B.4
A
PPARAATOPTIES INSTALLEREN
7
Plaats de klep van het moederbord terug.
8
Sluit het netsnoer en de printerkabel opnieuw aan, en zet
het apparaat aan.
Printergeheugen verwijderen
1
Voer stap 1 en 2 op pagina B.2 uit om toegang te krijgen tot
het moederbord.
2
Duw de hendels aan weerszijden van de DIMM-gleuf weg
van de DIMM. Trek de DIMM er uit.
3
Plaats de DIMM in de oorspronkelijke verpakking of wikkel
de DIMM in aluminiumfolie en bewaar het geheel in een doos.
4
Ga verder met stap 7 op pagina B.4.