Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Instellingen Die De Installateur Moet Uitvoeren - De Regelaar Instellen - OERTLI DomoCommand DC 214 Gebruiksaanwijzing

Cascade-regeling in functie van de externe omstandigheden voor modulerende condensatieketels
Inhoudsopgave

Advertenties

Instellingen die de installateur moet uitvoeren
De regelaar instellen
Parameters die de installateur moet
instellen
De parameters op de regelaar worden ingesteld via
programmering regel per regel.
Aan elke parameter wordt een regel toegewezen.
Onderverdeling van de parameters
De parameters van de regelaar die kunnen worden
ingesteld, worden in vier grote groepen ingedeeld:
Lijst van de parameters voor de gebrui-
ker
Het niveau van de gebruikers van de installatie omvat
de parameters die nodig zijn om de regelaar aan de
behoeften van de gebruiker aan te passen.
Deze parameters moeten door de installateur bij de
eerste indienststelling in functie van de behoeften van
de gebruiker geprogrammeerd worden.
Niveau 1 voor de specialisten – De rege-
laar instellen
De hier vermelde parameters dienen om de regelaar
aan de c.v.-installatie aan te passen. Deze parameters
moeten bij de indienststelling worden gecontroleerd en
worden gewijzigd indien nodig.
Niveau 2 voor de specialisten - Speciale
functies
Dit niveau omvat de speciale parameters die dikwijls
enkel gewijzigd moeten worden voor speciale types
installaties.
Niveau 3 voor de specialisten -
Informatieverschaffing in het kader van
foutverhelping
Dit niveau omvat alle parameters die opgevraagd wor-
den in het kader van ontstoringswerkzaamheden en
die echter niet geprogrammeerd kunnen worden.
De controlestappen instellen
Druk gedurende 3 seconden op de toets voor regel-
selectie
3
.
U krijgt dan onmiddellijk toegang tot de programmeer-
modus bestemd voor de installateur.
Selecteer de corresponderende programmaregel
met behulp van de toetsen voor regelselectie
.
Voer de gewenste waarde in met behulp van de
regeltoetsen
2
De instelling wordt in het geheugen opgeslagen van
zodra de programmeermodus verlaten wordt of een
andere regel geselecteerd wordt.
Druk op één van de toetsen werkingsmodus
de programmeermodus te verlaten.
Indien geen enkele toets wordt ingedrukt gedurende
een periode van ongeveer 8 minuten, keert de rege-
laar automatisch terug naar de laatst geselecteerde
werkingsmodus.
.
5
om
13

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave