Als het voertuig stopt tijdens het resetproces wordt het resetproces
onderbroken en zodra het voertuig weer gaat rijden weer hervat.
Voor BMW 3 serie (E90/E91/E92/E93):
Start de motor maar begin NIET te rijden.
Gebruik de knop voor de menubediening op de hendel van de richtingaanwijzer
om omhoog of omlaag te bewegen tot het menu-onderdeel "RESETTEN"
verschijnt.
Druk op de knop Select (selecteren) aan het uiteinde van de hendel van de
richtingaanwijzer, om uw keuze van de resetoptie van de leegloopindicator te
bevestigen.
Houd de knop ongeveer 5 seconden ingedrukt tot het symbool "RESETTEN?"
wordt weergegeven.
Wegrijden. Het resetten wordt beëindigd zonder de bestuurder te waarschuwen
dat dit proces succesvol is verlopen. Als het resetproces niet correct is
uitgevoerd en het RPA-waarschuwingslampje rood brandt, moet het resetproces
opnieuw worden uitgevoerd.
Als het voertuig stopt tijdens het resetproces wordt het resetproces
onderbroken en zodra het voertuig weer gaat rijden weer hervat.
Voor BMW X3 (E53), BMW X5 (E83):
Start de motor maar begin NIET te rijden.
Houd de knop (zie schema hieronder) ongeveer 5 seconden ingedrukt of tot het
RPA-waarschuwingslampje geel brandt.
FastCheck
131