Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

OERTLI DomoCommand DC 214 Gebruiksaanwijzing pagina 24

Cascade-regeling in functie van de externe omstandigheden voor modulerende condensatieketels
Inhoudsopgave

Advertenties

Instellingen die de installateur moet uitvoeren
Speciale functies
Aanpassing van de karakteristieke
122
stookcurven
De karakteristieke stookcurve moet niet ingesteld wor-
den.
Automatische aanpassing van de karakteristieke
stookcurve.
De aanpassing integreert de verwarmingssituaties en
past regelmatig de regeling aan de verwarmingskring
aan.
Met deze instelling kan de automatische aanpassing
van de karakteristieke stookcurve aan- of uitgescha-
keld worden.
0 Automatische aanpassing niet actief
De karakteristieke stookcurve blijft de instellingen
volgen.
1 Automatische aanpassing actief
De karakteristieke stookcurve wordt automatisch
permanent aangepast in automatische werkingsmo-
dus.
Voorwaarde is wel dat een ruimteregelaar DC 70/DC
50 is aangesloten.
Continue weergave
123
Verschillende permanente weergaven kunnen worden
geselecteerd.
Met deze instelling wordt de weergave gewijzigd in het
kader van het courant gebruik van het toestel:
0 dag/uur
1 Reële waarde van de vertrektemperatuur in cascade
Tijdens de selectie van de regels met het oog op instel-
lingen, zal de weergave wijzigen en zullen de vereiste
relevante waarden worden weergegeven.
Invoer van de warmtevraag (H1)
125
Omschakeling van de werkingsmodus via telefoon
(b.v. voor een buitenverblijf).
Minimale temperatuursvraag
De warmteproducent blokkeren
Warmtevraag
Uitwerking: Met deze instelling kan de functie van de
aansluitklem voor warmtevraag gewijzigd worden. De
geselecteerde functie wordt geactiveerd door sluiting
van het potentiaalvrij contact of door transmissie van
een analoog signaal van 0...10 V.
24
0 Omschakeling van de werkingsmodus (telefoonscha-
kelaar op afstand) voor de verwarmingskring en het
sanitair warmwater. De werkingsmodus wordt
geschakeld door sluiting van het contact.
1 De omschakeling van de werkingsmodus (telefoon-
schakelaar op afstand) wordt enkel voor de verwar-
mingskring uitgevoerd. De sanitair warmwaterpro-
ductie blijft ontgrendeld. De werkingsmodus wordt
geschakeld door sluiting van het contact.
2 Contact H1 van de minimale instelwaarde van de
vertrektemperatuur. Het "contact H1 van de minimale
instelwaarde van de vertrektemperatuur" dat gepro-
grammeerd is op commandoregel 131 wordt actief
door sluiting van het contact. Met strengere eisen van
de regelaar of de BUS wordt echter rekening gehou-
den.
3 De warmtegeneratoren worden geblokkeerd. De
warmtegeneratoren worden geblokkeerd door sluiting
van het contact. Een rechtstreeks op de ketel aange-
sloten boiler kan echter een lading veroorzaken.
4 Warmtevraag. De warmtegeneratoren ontvangen
een spanningssignaal van 0...10 V als warmtevraag
(overeenstemmend met 0...100°C).
Door gebruik te maken van de klem H1 als contact
(instellingen 0-3), kunnen meerdere derde regelaars
parallel worden aangesloten. Door sluiting van één of
meerdere contacten, wordt de functie geactiveerd in
functie van de geselecteerde instelling. Door gebruik
te maken van de klem als spanningsingang (instelling
4), is de parallelle aansluiting van meerdere derde
regelaars onmogelijk! Indien via het contact H1 tezelf-
dertijd een warmtevraag (instellingen 2+4) en een bij-
komende warmtevraag worden geregistreerd (BUS,
sanitair warmwater of intern aan de regelaar), wordt
automatisch de belangrijkste van de twee geselec-
teerd. Voor de verwarmingskringen met pompen zon-
der ruimtevoeler, kan dit tot oververhitting van de ruim-
ten leiden.
Opgelet: de relaiscontacten moeten bij zeer lage span-
ningen kunnen werken.
Voor de instellingen 0/1 (instelling op regel 147), vindt
de omschakeling ter hoogte van het hele systeem of
van het segment plaats.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave