Schakelaar aan de console op stand 2 "olie"
Storingsafschakeling bij III van de programma-aanwijzer
Servomotor loopt 8 sec. (Tw) na het sluiten van de regelaar open
Eindschakelaar I in servomotor wordt in stand vollast ingedrukt, de
brandermotor loopt aan
– spanning aan klem 3, X4
(terugmelding door servomotor Y6 in stand vollast)
Storingsafschakeling bij "P" of tijdens de voorspoeling
(24 sec. na de start)
Storingsafschakeling bij de aanduiding bij
Servomotor wordt na de voorspoeling opnieuw naar de deellast-
stand gestuurd. Schakelaar IV wordt ingedrukt
Ontsteking schakelt in na de voorspoeling
– de ontstekingsvonk is hoorbaar
Magneetventiel opent bij
De vlam wordt gevormd,
de ionisatiestroom is na het uitschakelen van de ontsteking vol-
doende groot en meetbaar (> 200 µA)
Ontsteking schakelt uit, brander loopt naar "bedrijf deellast"
– programma-aanwijzer op "2", daarna
De servomotor wordt in vollast op de 2de trap gezet. Naargelang
de vermogenopvraging door de regelaar F4 blijft hij in vollast of
loopt naar deellast.
Brander "bedrijf"
– porgramma-aanwijzer bij
Neen
Ja
Ja
Neen
Neen
Ja
Neen
Ja
Ja
Neen
Ja
Neen
Neen
Ja
Neen
Ja
Neen
Ja
Neen
Ja
Neen
Ja
Schakelaar aan de console op 0
– brander is afgeschakeld
Er is reeds ionisatiestroom
– vreemde lichtinval
– automaat defect
Continu doorlopen van de programmacyclus (zonder functie)
– luchtdrukvoeler S10 is reeds ingedrukt voor de start
Storingsafschakeling bij "P"
– "spanning aan klem 1 en 3 en nulgeleider aan klem N van de
servomotor X4 controleren
– werking van de servomotor controleren
Storingsafschakeling bij "P"
– "open"-melding van de servomotor op klem X4:10 controleren
– spanning en nulgeleider aan stekker X3:1, X3:2, en X3:3 contr.
– werking van de motor contr. – condensator C1 controleren
Luchtdrukvoeler S10 niet in werking
– met spanningsvaste doorgangsmeter testen of S10 na de
motorstart schakelt
– werking van de luchtdrukvoeler controleren
UV-cel ontsteekt; vreemde belichting
– automaat defect
Terugschakeling van de luchtdrukvoeler in rustpositie
Aansluiting servomotor op X4:5 controleren
– schakelaar IV instellen op deellast
Storingsafschakeling bij
(na veiligheidstijd)
– primaire aansluiting ontstekingstransfo T1 aan stekker X3:4
controleren
– werking ontstekingstransfo en ontstekingsinrichting controleren
Storingsafschakeling bij
(na veiligheidstijd)
geen brandstofvrijgave
– werking magneetventiel contr.
Storingsafschakeling bij
(na veiligheidstijd)
geen ionisatiestroom:
– UV-cel controleren
te lage ionisatiestroom:
– UV-cel reinigen
– Stekker X7:T6/T8 en X4:1 van de servomotor controleren
– aansluiting en werking van regelaar trap 2 controleren
(T6-T8 servomotor open - T6-T7 servomotor dicht)
33