Gebruik
Het uitlijnen van de lichtbundel op de
NL
bovenste hoektand is cruciaal voor de
beeldkwaliteit.
Controleer of de patiënt de ogen heeft geslo-
❯
ten.
Corrigeer de hoogte van het apparaat indien
❯
nodig opnieuw.
De lichtvizieren moeten op het touchscreen
❯
met
worden geactiveerd.
Lijn het hoofd van de patiënt met behulp van
❯
de lichtbundel uit conform horizontale Frank-
furt-doorsnede.
UItzondering: sinusopname. De patiënt over-
strekt de halswervelkolom ca. 10° tot 15° naar
achteren.
Laserhoogte aan de onderrand van de ogen.
Voor een sinusopname:
❯
De patiënt overstrekt de halswervelkolom ca.
10° tot 15°.
34
Controleer de midsagittale lichtbundel en corri-
❯
geer dit indien nodig.
De patiënt glimlacht, zodat de hoektand van de
❯
bovenkaak zichtbaar is.
Richt de lichtbundel 'bovenste hoektand' zo
nauwkeurig mogelijk op het midden van de
hoektand in de bovenkaak.
2207100016L14 2003V016