve belasting: Minder dan 470 μF
54
Vloeistoftemperatuur
95 °C
110 °C
Voordruk
[bar] / [MPa]
1,0 / 0,10
1,0 / 0,10
1,1 / 0,11
1,0 / 0,10
1,1 / 0,11
1,0 / 0,10
0,7 / 0,07
1,1 / 0,11
1,0 / 0,10
1,2 / 0,12
1,2 / 0,12
1,1 / 0,11
1,2 / 0,12
1,5 / 0,15
1,5 / 0,15
Vermogensfactor
Uitvoeringen met klemaansluitingen hebben een ingebouwde
actieve PFC (vermogensfactor) die een cos φ geeft van 0,98 tot
0,99.
De uitvoeringen met plugaansluiting hebben ingebouwde pas-
sieve PFC, met spoel en weerstanden, hetgeen waarborgt dat de
stroom die aan het net wordt onttrokken in fase is met de span-
ning. De stroom is bij benadering sinusoïdaal, hetgeen resulteert
in een cos φ van 0,55 tot 0,98.
12.1 Specificaties van de sensor
12.1.1 Temperatuur
Temperatuurbereik tijdens bedrijf
-10 tot +35 °C
+35 tot +90 °C
+90 tot +110 °C
13. Het product afvoeren
Dit product is ontworpen met de afvoer en hergebruik van materi-
alen in gedachten. De volgende gemiddelde afvoerwaarden gel-
den voor alle uitvoeringen van de pompen:
•
85 % recycling
•
10 % verbranding
•
5 % stort.
Voer dit product of delen ervan af op een milieuverantwoorde
wijze in overeenstemming met de lokale regelgeving.
Zie de informatie over einde levensduur op www.grundfos.com
voor meer informatie.
Nauwkeurigheid
± 4 °C
± 2 °C
± 4 °C
Wijzigingen voorbehouden.