Bediening
1 Draag de TX-frequentie- en modusinformatie over tijdens
een split bewerkingen vanaf het TX-/RX-eind naar het
sub-ontvanger eind.
•
Door op [SPLIT] op het TX-/RX-einde te drukken
om naar de splitmodus over te schakelen, worden
de TX-frequentie- en modusinformatie overgebracht
naar de VFO van de subontvanger en activeert de te
ontvangen TX-frequentie door de sub-ontvanger.
Vervolgens, wanneer er een verandering is in de
TX-frequentie aan de TX-/RX-einde, wordt de nieuwe
TX-frequentie- en modusinformatie automatisch
overgedragen en wordt de Rxfrequentie op de sub-
ontvanger dienovereenkomstig aangepast.
2 Wijzig de RX-frequentie die wordt overgedragen van het
TX-/RX-eind bij het sub-ontvanger einde.
•
De frequentie die wordt overgedragen naar het eind
van de sub-ontvanger kan onafhankelijk worden
aangepast zonder de waarde van het TX-/RX-eind te
beïnvloeden.
•
Als u de status wilt herstellen waarbij de frequentie
overeenkomt met de TX-frequentie aan het TX-/RX-
einde, drukt u op [SPLIT] aan het TX-/RX-eind om de
splitfunctie opnieuw te activeren.
3 Verzend de frequentie die gedetecteerd is het de sub-
ontvanger eind naar de TX-frequentie bij het TX-/RX-
eind.
•
Door op [Q-M.IN] aan de kant van de sub-ontvanger
te drukken, wordt de huidigefrequentie- en modus-
informatie overgedragen aan de TX VFO op het TX-/
RX-eind.
Opmerkingen:
◆
Bij verzending vanaf het TX-/RX-eind schakelt de subontvanger
zich naar de standby-modus.
◆
De zendontvanger aan het einde van de sub-ontvanger wordt
vanuit de overdracht geremd.
◆
Wanneer XIT aan het TX-/RX-eind op AAN staat, wordt de XIT-
frequentie toegevoegd aan de te verzenden frequentie.
◆
Wanneer RIT aan de sub-ontvanger eind AAN is, wordt
de RIT-frequentie toegevoegd aan de over te dragen
frequentie."
◆
Frequentie-informatie kan niet van de sub-ontvanger worden
ontvangen als het TX-/RX-eind niet is geconfigureerd naar de
split modus.
DEMPEN VAN DE SUB-ONTVANGER
De RX-audio op de sub-ontvanger kan worden gedempt met
het TX-/RX-eind.
1 Wijs "210" (MUTE (SUB RECEIVER)) toe aan een [PF]-
toets aan het TX-/RX-eind.
2 Druk op [PF] (MUTE (SUB RECEIVER)).
•
De RX-audio aan het einde van de sub-ontvanger
wordt gedempt.
•
Door opnieuw op de [PF] (MUTE (SUB RECEIVER))
toets te drukken, wordt het RX-audio niet meer
gedempt.
HANDIGHEDEN VOOR DE OPERATOR 12
GESPLITSTE VERZENDING B
Deze functie ondersteunt de "split overdracht" functie op
modellen voor de TS-590SG. Hiermee kunnen bestaande
gebruikers van de "split overdracht" functie doorgaan met
het gebruik ervan nadat ze de TS-590SG hebben gewijzigd.
Volg de onderstaande stappen voor de bediening van
deze zendontvanger. Als u het gebruik van een andere
zendontvanger dan deze zendontvanger wilt combineren,
raadpleegt u de handleiding van het model dat u wilt
gebruiken.
De TS-890S gebruiken aan het einde van de
Subontvanger (Master)
1 Zet Split Overdracht B AAN.
•
Selecteer "B" in menunummer 64.
2 Stem af op de frequentie van de andere partij om te
communiceren met de VFO modus.
•
Gebruik de Afstem regelaar om af te stemmen op
de frequentie van de andere partij om communicatie
mogelijk te maken.
3 Verzend de frequentie-informatie over naar het TX-/RX-
eind.
•
Door op [Q-M.IN] drukken, slaat u de frequentie- en
modus-informatie op kanaal 0 van het snel geheugen
op en draagt u deze over naar snel geheugenkanaal
0 of VFO van het TX-/RX-eind.
De TS-590SG gebruiken bij het TX-/RX-eind (Slave)
1 Zet Split Overdracht B AAN.
•
Selecteer "B" in menunummer 64.
2 Configureer of de door de sub-ontvanger overgedragen
frequentie- en modus-informatie moet worden ontvangen
door het snel geheugenkanaal of VFO.
•
Selecteer "on" (VFO) of "oFF" (QUICK MEMO
channel 0) in menunummer 65.
3 Ontvang frequentie-informatie van de subontvanger.
•
Bij ontvangst van frequentie- en modus-informatie
die wordt overgedragen van de sub-ontvanger, wordt
kanaal 0 van het snel geheugen of VFO bijgewerkt
volgens de instelling in stap 2.
Opmerkingen:
◆
Configureer de 2 zendontvanger die met elkaar zijn verbonden
op dezelfde baudsnelheid van de COMconnector.
◆
Om storingen te voorkomen, herstart u beide zendontvanger na
het configureren van de instellingen.
◆
Wanneer u deze zendontvanger als een sub-ontvanger gebruikt,
configureer dan menunummer 66 (TX INHIBIT) tot "on" om
foutieve verzending te voorkomen.
N-61