Inhoudsopgave
Advertenties
Collectorvorstbeveiliging FROST
Deze functie is fabrieksmatig gedeactiveerd en alleen voor solarsystemen noodzakelijk,
welke zonder glycol worden gebruikt: In zuidelijke gebieden kan de energie uit de solarbuffer
de weinige uren onder de collector-minimumtemperatuur overbruggen. De instellingen
volgens het voorbeeld realiseren bij het onderschrijden van de waarde min van 2°C op de
collectorsensor een vrijgave van de solarpomp en boven de waarde min van 4°C wordt
deze weer geblokkeerd.
AAN / UIT
Inschakelwaarde
ON / OFF Vorstbescherming AAN /UIT (standaard 1= standaard 2= OFF)
Instelling van de collectorsensor (S1 tot S6), welke bewaakt dient te worden.
KOLL
(standaard 1 = S1, standaard 2 = S2)
Instelbereik:
Instelling van de uitgangen, welke bij onderschrijden van de inschakelwaarde
AG
dienen te worden geactiveerd. Is aan de uitgang een stuuruitgang toegewezen,
dan wordt aanvullend de analoge trap voor volledig toerental op de stuuruitgang
uitgegeven. (standaard = AG 1, standaard = AG 2)
Instelbereik:
min Temperatuurwaarde, waar vanaf de ingestelde uitgangen ingeschakeld dienen te
worden (standaard 1 = standaard 2 = 2°C)
Instelbereik:
min
Temperatuurwaarde, waar vanaf de ingestelde uitgangen weer uitgeschakeld
dienen te worden (standaard 1 = standaard 2 = 4°C)
Instelbereik:
BELANGRIJK:
De vorstbeveiligingsfunctie is tweemaal beschikbaar en onderscheid zich door de index (1 of
2) aan de rechter displayzijde.
Bij geactiveerde Drain-Back-functie wordt de vorstbeschermingsfunctie geblokkeerd
(uitgezonderd programma 4).
Collectorsensor
Uitschakelwaarde
S1 tot S6
combinaties van alle uitgangen (bv. AG 1, AG 23, AG 123)
-30°C tot 119°C in stappen van 1°C
-29°C tot 120°C in stappen van 1°C
Is de vorstbeveiliging geactiveerd en op de ingestelde collectorsensor
treedt een fout op (kortsluiting, onderbreking), dan wordt de ingestelde
uitgang ieder heel uur gedurende 2 minuten ingeschakeld.
Nummer van de functie
Betreffende uitgang
85
Advertenties
Inhoudsopgave
