Opgave van een sensoringang, indien een g lo b aal s tralingssensor wordt gebruikt.
GBS
Overschrijdt de ingestelde stralingsdrempel (STW), wordt de voorrangtimer
gestart. Zonder stralingssensor geschiedt de start met inachtneming van de
collectortemperatuur. (standaard = --)
Instelbereik:
St ralings w aarde (stralingsdrempel) in W/m
STW
wordt. Zonder stralingssensor berekent de computer uit deze waarde een
benodigde temperatuurverhoging ten opzichte van de langdurig gemiddelde
waarde, welke de spoeling start. (standaard = 150W/m
Instelbereik:
Uitgangen, waarmee gespoeld dient te worden. Is aan de uitgang een
ASP
stuuruitgang toegewezen, dan wordt aanvullend de analoge trap voor volledig
toerental op de stuuruitgang uitgegeven. (standaard = ASP 1)
Instelbereik:
Wachttijd in laagste prioriteit. Dit is de tijd, waarbinnen de collector de benodigde
WTZ
temperatuur voor het voorrangsbedrijf dient te bereiken. Wordt de wachttijd op 0
gesteld, is de voorrangtimer gedeactiveerd. (standaard = 5 min)
Instelbereik:
Looptijd pomp in lagere prioriteit. Indien de solarstraling voor het omschakelen
PLZ
naar de voorrang niet volstaat, wordt voor deze tijd de lagere prioriteit toegestaan.
Wordt de pomplooptijd PLZ op 0 ingesteld, wordt de lagere prioriteit pas na
het bereiken van de maximale waarde van de hoogste prioriteit toegestaan (=
absolute voorrang).
(standaard = 20 min)
Instelbereik:
S1 tot S6
Ingang van de stralingssensor
E1 tot E9
Waarde van een externe sensor
GBS --
Geen stralingssensor
2
0 tot 990W/m
in stappen van 10W/m
combinaties van alle uitgangen (bv. ASP 1, ASP 23, ASP 123)
0 tot 99 minuten in stappen van 1 min
0 tot 99 minuten in stappen van 1 min
2
, waar vanaf een spoeling toegestaan
2
)
2
91