Geavanceerde HemoSphere-monitor
13.3 Vloeistofresponsiviteitstest
Met de vloeistofresponsiviteitstest (FRT) kunnen artsen de responsiviteit met betrekking tot de preload
beoordelen. De responsiviteit op de preload wordt bepaald door de wijzigingen in SV, SVI, CO of CI te
volgen in reactie op een vloeistoftoediening (Passive Leg Raise (benen passief omhoog brengen) of
Vloeistofbolus).
Start de test als volgt:
1
Raak het pictogram Instellingen aan
Raak Vloeistofresponsiviteitstest
2
Op het tabblad Nieuwe test (raadpleeg afbeelding 13-11), raakt u het gewenste testtype aan:
3
PLR (Passive Leg Raise; benen passief omhoog brengen) of Vloeistofbolus.
Raak het vraagtekenpictogram aan voor beknopte instructies voor het starten van elke test. Volg de stappen
hieronder voor uitgebreidere instructies.
OPMERKING
.
Afbeelding 13-11 Vloeistofresponsiviteitstest –
scherm Nieuwe test
Interpretatie van de vloeistofresponsiviteitstest (FRT) is direct gecorreleerd
met de reactietijd van de bewaakte parameter. De reactietijd van de bewaakte
parameter kan variëren, afhankelijk van de bewakingsmodus, en worden
bepaald door de onderliggende technologie. Frequentie van bijwerken voor
FRT-geselecteerde parameters in de minimaal invasieve modus is gebaseerd op
de CO-middelingstijd (zie tabel 6-4 op pagina 131).
239
op het tabblad Klinische hulpmiddelen
aan.
13 Geavanceerde eigenschappen