• Temperatuur: gebruik enveloppen die bestand zijn tegen de warmte en de druk
van het apparaat.
• Formaat: gebruik alleen enveloppen waarvan het formaat tussen de volgende
waarden ligt:
Handinvoer
NB
• Gebruik alleen de handinvoer om enveloppen te bedrukken.
• Mogelijk zal het papier vastlopen als u media met een lengte van minder dan 140 mm
gebruikt. Dit kan worden veroorzaakt door papier dat beschadigd is geraakt als gevolg
van de omgeving waarin het is bewaard. Om een optimaal resultaat te garanderen,
dient u het papier op de juiste wijze te bewaren en te behandelen. Zie "Omgeving voor
opslaan van papier" op pagina E.9.
Enveloppen met dubbelzijdige naden.
Enveloppen met dubbelzijdige naden hebben verticale in plaats van diagonale naden
aan beide uiteinden van de envelop. Deze enveloppen kunnen sneller kreuken. Kies
alleen enveloppen waarvan de naad reikt tot de hoek van de envelop, zoals hieronder
afgebeeld.
Goed
Fout
Enveloppen met plakstroken of zelfklevende kleppen
Enveloppen met een kleefstrip of met meer dan één sluitingsflap moeten van
kleefmiddelen zijn voorzien die bestand zijn tegen de warmte en de druk in het
apparaat. De extra flappen en kleefstrippen kunnen vouwen, kreukels of zelfs
papierstoringen veroorzaken, en kunnen de fuser bovendien beschadigen.
E.10
Specificaties
Minimaal
76 x 127 mm
(3 x 5 in.)
Maximaal
216 x 356 mm
(8,5 x 14 in.)