●
Effecten van lensafwijkingscorrectie variëren al naargelang de
lens en opnameomstandigheden. Bij sommige lenzen en onder
bepaalde opnameomstandigheden kunnen de effecten minder
merkbaar zijn.
●
Als de effecten van de correctie niet goed te zien zijn, vergroot
u de afbeelding en controleert u deze opnieuw.
●
De resultaten van opnamen zonder het registreren van
correctiegegevens voor de lens op de camera zijn hetzelfde als
opnamen waarbij [Helderheid randen] en [Chromatische afw.]
zijn ingesteld op [Uitsch.].
Het ruisreductieniveau wijzigen
U kunt uit 3 niveaus van ruisreductie kiezen: [Standaard], [Sterk], [Zwak].
Deze functie is met name effectief bij het maken van opnamen met hoge
ISO-snelheden.
●
Druk op de knop [
ISO-ruisreductie] op het tabblad [
en kies de gewenste optie (= 33).
Ruisonderdrukking bij meerdere opnamen
Combineer automatisch vier vastgelegde beelden tegelijkertijd voor
ruisreductie met de optie [Sterk] in [Hoge ISO-ruisreductie].
1
Selecteer [
●
Voer de stappen bij "Het ruisreductieniveau
wijzigen" (= 86) uit om [
selecteren.
Foto's
Films
], kies [Hoge
6]
].
] te
2
Maak de opname.
●
Houd de camera stil terwijl u een opname
maakt. De camera neemt vier opnamen
en combineert deze wanneer u de
ontspanknop volledig indrukt.
●
Er kunnen onverwachte resultaten optreden wanneer beelden
behoorlijk verkeerd zijn uitgelijnd (bijvoorbeeld door cameratrilling).
Plaats de camera indien mogelijk op een statief of neem andere
maatregelen om de camera stil te houden.
●
Als u een bewegend onderwerp fotografeert, kan de beweging
van het onderwerp nabeelden achterlaten en kan het gebied om
het onderwerp heen donker worden.
●
Afhankelijk van de opnameomstandigheden kan er mogelijk ruis
aan de randen van het beeld ontstaan.
●
Niet beschikbaar bij AEB of [Ruisred. lange sluitertijd], wanneer
u RAW-beelden maakt of wanneer u bulbbelichting gebruikt.
Het instellen van deze functies voorkomt dat u [Ruisond. bij
meerd. opn.] kunt gebruiken.
●
Flitsopname is niet mogelijk.
●
Het opslaan van de opname op de kaart duurt langer dan bij
normale opnamen. U kunt pas weer andere opnamen maken
als het proces is voltooid.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/
Modus Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M-, C1- en C2-modus
Afspeelmodus
Draadloze functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
86