Opmerkingen:
◆
TF-SET is tijdens het zenden uitgeschakeld.
◆
U kunt de zendfrequentie zelfs wijzigen wanneer de functie
Frequentievergrendeling is ingeschakeld.
◆
Er wordt geen RIT-offsetfrequentie toegevoegd. Er wordt echter
wel een XIT-offsetfrequentie toegevoegd aan de zendfrequentie
tijdens de TF-SET.
◆
De TF-SET-functie werkt niet in Simplex-modus. Wanneer de XIT-
functie echter ingeschakeld is en de RIT-functie uitgeschakeld,
zal de TF-SET-functie in de Simplex-modus werken. In deze
situatie kunt u de XIT-frequentie instellen tijdens de TF-SET-
werking door aan de afstemregelknop te draaien of door op de
toetsen MIC [UP] / MIC [DOWN] te drukken.
VERSCHUIFBARE RX-FREQUENTIE GEDURENDE
SPLIT-UITZENDING
In de fabrieksinstelling verandert de uitzendfrequentie bij
het draaien aan de afstemregelknop tijdens split-uitzending.
Door de procedures hieronder op te volgen kunt u de
ontvangstfrequentie veranderen bij het draaien aan de
afstemregelknop tijdens split-uitzending.
1 Druk op [MENU] en vervolgens op [Q-M.IN]/ [Q-MR] of
draai aan de MULTI/CH-regelknop om menunummer 20
te selecteren.
2 Druk op [M.IN]/ [SCAN (SG.SEL)] om "aan" te
selecteren.
3 Druk op [MENU] om de menumodus te verlaten.
•
Wanneer u de zendontvanger inschakelt terwijl deze
functie ingeschakeld is, knippert het decimaal teken
aan het uiterst rechtse cijfer van de hoofddisplay
gedurende ongeveer 2 seconden nadat de
inschakelmelding verschenen is.
BEDIENING FM-REPEATER
De meeste stem-repeaters van amateurradio's gebruiken
een afzonderlijke ontvangst- en zendfrequentie.
De zendfrequentie kan hoger of lager zijn dan de
ontvangstfrequentie. Voor sommige repeaters moet de
zendontvanger daarnaast een subtoon uitzenden voordat de
repeater kan worden gebruikt.
Vergeleken met simplex (eenvoudige) communicatie, kunt
u met behulp van een repeater zenden over veel grotere
afstanden. Repeaters worden doorgaans geplaatst
op bergtoppen of andere hooggelegen locaties. Ze
functioneren vaak op een grotere ERP (Effective Radiated
Power) dan een standaardstation. De combinatie van een
hooggelegen locatie en een grotere ERP zorgt ervoor dat
communicatie mogelijk is over aanzienlijke afstanden.
HF/ 6 m band-repeaters werken meestal in de 29 MHz
FM sub-band en 51-54 MHz band. Deze speciale service
combineert de voordelen van het werken met FM, goede
ruisbetrouwbaarheid en interferentie-immuniteit met
de kwaliteit van HF DX (lang afstand)-communicaties.
Zelfs op een rustige dag is 10 m FM betrouwbaar in
stadscommunicaties met de mogelijkheid van plotselinge
landelijke of wereldwijde langeafstandcommunicatie.
Opmerkingen:
◆
Zorg ervoor dat u bij het programmeren van 2 afzonderlijke
frequenties met 2 VFO's de FM-modus selecteert op beide
VFO's.
◆
Wanneer bij gebruik van een repeater een te grote afwijking
ontstaat door te luid spreken in de microfoon, kan hierdoor uw
signaal worden afgebroken in de repeater.
UITGEBREIDE COMMUNICATIE 6
29,520 MHz
88,5 Hz
29,620 MHz
1 Druk op [A/B (A=B)] om VFO A of VFO B te selecteren.
•
"
" of "
" verschijnt en geeft aan welke VFO is
geselecteerd.
2 Draai de afstemknop of de MULTI/CH-regelknop om de
ontvangstfrequentie te selecteren.
3 Druk op [FM/AM (FM-N)] om de FM-modus te
selecteren.
4 Druk op [A/B (A=B)] en houd deze toets ingedrukt
om de frequenties en andere data te kopiëren naar de
andere VFO.
5 Draai de afstemknop of de MULTI/CH-regelknop om de
zendfrequentie te selecteren.
6 Druk op [AGC/T (SEL)] om de Toonfunctie in te
schakelen als u een subtoon nodig hebt voor de
repeater.
•
" " verschijnt.
•
Raadpleeg "Een toonfrequentie selecteren" voor
meer informatie over de subtoon {pagina 26}.
•
Druk tweemaal op
[AGC/T (SEL)]
Subtoonfunctie te verlaten.
7 Druk op [SPLIT].
•
"
" verschijnt.
8 Druk op [A/B (A=B)] om terug te keren naar de
oorspronkelijke ontvangstfrequentie.
9 Druk op Mic [PTT] om te zenden.
•
De VFO wijzigt naar de andere VFO voor zenden.
•
Bij iedere druk op [A/B (A=B)] worden de ontvangst-
en zendfrequenties gewisseld.
10 Druk op [SPLIT] om de split-frequentiefunctie te
verlaten.
•
"
" verdwijnt.
De data die u selecteert in de stappen 1 tot 8 kunnen in
het geheugen worden opgeslagen. Raadpleeg "Split-
frequentiekanalen" {pagina 43}.
29,620 MHz
29,520 MHz
88,5 Hz
om de
N-25