Technische Alarmen - Edwards HemoSphere Gebruikershandleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor HemoSphere:
- Gebruikershandleiding (256 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (364 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (192 pagina's)
Advertenties
Geavanceerde HemoSphere-monitor
Als de prioriteit van het fysiologische alarm gemiddeld is, wordt de visuele alarmindicator (knippert geel)
eveneens onderdrukt gedurende de alarmpauzeperiode. Een visuele alarmindicator van hoge prioriteit
(knippert rood) kan niet worden onderdrukt. Zie Alarmprioriteiten op pagina 302 voor informatie over
de prioriteiten van fysiologische alarmen.
OPMERKING
WAARSCHUWING
7.1.1.2 Technische alarmen
Tijdens een actief technisch alarm kan de gebruiker het alarmgeluid onderdrukken en de visuele
alarmindicator (middelhoge en lage prioriteit) uitschakelen door het pictogram voor het onderdrukken van
hoorbare alarmen aan te raken
technische of fysiologische alarmconditie wordt geactiveerd, of het oorspronkelijke technische alarm wordt
opgelost en opnieuw wordt geactiveerd.
7.1.2
Instellen alarmvolume
Het alarmvolume loopt van laag tot hoog en is standaard ingesteld op gemiddeld. Dit heeft betrekking
op fysiologische alarmen, technische fouten en waarschuwingen. Het alarmvolume kan op elk gewenst
moment worden gewijzigd.
1
Raak het pictogram Instellingen
Raak de knop Algemeen aan.
2
Raak de rechterzijde van de lijstknop Alarmvolume aan om het gewenste volume te selecteren.
3
Raak het pictogram Home
4
WAARSCHUWING
7.1.3
Doelwaarden instellen
Doelwaarden zijn visuele indicatoren (lantaarns) ingesteld door de clinicus om aan te geven of de patiënt zich
in het ideale doelbereik (groen), het waarschuwingsdoelbereik (geel) of het alarmdoelbereik (rood) bevindt.
Doelkleuren worden weergegeven als gearceerde omlijning rond de parametertegels (zie afbeelding 5-5). Het
gebruik van doelbereiken kan in- of uitgeschakeld worden door de clinicus. Alarmen (hoog/laag) verschillen
van doelbereiken in de zin dat de alarmparameterwaarde knippert en een hoorbaar alarm heeft.
Fysiologische parameters kunnen worden geconfigureerd zodat ze geen
alarmen hebben. Zie secties 7.1.5 en 7.1.6.
Schakel hoorbare alarmen niet uit in situaties waarbij de veiligheid van
de patiënt in het geding kan zijn.
. De visuele alarmindicator en audiotoon blijven inactief tot een andere
het tabblad Instellingen
aan om terug te keren naar het bewakingsscherm.
Verlaag het alarmvolume niet naar een niveau waarop alarmen niet op adequate
wijze kunnen worden gemonitord. Dit zou namelijk kunnen leiden tot een
situatie waarbij de veiligheid van de patiënt in het geding komt.
139
7 Geavanceerde instellingen
aan.
Advertenties
Hoofdstukken
Probleemoplossen
