Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Ammann AP 240 Bedieningshandleiding pagina 30

Inhoudsopgave

Advertenties

2.1.
Belangrijkste beveiligingsmaatregelen
De bestuurder dient een bedrijfsboek bij te houden,
dat bestemd is voor de aantekeningen over de
overdracht en het overnemen van de machine onder
de bestuurders, over de gebreken en de reparaties
tijdens het bedrijf, over de evidentie van de ernstige
voorvallen tijden de werkdienst.
De bedieners dienen voor het aanzetten van de motor
in de nul-stand staan, binnen het gevaarlijk bereik van
de machine mogen zich geen personen bevinden.
Elke aanzetting van de machine dient altijd voor het
starten van de motor van de machine gemeld te wor-
den door een geluids- of lichtsignaal.
Voor het rijden van de machine dient de luchtzuiger
aangevuld te worden op de min. druk van 5,3 voor het
ontremmen van de machine.
De bestuurder dient voor de aanvang van het werk de
functie van remmen en van het stuur te controleren.
De bestuurder mag de machine in bedrijf brengen na
het waarschuwingssignaal pas als alle medewerkers
de bedreigde ruimte verlaten hebben. bij de onover-
zichtelijke werkplaatsen is het mogelijk om in bedrijf
te komen pas na de tijd, die noodzakelijk is voor het
verlaten van de bedreigde ruimte.
De bestuurder van de machine is verplicht de veilighe-
idsvoorschriften na te leven, geen activiteit te ontplo-
oien, die de werkveiligheid in gevaar zou kunnen
brengen, en zijn aandacht volledig te wijden aan het
besturen van de machine.
De bestuurder dient de technologische werkprocedu-
re en de instructies van de bevoegde medewerker te
respecteren.
De bestuurder dient de snelheid bij het rijden over de
werkplaats aan te passen aan de stand van het terrein,
de uitgevoerde werkzaamheden en de weersomstan-
digheden. Hij moet permanent het doorrijpúrofiel in de
gaten houden zodat er geen botsing met welke ob-
stakel dan ook kan ontstaan.
De bestuurder dient na de beëindiging of de onderbre-
king van het bedrijf van de machine, waarbij hij de
machine verlaat, de machine verzekeren tegen onge-
oorloofd gebruik van de machine en tegen het uitzich-
zelf aanzetten daarvan. Hij dient de sleutel uit de
motor te halen, de schakelaar van de parkeerrem aan
te zetten, de cabine op slot te doen (de deksel van de
dashbord bij de machine zonder de cabine), motorkap
dicht te doen, de electrische instalatie los te koppelen
door middel van de ontkoppelaar.
Wanneer de machine op de openbare wegen wegge-
zet wordt, dient de bestuurder de maatregelen nemen
overeenkomstig de voorschriften die gelden voor het
verkeer over de wegen.
Na de beëindiging van het bedrijf dient de machine op
een geschikte plaats te worden gezet (rechtem draa-
gvermogende vlakte), om de stabiliteit van de machi-
ne niet in gevaar te brengen. De machine mag niet in
de verkeerswegen uitsteken, mag niet bedreigd wor-
den door vallende voorwerpen (stenen) en mag door
geen ander soort gevaar bedreigd worden (watersno-
od, grondverschuidingen, e.d.).
30
De bestuurder dient na de beëindiging van het werk et
de machine alle gebreken, beschadigingen van de
machine en de uitgevoerde werkzaamheden noteren
in het bedrijfsboek. Bij het directe wisseling van de
bestuurder is zijn plicht om de vastgestelde feiten aan
de nieuwkomende bestuurder te melden.
De bestuurder dient de persoonlijke beschermende
hulpmiddelen gebruiken - werkkleding, werkschoei-
sel. De kleding mag niet te los en beschadigd zijn, het
haar moet door een geschiktevhoofddeksel worden
afgedekt. Bij het onderhoud (smeren, verwisselen van
onderdelen) dienen de handen beschermd te worden
met geschikte handschoenen. Hij dient tevens bij de
machine zonder de cabine de gehoorbeschermers te
gebruiken tijdens het rijden in de 3de snelheid.
De bestuurder dient de machine te vorzien van de
voorgeschreven uitrusting en voorzieningen.
De bestuurder dient de machine vrij te houden van
olievervuiling en van de brandbare materialen. Te-
vens dient hij ook de standplaats van de bestuurder,
de treden en de loopruimtes schoon te houden.
Wanneer de machine in contact zou komen met hoge
spanning dienen de volgende beginselen nageleefd
te worden:
-
trachten met de machine het gevaarlijke gebied te
verlaten
-
de standplaats van de bestuurder niet te verlaten
-
anderen te waarschuwen, dat zij niet dichterbij
moeten komen en de machine niet moeten aanra-
ken.
Kom de veiligheidsmeldingen na
onder alle omstandigheden - le-
vensgevaar
Nakomen veiligheidsmeldingen - let-
selgevaar.
Houdt U aan de milieuvoorschriften.
! ATTENTIE !
Volg de aanduidingen
AP 240

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave