Vul- en bijvulwater conditioneren
▶
Neem voor de conditionering van het vul- en suppletie-
water de geldende nationale voorschriften en technische
regels in acht.
Voor zover nationale voorschriften en technische regelingen
geen hogere eisen stellen, geldt het volgende:
u moet het vul- en bijvulwater conditioneren
–
als de volledige vul- en bijvulwaterhoeveelheid tijdens de
gebruiksduur van de installatie het drievoudige van het
nominale volume van de CV-installatie overschrijdt of
–
wanneer de in de volgende tabel genoemde richtwaarden
niet worden aangehouden of
–
als de pH-waarde van het verwarmingswater onder 8,2 of
boven 10,0 ligt.
Totaal
Waterhardheid bij specifiek installatievolume
verwar-
mings-
vermo-
≤ 20 l/kW
gen
mol/
kW
°dH
m³
2)
< 50
2)
≤ 3
≤ 16,8
≤ 11,2
≤ 2
> 50 tot
≤ 200
≤ 8,4
≤ 1,5
> 200 tot
≤ 600
> 600
< 0,3
< 0,05
1) Liter nominale inhoud/verwarmingsvermogen; bij meerketelin-
stallaties moet het kleinste individuele vermogen ingezet worden.
2) Geen beperkingen
3) ≤ 3 (16,8)
Opgelet!
Kans op materiële schade door verrij-
king van het verwarmingswater met on-
geschikte additieven!
Ongeschikte additieven kunnen veranderin-
gen aan componenten, geluiden in de CV-
functie en evt. verdere gevolgschade veroor-
zaken.
▶
Gebruik geen ongeschikte antivries- en
corrosiewerende middelen, biociden en
afdichtmiddelen.
Bij ondeskundig gebruik van de volgende additieven werden
met onze producten tot nu toe geen onverdraagzaamheden
vastgesteld.
▶
Neem bij het gebruik absoluut de aanwijzingen van de
fabrikant van het additief in acht.
Voor de verdraagzaamheid van additieven in het overige
CV-systeem en voor de werkzaamheid ervan aanvaarden
we geen aansprakelijkheid.
Additieven voor reinigingsmaatregelen (aanslui-
tend uitspoelen vereist)
–
Adey MC3+
–
Adey MC5
–
Fernox F3
–
Sentinel X 300
–
Sentinel X 400
172
> 20 l/kW
> 40 l/kW
≤ 40 l/kW
mol/
°dH
°dH
mol/m³
m³
< 0,3
< 0,05
3)
3)
≤ 8,4
≤ 1,5
≤ 5,6
≤ 1,0
< 0,3
< 0,05
< 0,3
< 0,05
< 0,3
< 0,05
< 0,3
< 0,05
< 0,3
< 0,05
Additieven die permanent in de installatie blijven
–
Adey MC1+
–
Fernox F1
–
Fernox F2
–
Sentinel X 100
–
Sentinel X 200
Antivriesmiddelen die permanent in de installatie
blijven
–
Adey MC ZERO
–
Fernox Antifreeze Alphi 11
–
Sentinel X 500
▶
Informeer de gebruiker over de nodige maatregelen als u
bovengenoemde additieven heeft gebruikt.
▶
Informeer de gebruiker over de noodzakelijke werkwijze
voor de vorstbeveiliging.
1)
7.2
Product inschakelen
▶
Druk op de hoofdschakelaar aan de onderkant van het
product.
◁
Op het display verschijnt het startscherm.
◁
Een controle van een mogelijke verbrandingsgasblok-
kade vindt automatisch op de achtergrond plaats. De
ventilator draait een bepaalde tijd op maximale stand.
7.3
Installatieassistent doorlopen
De installatieassistent wordt bij de eerste keer inschakelen
van het product gestart of kan via het installateurniveau te
allen tijde opnieuw worden gestart.
▶
Sluit de gasklep voordat u de Installatieassistent uitvoert.
▶
Waarborg, dat de gasklep net zolang gesloten blijft, tot
de installatieassistent is uitgevoerd.
▶
Na beëindiging van de installatieassistent opent u de
gasklep en schakelt u de warmtevraag in.
7.3.1
Installatieassistent opnieuw starten
Navigeer naar MENU → INSTELLINGEN→ Installa-
1.
teursniveau → Installatieassistent.
2.
Bevestig met
7.4
Testprogramma en actortest
MENU → INSTELLINGEN → Installateursniveau → Test-
modi
Naast de installatieassistent kunt u voor de ingebruikneming,
het onderhoud en het verhelpen van storingen ook de vol-
gende functies oproepen:
Testprogramma's (→ Pagina 211)
Werkingtest (→ Pagina 212)
Installatie- en onderhoudshandleiding 0020282231_03
.