Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Canon EOS M6 Gebruikershandleiding pagina 185

Inhoudsopgave

Advertenties

Opnamen maken
Er kunnen geen opnamen worden gemaakt.
De camera kan geen opnamen maken tenzij de onderwerpen zijn scherpgesteld.
Wacht terwijl u de ontspanknop half indrukt tot het kader groen wordt en geef de
camera de tijd om scherp te stellen voordat u probeert een opname te maken.
Druk in de afspeelmodus (= 100) de ontspanknop half in (= 30).
Vreemde weergave op het scherm bij weinig licht (= 32).
Vreemde weergave op het scherm bij opnamen.
Houd er rekening mee dat de volgende weergaveproblemen niet op foto's
worden vastgelegd, maar wel in films worden opgenomen.
-
Als u opnamen maakt bij TL- of LED-verlichting kan het scherm flikkeren 
en kan een horizontale band verschijnen.
[ ] knippert op het scherm wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt
en opnemen is niet mogelijk (= 40).
[ ] verschijnt wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt (= 40).
Opnamen maken met beeldstabilisatie (= 84)
Klap de flitser uit en stel de flitsmodus in op [ ] (= 81).
Verhoog de ISO-snelheid (= 69).
Plaats de camera op een statief of neem andere maatregelen om de camera
stil te houden. Schakel in dit geval ook beeldstabilisatie uit (= 84).
De opnamen zijn niet scherp.
Opnamen maken met automatisch scherpstellen (AF).
Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen op het onderwerp en druk
de knop daarna volledig in om een opname te maken (= 30).
Scherpstellen is niet mogelijk als u dichter bij het onderwerp staat dan de
minimale scherpstelafstand van de lens. Controleer de lens voor de minimale
scherpstelafstand. De minimale scherpstelafstand van de lens wordt gemeten
vanaf de markering [
] (scherpstelvlak) boven op de camera tot het
onderwerp.
Stel [AF-hulplicht (LED)] in op [Insch.] (= 50).
Controleer of u alle functies hebt uitgeschakeld die u niet wilt gebruiken, zoals
handmatig scherpstellen.
Probeer op te nemen met de scherpstelvergrendeling of AF-vergrendeling
(= 76, = 78).
Opnamen zijn wazig.
Afhankelijk van de omstandigheden tijdens de opname kan vervaging van
beelden optreden wanneer Touch Shutter wordt gebruikt. Houd de camera
stil tijdens de opname.
AF-kaders zijn oranje en onderwerpen blijven onscherp wanneer ik de
ontspanknop half indruk,
Probeer de delen met hoog contrast van onderwerpen te centreren voordat u de
ontspanknop half indrukt. Of probeer de ontspanknop meerdere malen half in te
drukken. Deze handelingen kunnen helpen bij het scherpstellen van de camera.
Dit wordt aangegeven met een groen AF-kader.
De onderwerpen in de opnamen zijn te donker.
Klap de flitser uit en stel de flitsmodus in op [ ] (= 81).
Pas de helderheid aan met behulp van belichtingscompensatie (= 67).
Pas de helderheid aan met behulp van automatische helderheidsoptimalisatie
(= 70).
Gebruik AE-vergrendeling of deelmeting (= 68).
De onderwerpen zijn te helder, de highlights zijn vervaagd.
Klap de flitser in en stel de flitsmodus in op [
Pas de helderheid aan met behulp van belichtingscompensatie (= 67).
Gebruik AE-vergrendeling of deelmeting (= 68).
Verminder de belichting van het onderwerp.
De opnamen zijn te donker, ondanks dat er is geflitst (= 40).
Maak de opname binnen het bereik van de flits (= 212).
Pas de helderheid aan met behulp van flitsbelichtingscompensatie of door 
het flitssterkteniveau te wijzigen (= 82, = 91).
Verhoog de ISO-snelheid (= 69).
De onderwerpen in geflitste foto's zijn te helder, de highlights zijn vervaagd.
Maak de opname binnen het bereik van de flits (= 212).
Klap de flitser in en stel de flitsmodus in op [
Pas de helderheid aan met behulp van flitsbelichtingscompensatie of door het 
flitssterkteniveau te wijzigen (= 82, = 91).
Er verschijnen witte stipjes op flitsopnames.
Dit komt doordat het licht van de flitser wordt weerspiegeld door stof- of andere 
deeltjes in de lucht.
Opnamen zien er korrelig uit.
Verlaag de ISO-snelheid (= 69).
Hoge ISO-snelheden kunnen in sommige opnamestanden leiden tot korrelige
beelden (= 54).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
] (= 37).
Index
] (= 37).
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/
Modus Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M-, C1- en C2-modus
Afspeelmodus
Draadloze functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
185

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave